Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

Algemeen letterkundig lexicon
Toon afbeeldingen van Algemeen letterkundig lexiconzoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (4,42 MB)

Lexicon van de poëzie (5,03 MB)

Lexicon van de retorica (1,63 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (3,76 MB)

Lexicon van literaire genres (13,54 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (15,66 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (2,40 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (20,12 MB)

XML (11,51 MB)

tekstbestand



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Algemeen letterkundig lexicon

(2012-....)–anoniem Algemeen letterkundig lexicon–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

fabliau

Etym: Fr. < Lat. fabula = vertelling, verhaal.

Middeleeuws komisch verhaal in octosyllabische, paarsgewijs rijmende verzen, waarin de clerus en de burgerij het vaak moeten ontgelden. De komische inhoud steunt vaak op scatologische of seksuele grappen; huwelijksbedrog is het favoriete thema. De toon is meestal grof-realistisch en ruw zoals in de kluchten (zie klucht-1). De fabliaux hebben geen morele strekking zoals de exempelen (zie exemplum) en blijven anekdotisch. Het genre ontstond in het midden van de 12de eeuw en kende in Frankrijk een grote bloei in de 13de en 14de eeuw; in de 14de eeuw werd het genre ook in Engeland populair. Zo’n 150 voorbeelden zijn bewaard gebleven. Belangrijke auteurs van fabliaux zijn Rutebeuf en Jean Bodel. Bekende fabliaux zijn ‘Le Vilain Mire’ en ‘Les trois aveugles de Compiègne’. Een beroemde Engelse fabliau is Chaucers ‘The Miller’s Tale’ in The Canterbury Tales (ca. 1400).

Deze middeleeuwse komische teksten zijn verwant aan de boerde, de anekdote, de Schwank-1 en de mop. Zie ook fabula.

Lit: C. Kruyskamp, De Middelnederlandse boerden: voor het eerst verzameld uitgegeven (1957) • P. Nykrog, Les fabliaux. Étude d’histoire littéraire et de stylistique médievale (1973²) • W.B. Godzich, Étude d'un genre: le fabliau (1975) • Ph. Ménard, Les fabliaux. Contes à rire du moyen âge (1983) • W. Noomen & N.H.J. van den Boogaard (red.), Nouveau recueil complet des fabliaux, 10 dln (1983-1998) • E. Hertog, Chaucer’s fabliaux as analogues (1991) • F.J. Lodder, Lachen om list en lust. Studies over de Middelnederlandse komische versvertellingen (1997).

fabel-2 zie fabula/suzjet fabula

thematisch veld:

Verhalende genres
Korte verhaalvormen: komisch-satirisch

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken