Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het leven van Frank Rozelaar (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het leven van Frank Rozelaar
Afbeelding van Het leven van Frank RozelaarToon afbeelding van titelpagina van Het leven van Frank Rozelaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.87 MB)

Scans (16.35 MB)

XML (0.79 MB)

tekstbestand






Editeur

Harry G.M. Prick



Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het leven van Frank Rozelaar

(1982)–Lodewijk van Deyssel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

aant.Woensdag, 15 December 1897, ochtend

 
Ga naar margenoot+Het vuur verslindt en bruit
 
De tol kirt morrend op de vloer
 
Ik zag mij als een blanke teêre vrouw
 
Zoo bang om dat een zware reus
 
hare man worden zoû.

*

[pagina 163]
[p. 163]

Ga naar margenoot+Wij hadden het kleine meisje tusschen ons opgenomen en voort-gedragen door de lucht. Toen was het kleine lijfje speelsch geworden. Zij boog zich achterwaards, het hoofdje schuin op zij, het mondje open voor de kleine tandjes-rij, de wangen donker-ròze, de oogjes van behagend schalke spelerij, de haren losjes hangend om het halsje waren. Dan zei ik iets en dan weêr zíj, wij deden 't nog en nog eens als een referein. Het meisje woû maar door blijven spelen en niet naar huis toe gaan. Toen viel de paraplu. ‘Kijk, kom nou-maar gauw, de paraplu die schrikt er al van en hier kunnen de konijntjes 't zien’.

 
*
 
Ga naar margenoot+Zij houden niet van melk
 
Maar uit de móoye melkkan
 
Kunnen zij wel vier glaasjes ân.
 
*
 
Ga naar margenoot+Gij weet het toch? Zij is een zuiver wonder, zij.
 
Geen enkle andre vrouw is schoon en goed als zij.
 
Daar moet gij mij maar over hooren
 
En moog 't muziek zijn in uw ooren.
 
*
 
Ga naar margenoot+Haar stille wijze van te weten dat ik goed word;
 
Haar stille wijze van te kijken
 
Zonder zelf te weten dat zij dáar-aan denkt.
 
Althands zonder het ná te weten.
 
Want vraag ik dan:
 
‘Waar denk je ân?’
 
Dan zoekt zij en vindt gauw
 
De héel andere gedachte,
 
die vóor deze in haar was.
 
O stille blik der schoonst wetende vrouw.

*

Ga naar margenoot+Boven op een rooden heuvel. Onder witte zonnetent, waar een driekleur-vlag op wappert, Snellen rond drie kleurge ruiters.

[pagina 164]
[p. 164]

aant. Elk van hen zijn paardje ment met de linker hand, de rechter houdt al-door maar den trompetter voor zijn mond. Hoor hoe die muziek klinkt wijl ze aldoor maar rennen in het rond.

Die muziek komt uit den grond van den heuvel waar ze op rijden. Die trompetten houden ze maar zoo wijl dat zoo aardig is.

*

Ga naar margenoot+Ik heb den heelen dag pleizier. Als ik niet vind wat 'k zoek en eindelijk toch net nog juist, dan lach ik in mijn vuist en murmel: ‘tierelier’. En als ik niet vínd, zit ik maar stil te kijken. Ik weet: het kán, het kán nu niet meer wijken.

 
*
 
Ga naar margenoot+Hoe idioot voelt het nu na
 
Het leven buiten dichterlijk proza.
 
*
 
Ga naar margenoot+Gij weet: dat Akedysseril
 
Dat is maar een paskwil.
 
Dat zullen u betoogen
 
De knapste Indologen.
 
Historiesch onjuist!
 
Zoo was het in Indië niet!
 
Snapt gij?
 
Of... kunt gij geen Sanskriet?
 
O jei!
 
Dan moet gij maar als een vogeltje gaan fluiten,
 
Want tegenwoordig kunt gij daar niet meer buiten.
 
*
 
Ga naar margenoot+Ik heb een pijpje in mijn mond
 
Waar 'k heelemaal niet om denk
 
Ik merk tot mijn verbazen
 
Dat 'k als een razen
 
-de' er in zit te blazen.
 
*
[pagina 165]
[p. 165]
 
Ga naar margenoot+Ha ha ha
 
Mijn pijpje is mij na-
 
der dan Kon-foet-sjee
 
Mahomet of Sjíwa.
 
O Heere-Jee.
 
*
 
Ga naar margenoot+Christus noem ik hier niet bij
 
Uit eerbied voor mijn oude-lui.
 
*
 
Ga naar margenoot+Hatsjie! Ik nies.
 
- ‘Boroboedoer’.
 
Houd op, ouwe-hoer,
 
Of ik nies op u.
 
Uw wetenschap maakt mij verkouden
 
Ik zal mij liever bij mijn warm pijpje houden.

margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*
margenoot+
*

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken