Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Iskander. De roman van Alexander den Groote (1995)

Informatie terzijde

Titelpagina van Iskander. De roman van Alexander den Groote
Afbeelding van Iskander. De roman van Alexander den GrooteToon afbeelding van titelpagina van Iskander. De roman van Alexander den Groote

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.31 MB)

XML (1.09 MB)

tekstbestand






Editeurs

Oege Dijkstra

Jan Robert

H.T.M. van Vliet



Genre

proza

Subgenre

historische roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Iskander. De roman van Alexander den Groote

(1995)–Louis Couperus–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

De roman van Alexander den Groote


Vorige Volgende

XXXVI

De rozen weelderden. Het was de eerste vroegzomermaand en de rozen, de purperen en de saffraangele, weelderden in slierten langs antieke, afgebrokkelde, Assyrische kolonnade, waarlangs hunne sneeuwoogige staarten sleepten witte pauwen... Zwarte zwanen dreven over wijd, diep azuren water van vierkante vijvervlakken, tusschen zeer groote lotosbloemen; leliën bogen of beurden blanke albasten bekers of zij plengden haar geur of ontvangen zouden dien geurenschat, ingegoten. Granaatboomen, hooger dan elders, stonden vuurrood van duizenden bloemen tusschen lakgroen geblaârte onder turkoois-blauwen hemel...

Over de antieke, albasten zuilen van een Assyrische ruïne in de

[pagina 485]
[p. 485]

Tuinen was een verhemelte gespannen. Alexandros, in die schaduw, lag daar, ziek, de oogen half toe. Rondom hem, op wijden afstand, de argyraspiden der lijfwacht, geheel zilver nu glinsterend hun schilden en helmen en speerpunten, prachtiglijke parade-soldaten. De eunuchen, oude en jonge, gehurkt hier en daar, op afstand, wachtten 's Konings bevelen. Duiven fladderden rond...

Een jonge Pers naderde, slank in de lichte zomerrusting, van parelen lichte schubben, die droegen de dertigduizend knapen van het Perzische knapenkamp, dat de Koning in der tijd, voór zijn veldtocht naar het Oosten, gesticht had. De eunuchen, een voor een, op afstand, kondigden hem met hoofsch ceremonieel, roepende titel, naam. De zieke Koning knikte, de knaap naderde het bedde en boog de knie.

- Kom nader, zeide Alexandros.

Hij richtte zich, naderde, boog weêr de knie.

Toen glimlachte de Koning en legde hem de hand op het hoofd.

- Ik zie u weinig meer... Ge zijt nu groot. Hoe oud zijt gij?

- Vijftien jaren, Koning.

- Groot zijt ge voor uw leeftijd. Zijt ge sterk? Wat zijt ge mooi! Ge zult worden als uw oom Oxathres, die is mij zeer lief geworden. Gij, voorname Perzen, zijt trouw, hebt ge eenmaal uw liefde gegeven. Gij zijt misschien trouwer dan mijn Macedoniërs. Maar ik weet het niet...

Hij woelde en wendde. De knaap zweeg.

- Gij ook, knaap, waart mij zeér lief steeds. Herinnert ge u, mijn prinsje, hoe ge maar vrijelijk mijn tent en kamer binnen liept en mij Iskander noemdet?

- Koning, vergeef mij...

- Nam ik u ooit euvel? Ik liet u, sedert ik u, een kind, toen ik u voor de eerste maal zag, nam op mijn knie en ge mij omhelsdet. Weet ge nog, hoe wij elkander verhalen vertelden, gij in mijn arm, tegen mijn hart?

- Ik weet het, Heer; ik vergeet het nooit.

[pagina 486]
[p. 486]

- En hoe ge mij na verteldet... van den knoop van Gordion meen ik...

- Van Bukefalos...

- Gij onthieldt nooit juist de som, waar voor mijn pleegvader Filippos kocht het volschoone paard: ge zeidet steeds drie talenten.

Zij lachten beiden.

- Het was dèrtien talenten! zeide Alexandros.

- Ik was een kind, Heer...

Beiden lachten zij.

- Gij wordt nu een kleine man. Mijn Ochos, wat zijt ge mooi! Ge gelijkt, weet ge,... uwe moeder...

- In waarheid, Heer?

Alexandros streelde hem om de wang, vol herinnering.

- Mijn broeder gij nu, ja. Ge gelijkt ook op uwe zuster, mijn kleine Koningin, Stateira... maar ge gelijkt meer nog... uw moeder. Heugt gij u haar?

- Ik heug mij haar wel, Heer.

- Gij zegt mij niet meer Iskander?

De knaap lachte verlegen.

- Mijn Koning en Broeder, ik wàag het niet meer. Toen was ik een kind... Gij bedierft mij en liet mij... Weet ge, de Perzen noemen u véel Iskander!

- In waarheid, Ochos?

- Als zij uw roemruchte daden vertellen en bezingen uw grootheid, Heer, op de marktpleinen en in de kampen.

- De naam klinkt mij melodiesch toe. Zeg hem eenmaal gij.

- Iskander.

- Zeg hem nog éenmaal.

- Iskander. Iskander, mijn Vorst!

Alexandros lachte den knaap toe.

- Er was nu de oude klank in uw stem. De hartstochtelijke kinderklank, dien ik liefheb. Het was een herinnering... De herinneringen, weet ge, Ochos, bestormen mij, sedert ik ziek ben en lig. De herinneringen, niet aan veldslagen en hoog op rotsen gelegene

[pagina 487]
[p. 487]

forteressen, die wij bestormden, maar de herinneringen aan zoete teedere dingen, die het bijna onmannelijk is te bepeinzen. Maar... ik ben de Overweldiger met het teedere hart... En ik ben ziek, mijn knaap en dan... bepeins ik die dingen diep en ben er vol weemoed om. Om Hefaistion ook... dien ik verloor. Om... anderen ook, die ik verloor.

- Spoedig zult ge genezen, Heer. Een held als gij, een godezoon en god zoo krachtig als gij in uw edelen vorm van menschelijkheid... Zoudt gij lang ziek kunnen blijven? Genezen zult gij weldra.

- Gelooft ge?

- Ik geloof, Heer.

- Zoudt ge meê willen gaan, Ochos, zoo ik naar Karthago trek, dat ons steeds tart...?

- Heer...

- En naar de Zuilen van Herakles? En dan Iberië door, Gallië door... tot de Alpen?? Die zijn wonderbaar!

- Heer, ik volg u overal.

- ...Hij haat mij niet, dacht Alexandros. Zoo zoû geen kind huichelen kunnen.

Raadselachtig zag hij den onttroonden prinsknaap aan. Wat zoû zijn toekomst zijn? Herinneringen aan jaren geleden wolkten bij Alexandros op.

- Ik herinner mij, zeide Alexandros; een ouden hovenier, den patriarch aller tuinlieden hier... in de Tuinen van Babylon. Hij snoeide ten gerieve van vele vorsten jaren lang de boomen en heesters dezer paradijzen en hij sprak mij over de wijsheid, die hem boomen en bloemen leerden... En ik zeide hem, dat ik, misschien, eenmaal hem zoû benijden... Hij was een raadselvolle mensch... Leeft hij nog?

- Ja, Heer. Ik weet van den patriarch-tuinman. Hij leeft nog steeds.

- Snoeit hij nog steeds?

- Steeds, Heer.

Zij lachten elkander in de oogen maar het werd Alexandros of de koorts in hem zich hief.

[pagina 488]
[p. 488]

- ...Ik benijd hem, mompelde de Koning. Hij werd oud van dagen, in wijsheid. Ik... jong... zal ik sterven... Ben ik zoó gegroeid in macht, dat het te zeggen niet is? Helaas, mijn arme macht!

- Zoete knaap, zeide Alexandros. Ik ben héel moê. Laat mij. Ik wil pogen te doen rusten mijn jagende hoofd, mijn kloppende hart, mijn barstende slapen.

Hij kuste het gebogen knapevoorhoofd.

- Stateira! dacht hij. O mijn doode... O mijn liefde... o zoete, teedere, onmannelijke dingen, die Alexandros...

Toen:

- Zeg mij nog eenmaal den naam...

- Iskànder!! zei de knaap hartstochtelijk en kuste Alexandros de handen.

- Ik heb den zoeten naam... voor het laátst gehoord, dacht de Koning van Azië in koorts. Aristoteles, leerdet gij oóit mij wijsheid...?

Hij sloot moede de oogen: door zijn koraalrood doorschenen oogscheelen zag hij der duiven vluchtige schaduwen wemelen want de vogelen fladderden omdat op rees de knaap...


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken