Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi (1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi
Afbeelding van Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu ChristiToon afbeelding van titelpagina van Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

XML (0.36 MB)

tekstbestand






Editeur

W.J.C. Buitendijk



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
elegie / klaagzang


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi

(1978)–Jeremias de Decker–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Christus verresen.

 
De Son-torts versch geresenGa naar voetnoot1013
 
Toont vriendelijcker wesen,Ga naar voetnoot1014
1015[regelnummer]
Geeft lieffelijcker licht als zy op Vrydag gaf;
 
De vrouwen rijsen ook, en geven sich na 't graf.
 
 
 
Geen bed en kan hen binden:
 
Sy spoeden om te vinden
 
En om te balssemen het lichaem van dien Heer,
1020[regelnummer]
Die in haer' sielen goot den balssem van sijn' leer.
 
 
 
Haer yverig vertrouwenGa naar voetnoot1021
 
En weet van geen verflouwen,
 
Haer' liefde breken sy om dood noch leven af;Ga naar voetnoot1023
 
Daer zijnse lest by 't kruys; hier weder eerst by 't graf.Ga naar voetnoot1024
[pagina 135]
[p. 135]
1025[regelnummer]
Ver zijt ghy, vroukens, boven
 
De trage mans te loven;
 
Die ghy in Godsvrucht ver en moed te boven gaet:
 
Doch schoon ghy vaerdig komt, noch komt ghy al te laet.Ga naar voetnoot1028
 
 
 
Ghy vind dien uytgelesen
1030[regelnummer]
Dien grooten Held verresen
 
Eer eens des werelds torts ons' kim genaken kon,Ga naar voetnoot1031
 
En schoone morgen-ster geresen voor de Son.Ga naar voetnoot1013-1032Ga naar voetnoot1032
 
 
 
Wat soekt ghy by den dooden
 
(Dus vragen 's Hemels boden)
1035[regelnummer]
Of in het duyster graf den Vorst, die eeuwig leeft,
 
En nu al voor een' wijl het graf verlaten heeft?Ga naar voetnoot1033-1036Ga naar voetnoot1036
 
 
 
Sijn' lichaem hoeft geen' kruyen
 
Geplukt in 't werme zuyen;Ga naar voetnoot1037-1038
 
Het heeft al ander kruyd, al beter balssem-sout,Ga naar voetnoot1039
1040[regelnummer]
't Welk sijn verheerlijkt vleesch in eeuwig wesen houd.Ga naar voetnoot1040
 
 
 
De vrouwen op dit vragen
 
Staen angstig en verslagen,
 
En of se schoon de wacht gevelt sien en gevlucht,Ga naar voetnoot1043
 
Sy blijven niettemin voor haeren Heer beducht.Ga naar voetnoot1044
[pagina 136]
[p. 136]
1045[regelnummer]
Schept moed, schept moed, o vrouwen,
 
Hy heeft het veld behouwen;Ga naar voetnoot1046
 
Uw Jesus heeft de dood ook in het graf vermant,Ga naar voetnoot1047
 
En nu volkomelijk verworven d'overhand:
 
 
 
Want alhoewel die kuyscheGa naar voetnoot1049
1050[regelnummer]
Soo moedig aen den kruysse
 
De dood al stervende vermant heeft ja gedood;
 
Wat waer 't, en waer hy niet verresen van de dood?Ga naar voetnoot1052
 
 
 
O dood waer is uw prickel,Ga naar voetnoot1053
 
Uw nederslaende sickel?Ga naar voetnoot1054
1055[regelnummer]
Waer, hel, is d'overhand, die ghy u had belooft?Ga naar voetnoot1055
 
D'een is (God dank) verstompt, en d'ander uytgedooft.Ga naar voetnoot1056
 
 
 
Juycht, juycht, o Christe scharen,
 
Uw Prins is opgevaren;Ga naar voetnoot1058
 
Hy heeft u los gemaekt van 's duyvels slaverny.Ga naar voetnoot1059
1060[regelnummer]
Wat snorkt ghy, Caesar, doch? wat, Alexander, ghy?Ga naar voetnoot1060
 
 
 
Wat wilt ghy onberadenGa naar voetnoot1061
 
Uw' daden by de daden
 
Verlijcken van dien Held, dien temmer van de dood?Ga naar voetnoot1063
 
Wech, purpre roovers, wech, 't verschil is al te groot.Ga naar voetnoot1064
[pagina 137]
[p. 137]
1065[regelnummer]
Ghy overwont in 't strijden
 
Door leet doen, Hy door lijden:
 
Ghy hebt uw eygene eer, Hy 's Hemels eer betracht:Ga naar voetnoot1067
 
't Verderf waert ghy, Hy 't heyl van 't menschelijk geslacht.
 
 
 
En ghy, verkeerde RedenGa naar voetnoot1069
1070[regelnummer]
Wat spant ghy sonder reden
 
Uw' krachten tegens God en sijn vermogen in?Ga naar voetnoot1070-1071
 
Swicht, wereld-wijsheyd, swijgt, ghy sufster, ghy sottin:Ga naar voetnoot1072
 
 
 
Dit wonderlijk verrijsen
 
En laet sich niet bewijsen,
1075[regelnummer]
Als door 't geloove alleen; ghy blijft hier in den dut;Ga naar voetnoot1075
 
En waer 't geloove spreekt, daer is u 't swijgen nut.
 
 
 
Heer Jesu, hoor mijn' bede,
 
Geef dat mijn aerdsche redeGa naar voetnoot1078
 
Sich in uw hemelsch woord soo gantsch gevangen geef,Ga naar voetnoot1079
1080[regelnummer]
Dat sy geen punt daer van geen stipken wederstreef.Ga naar voetnoot1080
 
 
 
En geef my daer beneven
 
Dat self in desen levenGa naar voetnoot1082
 
Ik eens verrijsen leer uyt mijner sonden graf;Ga naar voetnoot1083
 
Trek, trek my buyten my en van my selven af:
[pagina 138]
[p. 138]
1085[regelnummer]
Op dat ik na dit leven
 
In siel en geest verhevenGa naar voetnoot1086
 
Dit afgeleyde vleesch vergaen tot stof en slijk,Ga naar voetnoot1087
 
Ook eens verheffen sie, en worden 't uw gelijk. Amen, Amen.Ga naar voetnoot1085-1088Ga naar voetnoot1088
 
 
 
ENDE.

voetnoot1013
Son-torts: zon; versch: pas.
voetnoot1014
wesen: gelaat.
voetnoot1021
yverig vertrouwen: toegewijde trouw.
voetnoot1023
Bet.: Tot geen prijs houden zij op hun liefde te betonen.
voetnoot1024
Daer: Ginds, nl. op Golgotha; lest by 't kruys, vgl. Marc. 15:40-42.
[tekstkritische noot]1038 A. warme
voetnoot1028
vaerdig: met spoed; noch: toch.
voetnoot1031
Eer eens: Zelfs voordat.
voetnoot1013-1032
Vgl. Marc. 16:1-2: ‘Ende als de Sabbath voorby gegaen was, hadden Maria Magdalene, ende Maria de (moeder) Jacobi, ende Salome specerijen gekocht, op dat sy quamen ende hem salfden. Ende seer vroegh op den eersten (dagh) der weke, quamen sy tot het graf, als de sonne opgingh.’
voetnoot1032
Bet.: En als de schone morgenster opgestaan voor de opgang der zon; vgl. Openb. 22:16: ‘Ick Jesus ... ben ... de blinckende morgensterre.’
voetnoot1033-1036
Vgl. Luc. 14:4-6: ‘siet, twee mannen stonden by haer in blinckende kleederen ...’ (en zeiden) ‘Wat soeckt gy den levenden by de dooden? Hy en is hier niet, maer hy is opgestaen.’
voetnoot1036
al voor een' wijl: al een poos geleden.
voetnoot1037-1038
kruyen Geplukt in 't werme zuyen: specerijen.
voetnoot1039
balssem-sout: bederfwerend zout. Voor het balsemen van lijken werden kruiden en zouten gebruikt.
voetnoot1040
verheerlijkt vleesch, vgl. Fil. 3:21: (Jezus Christus) ‘Die ons vernedert lichaem veranderen sal, op dat het selve gelijckformigh worde sijnen heerlicken lichame.’ Kantt.: ‘den lichame sijner heerlickheyt, ofte, sijn lichaem der heerlickheyt, N. 't welck hy na sijne opstandinge, ende nu noch in den hemel heeft.’ De eigenschappen van dit verheerlijkt lichaam zijn vooral onverderfelijkheid en onsterfelijkheid; in eeuwig wesen houdt: eeuwig in stand houdt.
voetnoot1043
de wacht gevelt: de schildwachten neergeveld, vgl. Matth. 28:4: ‘uyt vreese van hem, zijn de wachters seer verschrickt geworden, ende wierden als doode.’
voetnoot1044
beducht: bezorgd.
[tekstkritische noot]1054 A. Uw nimmer satte sickel?
voetnoot1046
het veld behouwen: de overwinning behaald.
voetnoot1047
vermant: overmeesterd.
voetnoot1049
kuysche: smetteloos reine.
voetnoot1052
en waer hy niet: als hij niet was.
voetnoot1053
prickel: ijzeren punt om dieren mee voort te drijven; vgl. 1 Cor. 15:55: Doot, waer is uwen prickel? Helle, waer is uwe overwinninge?’
voetnoot1054
sickel: zeis (het gewone embleem van de dood). Het woord is hier een bijstelling bij het figuurlijk gebruikte, bijbelse woord ‘prickel’.
voetnoot1055
d'overhand, die ghy u had belooft: de overwinning, waarop gij u bij voorbaat had verheugd.
voetnoot1056
D'een, nl. de zeis van de Dood; d'ander, nl. de Hel.
voetnoot1058
Prins: Vorst, vgl. vs. 1035; Christus is de vorst des levens, Hand. 3:15; opgevaren: verrezen.
voetnoot1059
los: vrij.
voetnoot1060
snorkt: snoeft; doch: toch.
voetnoot1061
onberaden: zonder grond.
voetnoot1063
Held, nl. Christus, vgl. vs. 1030 en in de Messiaanse Psalm 45 (vs. 4): Gordt u sweert aen de heupe, O helt’, ook Jes. 42:13: ‘De Heere sal uyttrecken als een helt’ (Kantt. ‘T.w. Jesus Christus’).
voetnoot1064
purpre roovers: in het purper (van koningskleed of toga) geklede usurpators.
voetnoot1067
betracht: getracht ... te bevorderen.
voetnoot1069
verkeerde Reden: verkeerd gebruikte rede, verduisterd verstand (Eph. 4:18).
voetnoot1070-1071
Bedoeling: wat tracht gij te beredeneren, dat de opstanding uit de doden onmogelijk is: God vermag immers alles.
voetnoot1072
wereld-wijsheyd, vgl. 1 Cor. 1:20: ‘heeft Godt de wijsheyt deser werelt niet dwaes gemaeckt? (ook 1 Cor. 3:19:) sufster: stuk onverstand.
voetnoot1075
in den dut: onzeker, in twijfel.
voetnoot1078
aerdsche rede: natuurlijk verstand.
voetnoot1079
uw hemelsch woord: het bijbelwoord.
voetnoot1080
geen punt, geen stipken, vgl. de aant. op vs. 215.
voetnoot1082
self: zelfs; in desen leven: in dit aardse leven.
voetnoot1083
eens: nog eens, eenmaal. Vgl. Eph. 5:14: ‘Ontwaeckt gy die slaept, ende staet op uyt den dooden’; Kantt.: ‘N. den geestelicken slaep der sonde, ende doot der sonde, zijnde wacker ende levendigh gemaeckt door het woort ende den Geest Christi.’
voetnoot1086
verheven: opgenomen in de hemel.
voetnoot1087
afgeleyde vleesch: (op aarde) achtergelaten lichaam; vergaen: dat dan al vergaan is.
voetnoot1085-1088
Gebed gebaseerd op antw. 57 van de Heid. Cat.: ‘Dat niet alleen mijn siele, na desen leven, van stonden aen tot Christo, haer hooft sal opgenomen worden; maer dat oock dit mijn vleesch, door de cracht Christi opgeweckt zijnde, wederom met mijner sielen vereenicht, ende den heerlijcken lichame Christi gelijckformich sal worden.’
voetnoot1088
verheffen: in de hemel opgenomen worden; Amen, Amen: het geschiede alzo, vgl. Kantt. op Num. 5:27: ‘Het wort somtijts verdubbelt om de beteeckeninge te vermeerderen, ende te verstercken.’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken