Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzamelde werken. Deel 6. Lyrisch en verhalend proza, ethiesch-mystische varia, reisindrukken, schetsen en aanteekeningen (1920)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzamelde werken. Deel 6. Lyrisch en verhalend proza, ethiesch-mystische varia, reisindrukken, schetsen en aanteekeningen
Afbeelding van Verzamelde werken. Deel 6. Lyrisch en verhalend proza, ethiesch-mystische varia, reisindrukken, schetsen en aanteekeningenToon afbeelding van titelpagina van Verzamelde werken. Deel 6. Lyrisch en verhalend proza, ethiesch-mystische varia, reisindrukken, schetsen en aanteekeningen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.40 MB)

Scans (13.50 MB)

ebook (3.03 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen
reisbeschrijving
schetsen
verhalen
verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzamelde werken. Deel 6. Lyrisch en verhalend proza, ethiesch-mystische varia, reisindrukken, schetsen en aanteekeningen

(1920)–Lodewijk van Deyssel–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 4]
[p. 4]

De koning der eeuwen
Een proza-gedicht

Witte lucht, zwarterig van raggetjes en stippeltjes, de lage zware wolken als hangende besneeuwde moederbuiken, ziende dof, als met blikken, ziende.

Glazerend door de ijle vensterruiten néêr en áan, tégen-áan en het héeren-lijf, er boven-op het naakte hoofd, het hoofd zonder kleêren en al het waterwitte licht, het blauwig, groenig witte, zilver-visschig-witte licht, klater-kaatsend áan tegen het hoofd, lach-lippenlijnig, kolken-spelend door de kamer om en om.

 

En de eeuwen, al de geele eeuw-getijden in golvenklompen als sneeuwbergen wentelende boven de norsche, gladde en oogeloze daken. Zij spleten als zeeën met legers pieperig zwarte mier-menschen er tusschen en meê-rollend in hun zwaayen. Zij waren al de volkeren, de volkeren-volten met golvende verschieten van de roode en gouden schoonheden, de stijlen die zij hadden gebouwd, geel-bruine pyramidetjes, en de zilver-blanke pausen, en de rood en gouden bisschoppen met den hoogmoed hunner mijters, en al de Keizers hooggezeten met de kroon om het hoofd, en al de biddende wenkbrauwen van de heiligen, en al de Gods-concepties en al de voorhoofden der sterrekundigen met de sublime lijnen der Begrippen als

 

gouden kransen om de hoofden. En al de wereldpoëemen zongen zich in de luchten met gouden letters, die klonken als een zware stil-gillende muziek.

[pagina 5]
[p. 5]

En de Koning der Eeuwen schreed over de wolken der golvende volkeren.

 

In het huis-boven tusschen de hooge rechtheden der witte muren, lage in de plechtigheid der hoogte, het blauwe, zachte, zacht-zachte, zacht-bewegende, stilstaánde, ademend-zacht bewegende, met het hoofd, van het zachte gezicht het hoofd in het witte, het stijfwitte, het stijf-kransend witte, in de groote hooge witheid, door de hooge zachte zwaailuwingen der wit-winden, door de hooge vlagen, de teedere vlagen der wit-winden zoet en bol benaderd en ont-deind, het zachte blauwe, meisje-blauwe. En in het zwier-schuim van de toppen van de warende witwinden-vlagen krioelden en steigerden de druischende juichingen, het luide geruisch van de wilde gezangen.

 

Het naakte hoofd van de bleeke gelaats-schonken met de versteven vogelvlucht der oogen-dwaaste, kwam aan, kwam aan door de ruimte, door de stomme omkastingen, recht en hoog en die weken. De kleêrenpop naderde, dragend het hoofd op de beenen. Als een groen-bleeke maan in een wolkendrom het hoofd, in de wolken van heerlijkheid ging, ging de Koning der Eeuwen.

 

En de blauwe lucht, dons-blauw, goud-zacht, daalde en daalde zoo breed.

Zacht-gauw daalde de hemel, de hemel was op aarde, de hemel was een zacht blauw paleis op aarde.

 

En de vele gouden vrouwen van verlangen, en de vele witte knapen van de droomen, en de vele roode begeerten van de levensdaden slopen aan de hangende blauwe zijden wanden.

 

Een witter witte vogel vloog uit de bleeke hoofdkooi en was de liefde, en tot het midden van de ruimte,

[pagina 6]
[p. 6]

en was een witte lamp, gloeilicht, een brand, een schroeiwolk, een mist laayend licht.

En al de gouden vrouwen en al de witte knapen en al de roode begeerten knielden zoo langzaam en zacht, en hun hoofden bogen zoo heel langzaam en zacht.

 

Uit de bleeke gelaats-schonken vlogen zoet de liederen der woorden, en sprongen de vruchten der woorden, en spogen de paarlen der woorden.

 

En de Koning der Eeuwen, staande op de hoofden der volkeren en op de wereldgezichten en op de sterrenstelsels, en tredend op het vloerende orgel van al de groote poëemen, knakte het hoofd en sloeg de armen tot een óntvangst van éen; en voor het allerheiligste der oogen zegen de roode ooggordijnen neêr.

 

Witte lucht, blauwe luchtslierten, nat-gouden zonnebui, en windscharen rukken over de daken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken