Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1850)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.73 MB)

ebook (2.93 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1850)–Johan Michael Dautzenberg–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Des Keizers grootmoedigheid.

 
Voor Mühlberg aan der Elve stond Karel in 't geweer,
 
Te tuchtigen der Saksen ontzagverwekkend heir;
 
Daar brachten hem de wachten een vreemden zendeling,
 
Die met een verzegeld pak tot den Graaf van Hessen ging.
 
 
 
De hoogstverschrokken bode vertelde dat, in 't pak,
 
Van vele duitsche heeren een aantal brieven stak,
 
Dat alle gul beloofden aan hunnen vriend den Graaf
 
Een machtige ondersteuning met mannen, goed en haaf.
 
 
[pagina 152]
[p. 152]
 
‘Verraders, zeide de Keizer, zyn my het felst vergift,
 
Des wil ik hunne namen niet in myn ziel gegrift,
 
Wie my tot nu bevriend was, die blyve 't op den duur!’
 
Hy sprak 't, en ongelezen vloog 't pakjen in het vuur. -
 
 
 
In Vlaanderen, waar de vryheid steeds ongemaskerd stond,
 
Daar sprak men soms van Karel met ongewasschen mond;
 
Na den Algierschen tochte berispte men hem zoo erg,
 
Als ware de reus der vorsten gesmolten tot een dwerg.
 
 
 
Veel grooten van den oorde, die 't meeste hadden verschuld,
 
Die mochten in hun stoutheid niet langer zyn geduld,
 
Zy moesten voor den stoele van 's landes hoogen Raad
 
Bewyzen de onbevlektheid op hunner trouw gewaad.
 
 
 
De Keizer had vernomen, wat of er ommeging,
 
En liet de stukken brengen van 't gansche rechtsgeding.
 
‘Een euveldaad zoo gruwlik verdient gewis het vuur!’
 
Hy sprak 't, en ongelezen verbrandde de proceduur. -
 
 
 
Den vyanden vergeven is edeler zielen vermaak,
 
Hen niet eens willen kennen, dat was des Keizers wraak.
 
Voor edelmoedigheden wordt menig lied gedicht;
 
Myn held is Keizer Karel, wiens wandel my leert en sticht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken