Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zwerftochten door ons land. Noord-Brabant en Zeeland (1938)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zwerftochten door ons land. Noord-Brabant en Zeeland
Afbeelding van Zwerftochten door ons land. Noord-Brabant en ZeelandToon afbeelding van titelpagina van Zwerftochten door ons land. Noord-Brabant en Zeeland

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.33 MB)

Scans (18.38 MB)

ebook (8.28 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Illustrators

Willem Jansen

Bernard van Vlijmen



Genre

non-fictie
jeugdliteratuur

Subgenre

non-fictie/aardrijkskunde-topografie


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zwerftochten door ons land. Noord-Brabant en Zeeland

(1938)–Antoon Coolen, P.H. Ritter jr.–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

VIII. Naar de Moerdijk

Nu zouden wij nog naar Halsteren kunnen gaan, met die eigenaardige vijftiend'eeuwse Sint Quirinuskerk met haar hóóg schip en laag koor en transept, en waar een zo aardig en gaaf gerestaureerd zestiend'eeuws raadhuisje is. En dan langs Wouw, en Oud-Gastel en Oudenbosch, langs Zevenbergen - óók eenmaal een beduidende handelsstad! - door de streek van de Klundertse klei naar de Moerdijk.

Hollands doet het landschap aan: het is het waterland dat wij van ouds bewonen, gronden, die moeten worden ingepolderd, weiden met scheve knotwilgen erin, als dorre bezems in het najaar of gekapt en ingekort tot op de kop in nawinter en voorjaar. Daar achter de brede zwaai van iepen, vaag in de neve-

[pagina 35]
[p. 35]
len, en de

illustratie
geertruidenberg


hoeven der vee- en hooiboeren onder de pluimcanada's. En vóór dit beeld: het water, breed als de zee die het land hier won in de stormvloed van die verschrikkelijke Elisabethsnacht. De storm mist hier zijn grootsheid niet in de schuimgekamde golven. Het kan hier een bar oord van verlatenheid zijn in 't geloei van wind en water. Maar immer wordt de Hollander het water baas. Daar was eerst de Moerdijker spoorbrug, die sensatie van de zestiger jaren. Daar is nu de tweede brug, die naast de eerste geslagen werd, en het land is veranderd met deze tweede, nuchtere, stalen horizontaal op de ijl lijkende pijlers. Zo grijpen het Noorden en deze Zuiderprovincie nauwer in elkaar en wordt dit gewest als het ware vlak nabij gebracht aan 's lands grootste haven, Rotterdam.

Een watertochtje naar Heusden

Wij kunnen het water op en langs de mond der Nieuwe Merwede en voorbij de Biesbosch de Amer opvaren, om een bezoek te brengen aan Geertruidenberg, dit typisch westbrabants stedeke met die dichte dubbele lindenprocessie op de Markt en, onder hun lover, de vroegere kanunnikenwoningen der voormalige kapittelkerk van Sint Geertrui.

Vervallen is deze hallenkerk, maar wàt een kerk met haar gothische crypte, waarboven het gewelf is weggebroken, zodat de crypte en de daar boven oprijzende beuk één geheel vormen, één ontzaggelijke beuk, die van diep onder de aarde tot aan de door de kap weggesloten hemel opworstelt! Als hier van crypte, koor en schip weer eens een levend geheel kon worden gemaakt, als deze kerk kon worden gerestaureerd tot haar zuivere vorm en haar zuiver wezen, dat, ruw en in aanleg, en hoezeer geschonden en ontluisterd, tòch nog zo indrukwekkend is, dan was Brabant wel iets zeer kostbaars rijker!

Nu kunnen we langs de Biesbosch weer terug en door de Nieuwe Merwede naar Gorinchem varen. Groots is het gezicht over dit brede water. Het is druk bevaren: stomers en stomertjes, slepen van aken, veerboten en tankschepen. Rookwolken pluimen uit de korte, iets achterover hel-

[pagina 36]
[p. 36]

lende schoorsteenpijpen, ge hoort de doffe, loeiende brulroep der sirenes. En over dit alles, over dit varen, over dit opspuitend buiswater en schuimend kielzog en over de grauwe golven hangt de glorie van de Hollandse hemel, buien en wolken, en nevelen waar de zon door heen breekt tot één stuiving van licht over water en dijken en rietlanden en polders en over dorpen, stadjes en vestingen in het oude Land van Altena en de Bommelerwaard!

Wij varen voorbij de hoge Sint Janstoren en die prachtige bakstenen Dalemse Poort van Gorcum. Wij varen het oude Woudrichem voorbij, dat stadje aan het brede water: lage wallen en oude huizen en de Oude Gevangenpoort aan de waterkant, en bomen, en daar bovenuit een molen, en in het mid den van alles de zware, stompe, laat-Gothische St. Martienus toren, een der mooiste torens van ons land.



illustratie

Hier, in de omgeving waar Maas en Waal zo groots te samen komen, ziet ge ook boven de boomtoppen van het eilandje uit de beide torenspitsen van het machtige en historische slot Loevestein. Hier voorbij varen wij de Maas op, met al die Brabantse dorpjes aan haar zuidelijke oever: Rijswijk en Giessen en Neerandel en Poederoyen, en we varen door naar Heusden.

Eenmaal was dit stadje het bolwerk van de Hoeksen, en van Jacoba van Beieren -, aan wie trouwens ook Woudrichem luisterrijke en droevige herinneringen bewaart binnen zijn oude wallen. Heusden, de stad van Voetius, die er geboren is en die er predikant was, Heusden met zijn aardig renaissance stadhuis waar ze een hele collectie schilderijen hebben en een fabelachtige zilverschat van het voormalige, deftige Sint Jorisgilde.

In zijn historie heeft Heusden het durven opnemen tegen den Bosch, toen de Hertogstad was gesticht ‘Die borgers van Heusden, horenden en de sienden den geluckighen staat van die ingesetenen van den Bosch hebben sy dat seer qualyck connen verdragen’. En tot tweemaal toe zijn ze den Bosch daarom maar gaan platbranden. Waarop die van den Bosch - want het is altijd oog om oog! - van hun Hertog het dreigement gedaan kregen, dat, als die van Heusden van het vernielen van den Bosch een gewoonte zouden gaan maken, hij de stad Heusden ‘met vuere ende sweerde uuten gronde zou verderven’.

Daarop is alles beter geworden en, als eindpunt, zouden wij Heusden willen doen aansluiten aan ons punt van uitgang bij deze zwerftocht: den Bosch, om de cirkel dicht te doen. Vlak buiten het stadje zien wij weer in oostelijke richting het vage gothische silhouet van de Sint Jan, wier lichtende schaduw uitligt over heel dit gewest.

[pagina 37]
[p. 37]


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken