Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jongens en wetenschap. Deel 1 (1946)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jongens en wetenschap. Deel 1
Afbeelding van Jongens en wetenschap. Deel 1 Toon afbeelding van titelpagina van Jongens en wetenschap. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.86 MB)

Scans (75.16 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
jeugdliteratuur

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/algemeen


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jongens en wetenschap. Deel 1

(1946)–P. van Denenberg–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 153]
[p. 153]

Kleinbeeldopnamen vergroten met een zelfgemaakt Toestel

Als jullie vroeger nog met platen van groot formaat of met films van 9 × 12 cm of meer gewerkt hebben, dan waardeer je de huidige kleinbeeldcamera bizonder omdat de films zo goedkoop zijn. Jammer genoeg gaal deze besparing gedeeltelijk weer teniet doordat je meestal de kleine opnamen moet laten vergroten. Vooral wanneer je die in een behoorlijk formaat wilt laten maken, zodat je ze op de muur kunt prikken, kost dal bij de fotograaf altijd vrij veel.

Ja, als je zelf die vergrotingen maar kon maken, maar om het geschikte materiaal met kunstmatige belichting aan te schaffen moet je je porte-monnaie weer flink aanspreken. Het vervaardigen van een vergrotingsapparaat wordt gewoonlijk afgeraden terwille van de dure condensorlenzen, die voor de gelijkmatige belichting van het negatief nodig zijn. Voor groter formaat negatief klopt dat gewoonlijk, maar voor de vergroting van kleinbeeldopnamen kun je ook zonder condensorlenzen een goed bruikbaar vergrotingstoestel zonder moeilijkheden vervaardigen.



illustratie
Fig. 1.


[pagina 154]
[p. 154]

Hier is een leidraad om zelf een toestel te maken dat zowel voor negatieven van 60 × 60 mm als van 24 × 36 mm dienst doet. Je hebt hiervoor alleen maar een paar houten plankjes nodig, wat karton, het objectief van een oud fototoestel en nog een paar kleinigheden waarover elk knutselaar beschikt.

Het objectief is gemakkelijk aan te schaffen; bijna elk amateurfotograaf heeft ergens een camera met formaat 9 × 12 cm of 6 × 9 cm liggen, dat hij nooit gebruikt. Dit objectief hoeft absoluut niet bizonder lichtsterk te zijn. We schroeven het er af en stellen de brandpuntsafstand vast, want hiervan hangt de lengte af van de uittrekbare buis voor het objectief aan ons vergrotingstoestel. Zoals bekend komt de brandpuntsafstand van het objectief overeen met de afstand van de lens tot het platen- respect, het filmnegatief in de camera, bij de stand oneindig.



illustratie
Fig. 2.


Fig. 1 en 2 geven de constructie van ons vergrotingstoestel. Gesteld dat we een objectief van 13,5 cm brandpuntsafstand bezitten, dan moeten we de uittrekbare buis voor het objectief zo lang maken dat, bij slechts tweevoudige vergroting, het negatief 20,2 cm van de lens kan verwijderd worden, bij zesvoudige vergroting 15,7 cm. Voor objectieven van andere brandpuntsafstanden licht tabel 1 in. Tabel 2 geeft de afstand aan waarbij het beeld met de overeenkomstige vergroting, van de lens af gemeten, in de projectie op het scherm scherp verschijnt.

Brandpuntsafstand van de lens 1½ voudig 2 voudig 3 voudig 4 voudig 5 voudig 6 voudig
9 cm 15 cm 13,5 cm 12 cm 11,2 cm 10,8 cm 10,5 cm
12 cm 20 cm 18 cm 16 cm 15 cm 14,4 cm 14 cm
13,5 cm 22,4 cm 20,2 cm 16 cm 17 cm 16 cm 15,7 cm
15 cm 25 cm 22,5 cm 20 cm 19 cm 18 cm 17,5 cm

Tabel 1, afstand van het negatief tot de lens in centimeters.

[pagina 155]
[p. 155]

Brandpuntsafstand van de lens 1½ voudig 2 voudig 3 voudig 4 voudig 5 voudig 6 voudig
9 cm 22,5 cm 27 cm 36 cm 45 cm 54 cm 63 cm
12 cm 39 cm 36 cm 48 cm 60 cm 72 cm 84 cm
13,5 cm 33,7 cm 40,5 cm 54 cm 67,5 cm 81 cm 94,5 cm
15 cm 37,5 cm 45 cm 60 cm 75 cm 90 cm 105 cm

Tabel 2, afstand van de lens tot het scherm in centimeters.

Eerst maken we de lampekast.

illustratie
Fig. 3. Grote panelen van de lampekast


Daarvoor gebruiken we 6 plankjes, waarvan vorm en grootte bij gebruik van 1 cm dik hout in fig. 3 aangegeven zijn. Als je hout van een andere dikte neemt ontstaan er in deze maten kleine afwijkingen, die bij het zagen van het hout in acht moeten genomen worden. De opening in het achterste zij plankje voorde lampfitting wordt, in overeenstemming met de doorsnee, met de figuurzaag uitgezaagd. Op de aangegeven plaats tussen lamp en negatief wordt, met behulp van twee latjes met gleuf die aan de beide zijwanden aan de binnenkant aangebracht worden, een opalen ruit ingezet; gewoon matglas is onbruikbaar omdat het licht van de lamp daarmee niet voldoende verspreid wordt. Het deksel van de lampekast wordt met twee scharnieren opklapbaar gemaakt. De houten delen van de kast voor het negatief zie je duidelijk

illustratie
Fig. 3a. Voorzijden van de lampekast


op fig. 4, terwijl fig. 5 aanwijst hoe de 4 plankjes samengevoegd en met de voorkant van de lampekast verbonden worden. Zoals uit fig. 2 blijkt wordt de openingsrand naar de lichtkast toe met een vijl schuin naar binnen afgewerkt.
[pagina 156]
[p. 156]
De verschuifbare objectiefbuis

illustratie
Fig. 4. Houten delen van de kast voor het negatief


wordt in de boven vermelde lengte uit sterk karton geknipt. De houten delen die voor de samenstelling vereist zijn worden op fig. 6 aangeduid. In de twee objectiefplankjes die op elkaar gespijkerd worden, wordt nu een ronde opening gezaagd op de grootte van het objectief. Objectiefbuis en negatiefkast worden van binnen zwart geverfd.

illustratie
Fig. 5.


Ten slotte vervaardigen we het kastje voor het negatief uit 3 mm dik spalkhout waarvan fig. 7 de gegevens biedt. In dit kastje plaats je het negatiefje tussen twee glazen platen, elk van 6,5 × 6,5 cm grootte, in de vierkante opening. Zoals uit de tekening blijkt zaag je drie plankjes van elk 9 × 15 cm waarvan het een, een opening van 6 × 6 cm, de twee andere er een krijgen van 6,6 × 6,6 cm. Een van de laatstgenoemde plankjes wordt bovendien op de aangegeven plaats

illustratie
Fig. 6. Houten delen van de buis voor het objectief


doorgezaagd en de twee stukken worden, door middel van twee kleine scharnieren, weer beweegbaar verbonden. Nu lijm je of schroef je de drie plankjes aan elkaar zoals de figuur laat zien, zodat er een raam ontstaat waarin de glazen platen met het daartussen liggende negatief zo gelegd kunnen worden dat deze, na het overleggen van het dekplankje, niet los maar veeleer een beetje tegen elkaar aanzitten. Dit is wel mogelijk als het glas dik genoeg is.
[pagina 157]
[p. 157]


illustratie
Fig. 7. Kastje voorhetnegatief


Pas nu bevestig je met kleine spijkertjes de objectiefbuis in de kast voor het negatief. Eerst moet het kastje, zoals voorzien, in de kast voor het negatief geplaatst worden en dan de objectiefbuis tussen de twee zijplankjes van de kast voor het negatief zo ver ingeschoven, tot het kastje er nog met een lichte wrijving in enuitgeschoven kan worden.

Als lichtbron is een lamp van 75 Watt voldoende; het is niet raadzaam een sterkere lamp te gebruiken omdat de kast anders te warm wordt.

Bij gebruik zet je het toestel op tafel en projecteer je het beeld op een muur, waarop je al eerder een stuk gewoon papier van voldoende formaat hebt bevestigd. Na het beeld scherp gemaakt te hebben breng je het gevoelig papier op zijn beurt op het vermeld gewoon papier. Je doet verstandig als je met een plankje een scherm maakt dat je als een plaat aan de muur kunt hangen. Dat plankje overtrek je met wit papier, waarop het beeld scherp geprojecteerd kan worden. In geval je voor de vergroting meestal hetzelfde formaat wilt gebruiken, kun je op dit plankje een raam maken waarbij je eerst het formaat met potlood aanduidt. Dan plak je op zij en onder deze strepen, stroken karton van 2 cm breed en 1 mm dik zodat het lichtgevoelige papier er net tussen komt te zitten. Nu lijm je op die stroken nog 3 stroken karton die 2-3 mm breder zijn en ietwat naar binnen toesteken. Het fotopapier kan in dit raam, als een schuif in een kastje, geschoven worden en ligt mooi effen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken