Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De verliefde ezel (1994)

Informatie terzijde

Titelpagina van De verliefde ezel
Afbeelding van De verliefde ezelToon afbeelding van titelpagina van De verliefde ezel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.73 MB)

XML (0.29 MB)

tekstbestand






Editeurs

Oege Dijkstra

Jan Fontijn

Jan Robert

H.T.M. van Vliet



Genre

proza

Subgenre

novelle(n)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De verliefde ezel

(1994)–Louis Couperus–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige
[pagina 139]
[p. 139]

Verantwoording

[pagina 141]
[p. 141]

Vanaf november 1909 schreef Couperus met grote regelmaat feuilletons in Het vaderland. G.H. 's-Gravesande, jarenlang kunst-redacteur van de krant, herinnerde zich een brief uit begin 1917 waarin Couperus de redactie meldde dat hij ‘nu eens een roman wilde bijdragen, waarin de avonturen van Charmides geboekstaafd zouden worden.’Ga naar voetnoot1 Deze roman was De verliefde ezel. De hoofdredacteur, C. L. van Balen, stemde met het plan in. Begin februari 1917 vroeg hij Couperus de kopij te sturen, in de veronderstelling de gehele tekst van de roman in een keer te ontvangen. Couperus antwoordde hem op 13 februari: ‘De kopie van den Ezel? Maar daar is nog geen bladzij van geschreven!! U hoeft echter niet bang te zijn: nog twee Romeinsche portretten en de Ezel steekt iederen Zaterdag van wal! Ieder feuilleton wordt min of meer een afgerond geheel en ik werk zoo geregeld, dat U geen vrees behoeft te koesteren: als er geen force majeure tusschen komt, vertelt de Ezel iederen Zaterdag spoedig zijn verliefde avonturen. Fantastiesch maar... voor de huistafel!’Ga naar voetnoot2 Volgens Couperus' belofte verscheen ruim twee weken later de eerste aflevering van de roman in Het vaderland.Ga naar voetnoot3 De twintig hoofdstukken

[pagina 142]
[p. 142]

van De verliefde ezel werden door Couperus waarschijnlijk per week geschreven en verzonden. Zij verschenen tot en met 15 juli 1917 zonder onderbreking wekelijks in Het vaderland.

Op 20 april 1917 schreef Couperus aan de classicus W.E.J. Kuiper: ‘Mag ik ook uw aandacht vestigen op De Verliefde Ezel (Apuleios-motief), die, hoewel veél minder ernstig dan de andere boeken opgevat, toch wel zal behooren tot mijn door klassieken geïnspireerde werk.’Ga naar voetnoot4

Toen Couperus' neef en secretaris Frans Vlielander Hein op 30 mei 1917 het concept-contract van de roman De komedianten aan uitgeverij Nijgh en Van Ditmar retourneerde, deelde hij mee dat de uitgever geen ‘recht op voorkeur’ voor Couperus' volgende werken kon krijgen. Couperus wilde vrij onderhandelen over de uitgave van zijn werk. Wel schreef Vlielander Hein: ‘Intusschen wil ik U gaarne van het eerstvolgend grootere werk dat door den heer Couperus voor uitgave wordt bestemd op de hoogte houden en deel U reeds nu mede, dat daaronder te rangschikken valt de avonturen-roman getiteld “De Verliefde Ezel”, hetwelk op het oogenblik in feuilleton in “Het Vaderland” uitkomt. Indien U aan de redactie van genoemd blad het verzoek doet om de uitgekomen gedeelten daarvan te ontvangen zult U van den inhoud van dit werk kennis kunnen nemen.

‘Indien, waaraan ik niet twijfel, de uitvoering van het contract voor “De Comedianten” aangenaam verloopt, zal ik gaarne een volgend grooter werk van den heer Couperus, indien ik zijne belangen daarbij nog waarneem, onder Uwe aandacht brengen en wil ik als [ik] kan gaarne mijn best doen om daaromtrent met U tot overeenstemming te komen.’Ga naar voetnoot5 De roman De komedianten verscheen in november 1917 bij Nijgh en Van Ditmar.

