Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1850)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.73 MB)

ebook (2.93 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1850)–Johan Michael Dautzenberg–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Land en Stad.

 
Op het land is de vreugd, in de stad is ze niet;
 
Wy bespieden het vischjen in vyver en vliet,
 
Wy beloeren den vink in der wouden gebied,
 
Of vervolgen den haas in der velden verschiet;
 
Is het landelik leven
 
Niet het rykste aan genot?
 
O, wie wou het begeven
 
Om een schim, om een droom, om een blinkender lo
 
 
[pagina 177]
[p. 177]
 
In de stad is het mooi, maar zoo styf en zoo koud,
 
Uit papier en uit planken bestaat er het woud,
 
Daar is alles beschilderd, wat of ge beschouwt,
 
Daar is alles verguld, en maar weinig van goud;
 
Die beschilderde wereld
 
En beteekent niet veel;
 
Is een weide, bepereld
 
Van den hemelschen dauw, niet een schooner tooneel?
 
 
 
Op het land is men vroeg in den morgen aan 't werk,
 
En men wordt er al zwoegende moedig en sterk,
 
De Gezondheid, die zweeft er op rozige vlerk,
 
En de Vrolikheid kent er geen palen of perk,
 
O, wat lustig gewemel
 
Op een bloeijende weî!
 
O, wat landlike hemel!
 
Wy verwisselen hem met geen steedsche galei.
 
 
 
In de stad zyn de menschen als slangen zoo glad,
 
Naar het kleed en den schyn is de deugd er geschat,
 
Der begeestering vleugel, die fladdert er mat
 
Door den nevel, die alles bedrieglik omvat.
 
Des bezingen en roemen
 
Wy een landlik gehucht,
 
Waar ontallige bloemen
 
Met de keurigste geuren doorambren de lucht


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken