Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Recht ghebruyck ende misbruyck van tydlycke have (1585)

Informatie terzijde

Titelpagina van Recht ghebruyck ende misbruyck van tydlycke have
Afbeelding van Recht ghebruyck ende misbruyck van tydlycke haveToon afbeelding van titelpagina van Recht ghebruyck ende misbruyck van tydlycke have

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.38 MB)

ebook (9.10 MB)

XML (0.07 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

emblematiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Recht ghebruyck ende misbruyck van tydlycke have

(1585)–D.V. Coornhert–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 8]
[p. 8]

V I.
Vande ghierighe bedelaar.

 
D'onschamel bedelaar gheen aalmoes en betaamt;
 
Zoeckt na eerlyck gebreck, die houdt in eeren de schaamt.
 
Want d'onschamele werdt van d'eersuchtighe ghevoet,
 
Als de schamel verderft door zyn schandvluchtigh gemoet.
 
T'Ghemeenste ghebreck byden ghemeenen armen,
 
Is luyheyd vet ghevoedt door svolx mild ontfarmen.
 
De traghe is onschamel, óf gróóthertigh int quaad;
 
D'onschamele is ghierigh óf een lecker vraat,
 
En veracht verachting, vlied arbeyd, zoeckt ghemack,
 
Ende volght stadelyck den rycken troggelzack,
 
Die hem zoude hazaard zeecker magh gheneren;
 
Want men gheeft hem veel meer dan hy magh verteeren:
 
Ende dat byzonder inden dieren tyden,
 
Als elck mildelyck deylt om Góds straf te myden.
 
Want dan een stuck dróógh bróóds, dat zy meest verkópen,
 
Meer gheldt, dan vier stucken in ghoey tyd kan belópen.
 
Zó valt de ghemeen scha, des bedelaars meeste baat,
 
Zó komt t'gheld int strick daart langzaam uyt ghaat.
 
Zy kryghen veel meer bróóds dan zy moghen eten,
 
En haar vruchtbaarste kleed is ghelapt en versleten:
 
Dus werdt dick by dees bedelaars gheltghierigh
 
T'klein bedel penninxken van d'aelmoesen vierigh,
 
Tót zeer gróóte schatten en ridderlycke sommen:
 
Want toe, zonder affdoen tót gróticheyd moet komen.
 
Óch óf de overheyd zó wacker hier op paste,
 
Datmen t'land van dees last, door lastigh werck ontlaste.
[pagina t.o. 8]
[p. t.o. 8]

V I.
Mendici avari.

Propter frigus piger arare noluit: mendicabit ergo aestate, & non dabitur illi.

Prouerb. 20, 4.



illustratie

 
Ne des mendico perfrictae munera frontis:
 
Des inopi in vicos quem vetat ire pudor.
 
Illos ambitio solita est saturare potentum.
 
Hic iacet, & tandem, dum pudet vsque perit.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken