Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refreinenbundel (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Refreinenbundel
Afbeelding van RefreinenbundelToon afbeelding van titelpagina van Refreinenbundel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (7.35 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refreinenbundel

(1940)–Jan van Doesborch–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+ [XXIX] Refreyn

 
OCh sinnen, wat moeti secretelic lijden
 
in droefheyts strijden in allen tijden,
 
want twijfel bringt mi sonder vermijden
[pagina 70]
[p. 70]
 
in anxt der doot.
5[regelnummer]
o iaghen, hoe doedi mijn vruecht ontglijden
 
in druck, in nijden in allen sijden,
 
dus mach ic dat iaghen wel vermaledijden,
 
noyt sulcken noot.
 
ic dorst iaghen tschoonste hert minyoot
10[regelnummer]
dat noyt gheiaecht mach sijn, dats bloot, Ga naar eindvs. 10
 
dus duchtic dat stoot
 
mocht crighen, quaemt in yemants schoot Ga naar eindvs. 11/12
 
tsinen wille gheuelt
 
en sijn lance metter hitten daer inne stelt Ga naar eindvs. 14
15[regelnummer]
so ben ic darm wachtere vander niethage. Ga naar eindvs. 15
 
mer nonfortse, mijn vruecht wert onghetelt Ga naar eindvs. 16
 
och mocht ic vanghen dat ic iaghe.
 
 
 
Sou mi ooc yemant sulc hert ontsteken, Ga naar eindvs. 18
 
dach, huere, oft weken in mijn bosch breken
20[regelnummer]
en mijn warande mi geheel ontrecken Ga naar eindvs. 20
 
na sijn begheeren
 
Ga naar margenoot+ ende opden haerdries iaghen, steken, Ga naar eindvs. 22
 
ter rouwer schueren lopen en alle die streken
 
na van nauelghem tot kniebeken Ga naar eindvs. 24
25[regelnummer]
sonder verweeren;
 
sou hem yemant op mijnen acker gheneeren
 
tot int aensteken met gherechte speeren, Ga naar eindvs. 27
 
tmocht mi wel deeren;
 
sou yemant mijn foreest so duer veeren
30[regelnummer]
ia heel opt mijne
 
ay lasen, ic storue van groter pijne
 
dat ic yemant sulcken arbeit voor mi doen sage.
 
mer ic hope noch verblijdt te sijne
 
och mocht ic vanghen dat ic iaghe.
 
 
35[regelnummer]
Sou mi yemant sulck hert ontstouwen, Ga naar eindvs. 35
 
hem bi die liefste onthouwen en dan door flouwen Ga naar eindvs. 36
 
deen let van dander doen strecken en vouwen
[pagina 71]
[p. 71]
 
als heel gheuaen,
 
dat ic beminne bouen alle kerssouwen
40[regelnummer]
so suet, so schoon in sijn aenschouwen
 
alst is ghedaen;
 
sou mi yemant sulck venisoen afslaen,
 
knijfelen, pueselen, tasten borstkens aen, Ga naar eindvs. 43
 
Ga naar margenoot+ bekiekelooghen saen Ga naar eindvs. 44
45[regelnummer]
oft hem doochskens int drayen ooc lustich staen
 
int innelicke iolijs,
 
ic storue arm loeten ia sagic dbewijs, Ga naar eindvs. 47
 
mer ic hope beters dan sulcke toelaghe,
 
niemant en was blijde in sijn auijs
50[regelnummer]
och mocht ic vanghen dat ic iaghe.
 
 
 
Prince
 
Lustich princhier twaer mi al goet,
 
moet, bloet, spoet, bi nachte, bi daghe,
 
had ic tdier, fier, fray, gay en soet,
 
Ic seyde een groet
55[regelnummer]
abele, notabele, abundabele ter spoet;
 
och mochtick vanghen dat ic iaghe.

margenoot+
[f. 51 v°]
eindvs. 10
noyt: ooit.
eindvs. 11/12
stoot ... crighen: aanstoot lijden, schade beloopen; vgl. XLV, 37.
eindvs. 14
en: die.
eindvs. 15
niethage: een niet bestaande haag; de bedoeling is: dan visch ik achter het net.
eindvs. 16
wert onghetelt: zal mateloos zijn.
eindvs. 18
ontsteken: ontrooven.
eindvs. 20
ontrecken: wegnemen; vgl. b.v. nog Hand. d. Amour. I 2 v°: ‘nimmermeer en zal ick 't (mijn hart) haer ontrecken’.
margenoot+
[f. 52 r°]
eindvs. 22
haerdries. Driesch = braakland (vgl. S. CCXLII, 19). De beeldspraak behoeft wel geen nadere verklaring.
eindvs. 24
na hoort wellicht bij lopen uit vs. 23.
eindvs. 27
gherechte: opgeheven.
eindvs. 35
ontstouwen: hetzelfde als ontsteken (vs. 18); niet in Mnl. en Ndl. Wdb.
eindvs. 36
flouwen: wellicht in de door Oudemans II, 312 genoemde bet. van ‘boerten, gekscheren’; deze wordt echter elders nergens vermeld.
eindvs. 43
knijfelen: knuffelen? - pueselen: betasten.
margenoot+
[f. 52 v°]
eindvs. 44
bekiekelooghen: van elders niet opgeteekend, maar het woord spreekt voor zichzelf.
eindvs. 47
loeten: sukkel; vgl. CLIV, 21; S. XXXIII, 36; LXXV, 38; CVI, 42.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken