Evangelische liederen

(1738)–Johan Deknatel– rechtenstatus

A.
ACh! hoe is 't getal zo klein Pag.	166
Abba, liefste Heer	182
C.
CHristus bloed en Gerechtigheit	141
D.
DE Vader heeft den Heiland lief	117
Der Oudsten gansche Schaar	136
Die aan het kruis hing	145
Daar Christus is en 't hart uit God	150
Daar is maar een uit aller tal	139
De Eerstgeboorne	168
Dies zeg ik u van herten	181
De Heiland heeft voor ons geleden	179
Dat is klaarheit	181
E.
EY biddet God den Heiligen Geest	130
Een Lam gaat heen en draagt de schuld	138
G.
GY moogt zo als gy zyt tot Jesus komen	137
Gezallefde Heiland	167
G'naade is een lieflyk woord	170
H.
HEilige Meester	110
Hoe wel is 't ons	113
Hert en hert vereent te zamen	120
Hier legt myn zin zich voor u neder	148
I.
JEsus, kom dog zelv' tot my	109
Is God voor ons zo spreeke	133
Jesus kracht der bloode herten	153
Jesus Godlyk Lam.	161
K.
KOmt laat ons eeren	129
Komt Zondaars en schouwt dog	172

M.
MYn Heiland werp een liefde-blik	118
Myn Priester heilig' u voor my	144
Myn Heiland maak my regt aan u verknogt	147
Myn Lam, myn licht, myn schoone	151
Myn Hooft, myn Koning	181
Maakt my dan, o groote Koning	182
N.
NU eerstgeboorne Broeder.	182
O.
OJesus Christ, myn licht en schat	108
OP der aard' is geen vernoegen	122
O myn verwond'de Vorste	126
O raad my naar uw herte	128
O bloedige Verzoener	132
O God wat heeft een heerlykheit	137
O Lam, ons eenig Opperhooft	158
O Lam Gods geslacht	163
O God, wien alles is bewust	165
Onschuldig Lam, van zonden onbesproken	174
O wilt ons binden	182
O Liefde die in vremder nood	177
S.
SLegs een geheimnis weet ik niet	147
T.
TRouwste Vrind, hier is myn hert	127
V.
VErblydt u zeer, o Christen Kerk.	114
W.
WEn kryg ik myn kleed	144
Wat is 't verwond'de Liefde	154
Z.
ZO open' u, o Naame Jehovah	160
Zie Bruid, hoe hangt uw Bruidegom	173
Zyn bloed bedauw ons maar	180