Begin juli 1917 vroeg Couperus zijn uitgever L. J. Veen of hij belangstelling had voor de uitgave van een bundel ‘Epigram-

[pagina 143]
[p. 143]

men’.Ga naar voetnoot6 Veen antwoordde afwijzend. Hij wilde naast de verhalen-bundels van Couperus niet nog een bundel epigrammen uitgeven. Couperus schreef hem op 12 juli: ‘[...] je zal wel gelijk hebben: ik word ook iederen dag onverkoopbaarder. Hoewel drie uitgevers op dit oogenblik ambiëeren De Verliefde Ezel uit te geven, die in Het Vaderland verscheen.’Ga naar voetnoot7 Veen voelde wel voor de roman: ‘Een roman verkoopt zooveel beter en gemakkelijker en zou tusschen de bundels best uitgegeven kunnen worden.’Ga naar voetnoot8 Pas een half jaar later, op 9 januari 1918, bood Couperus Veen de roman aan: ‘Zoû je dit jaar willen uitgeven De Verliefde Ezel [...]. De grootte is 20 feuilletons van ±7 à 8 kolommen; dat wordt ±200 bladzijden druks boek. Als honorarium vraag ik: ƒ1500. - en behoud van auteursrecht voor volgende uitgaven. De uitgave van 3000 ex. Tevens recht zelve een eenvoudig en smaakvol bandje en omslag te kiezen.

‘Mijn neef, Mr. Vlielander Hein, die den laatsten tijd mijn litterair-finantieele zaken deed, gaat naar Amerika. Daarom schrijf ik je zelve, ook uit oude relatie. [...] Ik betracht echter geen trouw meer aan mijn uitgevers en wensch te werken met Nijgh en van Ditmar, met V. Holkema en Warendorf en met L.J. Veen.’Ga naar voetnoot9 Omdat Veen niet direct reageerde, informeerde Couperus op 14 januari of zijn voorstel wel was ontvangen.Ga naar voetnoot10 Veen antwoordde de volgende dag: ‘Ik kreeg Donderdagavond je brief en moest [...] tot Zaterdag wachten om met mijn procuratiehouder te spreken.

‘Tot mijn leedwezen moet ik je berichten, dat het gevraagde

[pagina 144]
[p. 144]

honorarium mij veel te hoog is en de conditie van 3000 ex. is ook niet te vervullen. Ik zou hoogstens 1500 ex. kunnen drukken.

‘Als ik een beetje aannemelijk voorstel kon doen, dan zou ik het niet nalaten, maar met de duurte van papier en drukken is daar geen kans op en moet ik er van afzien.’Ga naar voetnoot11

Couperus sloot vervolgens op 28 januari 1918 een contract met uitgeverij Nijgh en Van Ditmar voor de uitgave van De verliefde ezel. Het honorarium bedroeg ƒ1000, - voor een eerste druk van 1500 exemplaren. Voor elke 1500 exemplaren meer zou Couperus ƒ500, - ontvangen. Couperus behield het copyright.Ga naar voetnoot12 De roman De verliefde ezel verscheen begin december 1918.

Bronnen

Voorzover ons bekend, zijn van de roman De verliefde ezel de volgende door de auteur geautoriseerde bronnen overgeleverd:

A. een manuscript: een volledig kladhandschrift van de hand van Couperus dat zich gedeeltelijk bevindt in het Letterkundig Museum en Documentatiecentrum (sig. c.383 h.i) en gedeeltelijk in de Koninklijke Bibliotheek (sig. 76 d4/22), beide te Den Haag.

Het handschrift bestaat uit 132 gelinieerde bladen van eenzelfde (folio)formaat, die eenzijdig zijn beschreven.Ga naar voetnoot13 Het is als volgt samengesteld: een ongenummerd blad met het opschrift ‘Aan den lezer’ en een blad genummerd 2; twintig feuilletons bestaande uit een eerste, ongenummerd blad met het opschrift ‘De Verliefde

[pagina 145]
[p. 145]

Ezel’ en een feuilletonnummer (in het boek: hoofdstuknummer) en verder genummerde bladen 2-6, 2-7 of 2-8.Ga naar voetnoot14 De ductus is vrij gelijkmatig. De bladen zijn beschreven in zwarte en paarse inkt.Ga naar voetnoot15 Er zijn veel doorhalingen en verbeteringen aangebracht in zwarte en paarse inkt en met potlood.

Het kladhandschrift heeft gediend als kopij voor Het vaderland. Het is als zodanig te herkennen aan de vouwen in het papier en aan de zwarte vegen en vlekken die op de zetterij zijn ontstaan, en aan de tekens die de zetter met blauw potlood heeft aangebracht. Couperus heeft, om de zetter tegemoet te komen, delen van de tekst vooraf ‘verduidelijkt’ door letters en woorden in zwarte inkt forser aan te zetten.

De tekst van het handschrift wijkt inhoudelijk niet ingrijpend af van de gepubliceerde versie van De verliefde ezel. Meestal gaat het om kleine, vooral stilistische, varianten.

B. een voorpublikatie in Het vaderland: ‘De verliefde ezel i-x x’, wekelijks op zondag in het Ochtendblad B van 4 maart tot 15 juli 1917, p. 1-2.Ga naar voetnoot16

C. een uitgave in boekvorm: Louis Couperus: De verliefde ezel. Rotterdam, Nijgh & Van Ditmar's Uitgevers-Maatschappij, [december] 1918.

Weliswaar is er geen correspondentie tussen Couperus en Nijgh en Van Ditmar over de produktie van De verliefde ezel overgeleverd, maar het staat vast dat, op hoofdstuk xv na, de tijdschriftpublikatie als kopij heeft gediend voor de boekuitgave. Een aantal zetfouten komt zowel in Het vaderland als in de boekuitgave voor. Deze fouten moeten uit Het vaderland zijn overgenomen en door Couperus over het hoofd zijn gezien. Bovendien had Couperus de gewoonte de desbetreffende nummers van

[pagina 146]
[p. 146]

de krant zorgvuldig te bewaren en als kopij naar de uitgever te sturen.

Een uitzondering op deze werkwijze vormt de totstandkoming van hoofdstuk xv in de boekuitgave. Voor dat hoofdstuk is niet de voorpublikatie maar Couperus' handschrift als kopij gebruikt.Ga naar voetnoot17 Waarschijnlijk beschikte Couperus niet (meer) over het betreffende exemplaar van Het vaderland. De voorpublikatie vertoont ten opzichte van het handschrift en de eerste druk een aantal kenmerkende verschillen. Couperus zal de wijzigingen in de drukproef van Het vaderland hebben aangebracht. Het gaat om de hieronder volgende woordvarianten. Na het paginacijfer en het regelnummer van deze editie wordt eerst de versie van de eerste druk en het handschrift gegeven; na de teksthaak (]) volgt de versie van Het vaderland.Ga naar voetnoot18

98,11 een ] het
98,17 gezicht ] hoofd
98,24 gezicht ] hoofd
99,3 jonge ] altijd glimlachende jonge
102,1 gaande ] gauw
102,18 kast ] ivoren kast
102,29 in ] en een
103,25 raamspleten ] zonnespleten
104,6 waar ] maar

Couperus heeft zelf de proeven van de boekuitgave gecorrigeerd, want verschillende wijzigingen in de tekst van de eerste druk ten opzichte van de voorpublikatie (en voor hoofdstuk xv ten opzichte van het handschrift) kunnen onmogelijk aan de zetter of de corrector van de drukkerij (of van de uitgeverij) worden toegeschreven. Couperus stond er trouwens altijd op de proeven

[pagina 147]
[p. 147]

van de voorpublikatie en van de eerste druk van zijn boeken zelf te corrigeren. Er zijn geen aanwijzingen dat hij voor de eerste druk van De verliefde ezel van deze gewoonte is afgeweken.

De oplage van de eerste druk van De verliefde ezel was 1500 exemplaren. De roman werd tijdens Couperus' leven niet herdrukt. Nog in 1927 waren exemplaren van de eerste druk verkrijgbaar.Ga naar voetnoot19

Tekstkeuze

Voor deze uitgave van De verliefde ezel is de eerste en enige tijdens Couperus' leven verschenen druk als basistekst gekozen: deze vertegenwoordigt de laatste door de auteur actief geautoriseerde versie. Couperus heeft de kopij ervan geleverd en de proeven ervan zelf gecorrigeerd. Voor de tekstsamenstelling is gebruik gemaakt van het exemplaar van de eerste druk dat zich bevindt in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag (sig. 1032 c48).

Correcties

In de tekst van deze uitgave zijn, mede op grond van een woordvoor-woord vergelijking van achtereenvolgens het handschrift met de voorpublikatie en van de voorpublikatie met de eerste druk van De verliefde ezel, de hieronder volgende correcties aangebracht. Na het paginacijfer en het regelnummer wordt eerst de verbeterde versie gegeven; na de ‘Duitse komma’ (/) volgt de oorspronkelijke, foutieve lezing van de eerste druk. De laatste is voorzien van een asterisk (*) als zij voorkomt in alle genoemde versies. Indien dit niet het geval is, worden ook de lezingen van het handschrift (h) en Het vaderland (v) vermeld. Hierbij is de volgorde v, h aangehouden, omdat de tijdschriftpublikatie (met uitzondering van hoofdstuk xv) als kopij voor de eerste druk heeft gediend.

[pagina 148]
[p. 148]

15,26 Chremes/Cchremes (Chremes v, h)
20,32 zoû/zou (zoû v, h)
25,30 roovers,/roovers (roovers, v, h)
29,3 vrouw/vroouw (vrouw v, h)
36,2 stengelende/strengelende (stengelende v, h)
43,7 huilde/hulde (huilde v, h)
47,31 geteld had/gesteld had (gesteld had v, telde h)
49,13 Circe-schepter/Cice-schepter (Circe-schepter v, h)
49,17 af/al (af v, h)
57,29 elkaâr/elkaar (elkaâr v, h)
68,9 weêr/weer (weer v, weêr h)
70,1 te/te te (te v, h)
76,32 zoû/zou (zoû v, h)
83,4 Hi...ha/Hi - ha (Hi - ha v, Hi...ha h)
86,9 meêwarig/meêwaardig (meêwarig v, h)
87,34 ezelebrein/ezelebruin (ezelbrein v, h)
89,14/15 Chersonezus/Chersonesus (Chersonesus v, Chersonezus h)
93,13 zoû/zou (zoû v, h)
95,7 neêr/neér (neér v, neêr h)
97,17 hoofdman,/hoofdman (hoofdman, v, h)
99,13 òm/om (òm v, h)
99,15 dat/die (hoe v, dat h)
99,23/24 eerst [...] tot/echter [...] toen (eerst [...] toen v, eerst[...] tot h)
99,29 voerden.../voerden.. (voerden... v, h)
100,16 nek;/nek: (nek; v, h)
103,19 harer/hare (harer v, h)
106,35 verdubbelden/verdubbelde*
108,7 zoû/zou (zoû v, h)
109,8 zoû/zòû (zoû v, h)
111,28 Xyniae/Xeniae*
113,6 gedrongen./gedrongen:*
114,6 zoû/zou (zoû v, h)
116,7/8 nog droeg/droeg (nog droeg v, h)

[pagina 149]
[p. 149]

116,26 Chersonezus/Chersonezus' (Chersonezus' v, Chersonezus h)
118,29 blauwe/blanke (blanke v, blauwe h)
119,9 Verschrikt/Verstrikt (Verschrikt v, h)
121,9 - Wat/Wat (- Wat v, h)
123,2 bezwijmd/bezwijmend (bezwijmend v, bezwijmd h)
127,24 wij/zij (wij v, h)
128,2/3 Zoû ik nu spoedig weêr een dergelijken tuin zien? Zoû ik mij ooit/Zoû ik ooit (Zoû ik ooit v, Zoû ik nu spoedig weêr een dergelijken tuin zien? Zoû ik mij ooit h)
129,10 toe komen uit den blanken/toe komen uit de blanke u, om trouwe liefde voor Charis, toe komen uit den blanken (toe komen uit de blanke v, h)
129,13 Xyniae/Xeniae*
136,10 grasweiden.../grasweiden.. (grasweiden... v, h)
136,10 madelieven.../madelieven.. (madelieven... v, h)

Varianten

De eerste druk van De verliefde ezel vertoont ten opzichte van het handschrift (h) en de voorpublikatie (v) de hieronder volgende woordvarianten. Na het paginacijfer en het regelnummer wordt eerst de lezing van de eerste druk gegeven; na het ‘ontstaan-uit-teken’ (<) volgen de vroegere versies, te beginnen met v.Ga naar voetnoot20

5,2 Sedert < Waarde Lezer! Sedert v, h
5,3 kaarsen < kaarsjes h
5,22 blijven < blijven toeven h
7,20 Athene < Rome h
8,2 Romeinsche < Grieksche h
9,21 wolken < lentewolken h
10,18 voeden < verplegen h
11,17 heilige Delfi < heilige h
11,24 in < met h

[pagina 150]
[p. 150]

11,27 bleef in den wagen < was in den herberg gebracht h
12,19 de < die v, h
17,18 de koorde < den boog v, h
17,30 lucht < luchten h
21,7/8 en dochter < een dochter h
23,25 was < is h
25,34 hellingen < dellingen h
26,15 dreiging < regen h
28,27 streelen aan < aan h
28,30 werd < was h
31,4 van den < der v, h
33,17 heksen? < heksen? vroeg ik. h
35,14 als < als in h
35,18 mozaïeksteenen < vloersteenen h
37,17 luchten < lucht h
41,25 hevig < bijna h
41,33 daar < dat h
43,23 met < van h
45,4 der < van h
50,25 deze < die h
51,11 De < Die h
51,17 gaan < gingen h
52,24 wijder < dieper h
53,15 duizenden blanke < duizende h
53,19/20 duizelig < duizelen h
55,15 De < Die h
55,20 kon < zoû h
56,11 zijstroomen < zijtakken h
57,1 met < van h
58,4/5 een versleten < versleten v, h
59,22 gewicht < gewicht van den met mij meê draaienden steen v, h
59,23 steen < molensteen v, h
60,5/6 vluchten, gemuilband opdat zij geen mee] en graan zouden eten < vluchten h

[pagina 151]
[p. 151]

61,13 de enkels < enkels v, h
61,32 De < Die h
64,33 rozig < zilver h
65,32 geluk en verrassing < geluk h
65,33 ezelenek < nek h
66,23 Frygiesch < hoog-puntig h
68,16 nu < nu boos h
68,26 laten dan < dan laten v, h
70,14-16 ronde mutsen als schelpen en hoornen tegen elkander bonsden en bogen < puntmutsen als steken van een hoornen tegen elkander stieten en staken h
71,1 schaal < schaal met v, h
71,14/15 ik moest in < in moest ik hGa naar voetnoot21
73,35 wordt < werd h
74,30 kiest < huwt h
74,35 met < van h
76,2 trokken < haalden v, h
76,11 een < den v, h
76,26 in schalen < schalen v, h
77,7 lieflijke < lieflijkere v, h
77,18 tegen < te gemoet h
79,18 goed < tamme, goed v, h
80,6/7 kruinemassa's van heel verre boomen < massa's van looveren, ronde kruinemassa's van heel verre, den einder afbakende boomen v, h
80,11 zoo < ook zoo h
80,12 onwezenlijk, < onwezenlijk, als weêrtrilde uit het licht en de lucht de muziek en h
80,22 eerst zoo < eerst v, h
81,7 koorde niet was < koorden niet waren h
82,19 afgesprongen < afgesprongen van de koorde v, h
82,27 ons < mij v, h
83,10 van < der h

[pagina 152]
[p. 152]

85,19 vol van zomerweemoed < van volzomerweemoed h
85,23 zeer < erg h
85,29 kuste en bekranste mij < kuste mij en bekranste v, h
86,29 zoo innig < en innig h
88,34 wolken < wolk v, h
90,26 Ik < En ik h
92,26 niet < niets h
93,7 of hij < of h
94,24 tusschen < onder h
95,2 kon < doen kon h
95,14 was < is h
95,35 heirweg < grooten weg h
96,6 Charis < ook Charis h
99,17 zorgeloos < zorgeloozer v, h
99,29 ons < ons nu v, h
100,32 waar [...] heeren, wie ook < maar [...] heeren, een ezel v, h
101,30 om < aan v, h
108,20 draven < draaien h
109,19 om < aan h
110,6 toch < niet h
110,10 gazen < geel h
110,14/15 schuimende < zilveren h
110,28 sikkels < zeizen h
111,5 werd < werd in een ezel h
114,6 en < was en h
115,19 vele < zacht v, h
116,20 op < met v, h
117,24 bloemenbedde < zonbloemenbedde h
117,30 dien < dezen h
117,31 ik < het h
118,1 den < dien h
118,16 om < voor v, h
119,18 verleiding der nieuwsgierigheid < verleiding h
119,21 waar < nu h

[pagina 153]
[p. 153]

119,35/36 woedende [...] stemmen < woelende [...] stemmen, woedend h
126,4 En de < En deze v, h
127,5 van < om h
128,9 weêr < wel h
129,23 aan < uit h
130,5 aan < naar v, h
134,7 maag < buik h

Afbrekingstekens

In deze uitgave van De verliefde ezel moeten de volgende afbrekingstekens als een koppelteken gelezen worden:

11,2 weelde-
12,12 weelde-
37,21 boeng-
39,20 voor-
73,28 mensche-
81,34 mythe-
87,2 Venus-
88,1 Noord-
102,5 te-
115,11 kapiteel-
119,12 en-
124,29 sistra-
126,13 sistra-
134,28 Isis-

* Voor de bibliografische gegevens werd onder meer gebruik gemaakt van het Bibliografisch Repertorium Louis Couperus, een door zwo gesubsidieerd project, onder redactie van G. Borgers, E. Braches, K. Reijnders, uitgevoerd door Marijke Stapert-Eggen.

Zie voor de editieprincipes van de Volledige Werken Louis Couperus: Algemene verantwoording van de Volledige Werken Louis Couperus. Utrecht/Antwerpen, 1987. De editieprincipes zijn vastgesteld door Ernst Braches, Jan Fontijn, Karel Reijnders, Marijke Stapert-Eggen en H.T.M. van Vliet.

voetnoot1
G.H. 's-Gravesande: ‘Louis Couperus en Het Vaderland’. In: Het vaderland 8 juni 1963, Het Vaderland Weekjournaal, p. 1 en 4. Couperus' brief is, voorzover wij weten, niet bewaard gebleven.
voetnoot2
De brief is ongedateerd, maar is waarschijnlijk door Couperus op dinsdag 13 februari 1917 geschreven, aangezien hij boven de brief ‘Dinsdag’ vermeldde en in de brief de twee laatste wekelijkse ‘Romeinsche portretten’ noemde, die op 17 en 25 februari in Het vaderland werden geplaatst.
De brief bevindt zich in de Couperus-collectie van het Letterkundig Museum en Documentatiecentrum te Den Haag.
voetnoot3
In Het vaderland van 4 maart 1917. De feuilletons verschenen niet zoals Couperus meende op zaterdag, maar op zondag.
voetnoot4
Couperus en de oudheid; Een opstel van Prof. Dr. W.E.J. Kuiper en enkele brieven van Couperus. [Ed. J.B.W. Polak.] Amsterdam, 1961. p. 34.
voetnoot5
Brief in bezit van uitgeverij Nijgh en Van Ditmar te Amsterdam.
voetnoot6
Vgl. Louis Couperus en L.J. Veen: Bloemlezing uit hun correspondentie. Ed. H.T.M. van Vliet. Utrecht/Antwerpen, [1987]. p. 169.
voetnoot7
Louis Couperus en L.J. Veen: Bloemlezing uit hun correspondentie, p. 169-170. De drie uitgevers waren waarschijnlijk Nijgh en Van Ditmar, Van Holkema en Warendorf en de Wereldbibliotheek.
voetnoot8
Louis Couperus en L.J. Veen: Bloemlezing uit hun correspondentie, p. 170.
voetnoot9
Louis Couperus en L.J. Veen: Bloemlezing uit hun correspondentie, p. 172.
voetnoot10
Vgl. [Louis Couperus]: Waarde Heer Veen/Amice; Brieven van Louis Couperus aan zijn uitgever. Ed. F.L. Bastet. 's-Gravenhage, 1977. 2 dln. Dl. i: 1890-1902. Dl. ii: 1902-1919. In: Achter het boek 12 (1973), afl. 1/3 en 13 (1974), afl. 1/3. Dl. ii, p. 206.
voetnoot11
Louis Couperus en L.J. Veen: Bloemlezing uit hun correspondentie, p. 172.
voetnoot12
Een exemplaar van dit contract is in bezit van uitgeverij Nijgh en Van Ditmar te Amsterdam.

voetnoot13
Op de achterkant van blad 5 van hoofdstuk ii staat ‘kwart voor vijven’ en een berekening; op de achterkant van het eerste blad van hoofdstuk iii staat ‘Feuilleton iii Zoo spoedig mogelijk proef’; op de achterkant van het eerste blad van hoofdstuk xiv staat: ‘Verzoeke proef te ontvangen te Laren. N.H. bij den Heer Herman Roelvink. “Huize Hoogeland”. L.C.’; op de achterkant van het eerste blad van hoofdstuk xvii staat: ‘Proef zenden Laren N.H. Hôtel Hamdorff Verzoeke vriendelijk ook de Courant daar heen te zenden’; op de achterkant van blad 6 van hoofdstuk XX staat de titel: ‘Buiten’; het feuilleton met deze titel werd gepubliceerd in Het vaderland van 26 mei 1917.
voetnoot14
De feuilletons ii, iii, v, vi, viii, xii, xiii, xvi, xvii, xviii en xx bestaan uit 6 bladen, de feuilletons i, iv, vii, ix, x, xi, xiv en xv uit 7 bladen, feuilleton xix bestaat uit 8 bladen.
voetnoot15
De feuilletons xv en xvi zijn geheel in paarse inkt geschreven.
voetnoot16
Het vaderland van 15 april 1917 heeft alleen de vermelding ‘Ochtendblad’; het feuilleton staat daar op p. 5-6. Op ii maart en 27 mei 1917 staat het feuilleton op p. 1.
voetnoot17
De tekst van de voorpublikatie en die van de eerste druk gaan dus onafhankelijk van elkaar terug op het handschrift. In het handschrift van hoofdstuk xv staat een aantal door de zetter gemaakte krullen met rood potlood. Verder zijn in het manuscript met blauw potlood andersoortige tekens genoteerd, waarschijnlijk door de zetter van Het vaderland.
voetnoot18
De hier vermelde verschillen zijn hierna niet opgenomen in de lijst van varianten.
voetnoot19
Tot en met december 1924 werden van De verliefde ezel 1199 exemplaren verkocht. De cumulatieve verkoopcijfers over 1925, 1926 en 1927 waren respectievelijk: 1223, 1242 en 1270. De afrekeningen bevinden zich in de Couperus-collectie van het Letterkundig Museum te Den Haag (sig. c.383 b.3).

voetnoot20
In deze editie hebben wij op pagina 10, regel 6 en op pagina 20, regel 18, in verband met een typografische aanpassing, na ‘pythia’ een punt toegevoegd.
voetnoot21
In Het vaderland staat de zetfout ‘ik moest ik’.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken