Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Voorwaarden voor hergebruik
    • Disclaimer
    • Voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid

Informatie terzijde

Algemeen letterkundig lexicon
Toon afbeeldingen van Algemeen letterkundig lexicon

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (4,42 MB)

Lexicon van de poëzie (5,01 MB)

Lexicon van de retorica (1,62 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (3,59 MB)

Lexicon van literaire genres (13,34 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (15,45 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (2,36 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (19,90 MB)



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Algemeen letterkundig lexicon

(2012-....)–anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

beletselteken

Leesteken in de vorm van drie punten ‘...’ of asterisken ‘***’, die de lezer er opmerkzaam op maken dat hier bewust iets onuitgesproken wordt gelaten, bijv. om redenen van discretie, zoals in Multatuli’s Max Havelaar (ed. Van Lennep, 1860), waarin Van Lennep plaatsnamen als volgt weergeeft: L***.

Het beletselteken kan ook gebruikt worden om aan te geven dat woorden tekortschieten, zoals in Rhijnvis Feiths Julia (1783):

.... De onsterflijkheid, JULIA! ..... och gij geeft mij aan mijn zelven weder –
(ed. Kloek & Paasman, 1982, p. 98)

Aldus gebruikt is het beletselteken verwant aan het aandachtsstreepje.

Het beletselteken wordt voorts gebruikt om nadruk op iets te vestigen door het te verzwijgen (reticentia). Tegenwoordig is het een aanduiding voor een afgebroken zin en in de voordracht een markering van een rust. Om aan te geven dat er een stuk tekst in een citaat is weggelaten, wordt het beletselteken tussen haakjes geplaatst: ‘De docent zei: “(…), maar dit neemt niet weg dat je (…) op tijd moet komen”’.

Lit:   P.J. van der Horst, Alles over leestekens. Praktische handleiding voor het gebruik van leestekens en andere tekens (20013).

beklemtoning zie accent belgicisme

thematisch veld:

Moderne stilistiek en taalkunde
Spelling en (typo)grafische aspecten

Vorige Volgende