Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Rijmwoordenboek der Nederduitsche taal (1846)

Informatie terzijde

Titelpagina van Rijmwoordenboek der Nederduitsche taal
Afbeelding van Rijmwoordenboek der Nederduitsche taalToon afbeelding van titelpagina van Rijmwoordenboek der Nederduitsche taal

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.58 MB)

ebook (3.26 MB)

XML (1.10 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

studie
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Rijmwoordenboek der Nederduitsche taal

(1846)–Lodewijk Hendrik Delgeur–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Tweede hoofdstuk.
Over de maet.
(Prosodica.)

I. Over de maet in 't algemeen.

23. De lettergrepen zyn lang of kort naer mate de letters waeruit zy bestaen eenen meerderen of minderen tyd in de uitspraek vorderen. De lang- of kortheid der grepen is dus niet volstrekt: sommige zyn zeer lang (als vree̅mdst, ha̅rdst,) andere zyn zoo kort dat ze dikwyls in de uitspraek geheel verloren geraken (als nedĕrige,) andere weder zyn middelmatig en worden dan langer, dan korter uitgesproken.

Sommige schryvers, onder anderen Bilderdijk en de hooggel. weleerw. Hr. David, willen dat al de grepen waer de klemtoon niet opvalt, kort zyn; en dat b.v. dorst in blo̅́eddorst niet langer zy dan - ĕn in blo̅́eden; doch dat deze meening geen steek houdt, is ligt te bewyzen. Wie toch zal beweren dat de twee volgende verzen, nogtans geheel naer den bovengemelden regel samengesteld, denzelfden tyd noodig hebben om uitgesproken te worden?

 
Uit 's áfgronds kólk vliegt ze óp als 't woéstste en grúwzaemst' spóok.
 
 
 
kinker.

en dit:

 
In díepe dálen én op véld en héuveltóp.
 
 
 
feitama.
[pagina 9]
[p. 9]

Wie zou, zeggen wy, zoo hy zich aen de boven aengeteekende klemtoonen niet herinnerde, op de gedachte komen dat het laetste met het eerste aen dezelfde versmaet gebonden ware?

De klemtoon is derhalve, op zich zelve en alleen, weinig geschikt tot het bepalen van de ware lang- of kortheid der grepen.

2. Lange Lettergrepen.

24. Alle lettergrepen waerin de klinker (hy zy dan uit zichzelven lang of kort, beklemd of onbeklemd) door twee, dry of meer van elkander verschillende medeklinkers opgevolgd wordt, zyn lang; als a̅rmste, groo̅tst, sle̅chtst, ko̅rt, ka̅lf, due̅rzae̅mst, e̅lf, ha̅ndgemeen, wa̅lmgevend, twa̅e̅lftal, blo̅e̅ddo̅rst.

25. Alle samengetrokken lettergrepen zyn uit haren aerd lang, als: vaêr (vader), illustratie (gro̅o̅tvader), blaê̅n (bladen), snô̅ (snode); aldus ook 'k be̅n, (voor ik ben), ja zelfs, schoon er een vocael volgt, als 'k a̅t, voor ik at; men spreekt dit langzamer uit, en maekt het niet volkomen tot eene lettergreep, als in kat.

26. In woorden van dry of meer lettergrepen is de syllabe waer de klemtoon op valt, lang: illustratie.

27. In woorden van twee lettergrepen wordt die waer de klemtoon op valt, meestvoor lang gehouden, als: le̅́ven, ste̅́rven, bre̅́ngen. Nogtans als deze lettergreep door eene, die merkelyk langer, en met de hoofdklemtoon geteekend is,

[pagina 10]
[p. 10]

wordt voorafgegaen, en maer door eenen medeklinker gevolgd wordt, kan men die anders lange vokael ook kort gebruiken: en dus illustratie, maer niet zoo goed illustratie (voor illustratie) zeggen.

28. Alle zelfst. en byv. naem- en werkw. van eene lettergreep zyn eigentlyk lang: ba̅d, be̅d, sta̅e̅n, fra̅ei, enz. Men vindt ze eventwel zeer dikwyls, by onze beste dichters, als kort gebruikt, en dat wel wanneer zy onbeklemd zyn.

Korte Lettergrepen.

29. Kort zyn de lidwoorden, de onbepaelde voornaemwoorden, verder alle onbeklemde voorsylben en die slotgrepen welke nooit den klemtoon krygen, als: bĕga̅e̅n, gĕbe̅dĕn, ĕrla̅ngĕn, ŏntva̅ngĕn, vĕrgĕze̅ld, to̅o̅vĕrĕn, vle̅u̅gĕls, gĕbi̅e̅dĕr, ma̅nnĕtjĕ, ko̅nĭng, enz.

Die slotgrepen welke eenen halven toon ontvangen, kunnen daerdoor lang worden, en zyn dus middelbaer; als: bānnĕlingĕn, hāvĕlŏos, āfgrȳssĕly̆k, enz.

Indien zy echter door eene lange greep zyn voorafgegaen en onmiddelyk door eene korte gevolgd worden, zyn zy gewoonlyk lang, als: illustratie, enz.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken