Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Voorne-Putten (1992)

Informatie terzijde

Titelpagina van Voorne-Putten
Afbeelding van Voorne-PuttenToon afbeelding van titelpagina van Voorne-Putten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (18.68 MB)

Scans (72.39 MB)

XML (1.35 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/architectuur


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Voorne-Putten

(1992)–Peter Don–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 76]
[p. 76]

Weg- en waterbouwkundige werken

Op de geschiedenis van dijkaanleg en dijkbeheer, op de ontwikkeling van de afwatering en op de groei van de infrastructuur is in meer algemene zin in de historisch-geografische inleiding reeds ingegaan. In het onderhavige hoofdstuk worden meer specifiek gebouwen en constructies behandeld welke tot de weg- en waterbouwkundige werken gerekend kunnen worden: vuurtorens, poldermolens, gemalen, sluizen, bruggen en een tramstation.

Archivalia

ARA, Archief BiZa afd. Ken W 1875-1918, inv. nr. 1479 (Stenen Baak, 1907-'09); RDMZ, dossiers (Stenen Baak, vanaf 1937; fundament Zwartelaan, eveneens vanaf 1937).

Litteratuur

L. Crommelin en H. van Suchtelen, Nederlandse vuurtorens. Bouwgeschiedenis en organisatie, Nieuwkoop 1978; C. Hoek, ‘De vuurbakens ter beveiliging van de scheepvaart in de middeleeuwen’, Rotterdams Jaarboekje 1965, 254-264; L.W. Hordijk, Inventarissen van de archieven van de polders van Voorne-Putten en Rozenburg, Inventarisreeks van het Streekarchivariaat Voorne-Putten en Rozenburg, Brielle vanaf 1984; L.W. Hordijk, Het gemaal de Leeuw van Putten 1881-1981, Brielle 1981; Klok 1980; Klok Jzn. 1980.

Vuurtorens



illustratie
66 Oostvoorne, fundament van vuurtoren uit circa 1360-'90 aan de Zwartelaan. Plattegrond. Schaal 1:300. Tekening B. Kooij, 1990; naar tekening van C.J. Bardet uit 1965.


Gedurende vele eeuwen is de vaarroute vanuit zee naar de Brielse haven aangegeven geweest door een tweetal in de duinen bij Oostvoorne geplaatste bakens, die door de stuurlui aan boord van de schepen in één lijn moesten worden gezien. Wanneer de vaargeul zich wijzigde, dan werd het baken dat het dichtst bij de zee stond, verplaatst. Oorspronkelijk waren beide bakens van hout, maar later werd het permanente uitgevoerd als stenen toren. Door hun lengte waren de bakens overdag van verre zichtbaar; 's nachts werden zij door een vuur verlicht. In 1280 gaf Aelbrecht, heer van Voorne, de Catharijnekerk en de Heilige Geest te Brielle het privilege de twee ‘vireberghe’ (vuurbakens) te doen bouwen en te exploiteren. In 1390 blijkt de stad Brielle het onderhoud van de bakens en de uit het beheer ervan voortvloeiende inkomsten te hebben overgenomen. In het midden van de 15de eeuw is er sprake van een houten en een stenen ‘vierboete’.

Omdat men vreesde dat de vijandige Franse vloot de vuurbakens als oriëntatiepunten zou kunnen gebruiken, werd in 1542 het houten baken geheel gesloopt, terwijl van het stenen baken het bovenste, houten gedeelte werd afgehaald. In 1544 werd een en ander weer hersteld, maar in 1552 verwijderde men - opnieuw uit angst voor een Franse invasie - beide bakens geheel. In 1559 werd op een andere plaats een nieuwe, vierkante stenen toren opgetrokken.

Van de in 1552 gesloopte toren werd in 1937 het bewaard gebleven fundament ontdekt. Dit fundament werd vervolgens in 1964 ontgraven en

[pagina 77]
[p. 77]


illustratie
67 De Stenen Baak op de Heindijk, ten noordoosten van Oostvoorne. Doorsnede en plattegrond. Schaal 1:150. Opmetingstekening B. Kooij, 1988.




illustratie
68 De Stenen Baak; opname 1966.




illustratie
69 De vuurtoren van Hellevoetsluis; opname 1991.


enigszins opgemetseld. Het bevindt zich aan de Zwartelaan (vroeger de Kaapweg genaamd), op het terrein van het landhuis ‘'t Reigersnest’. De forse fundering toont aan dat de toren achthoekig was, met onderaan bijna twee meter dikke muren (baksteenformaat 32 × 16 × 8 cm; tien lagen 88 cm). De toren moet tussen 1360 en 1390 zijn gebouwd, drie verdiepingen hebben gehad en door een houten kap bekroond zijn geweest.

In 1630 verrees ten noordoosten van Oostvoorne, op de Heindijk, de Stenen Baak die daar nu nog staat. Deze vierkante toren werd door de stad Brielle gebouwd ter vervanging van een ter plaatse afgebrande vuurbaak, misschien die van 1559. De Stenen Baak is ruim vijftien meter hoog en heeft vrijwel blinde muren van gele baksteen (formaat 19 × 10 × 4,5 cm). De toren telt drie geledingen, gescheiden door natuurstenen waterlijsten. Inwendig is de houtconstructie van trekbalken op muurstijlen en korbelen bij de restauratie circa 1965 geheel nieuw aangebracht. Op de toren stond oorspronkelijk een houten opbouw met glas-in-loodramen en een tentdak met schoorsteen. In deze opbouw werd het vuur gestookt. In 1850 werd de toren buiten gebruik gesteld.

In Hellevoetsluis staat op het westelijke havenhoofd een ronde stenen vuurtoren die in 1822 naar ontwerp van J. Valk werd opgetrokken. Deze vrij kleine, geheel wit gepleisterde toren heeft een in later tijd gewijzigd lichthuis.

Poldermolens en gemalen

Ooit telde Voorne-Putten een aanzienlijk aantal poldermolens, maar hiervan is thans zo goed als niets meer over. Slechts in twee gevallen is van een dergelijke molen de romp bewaard gebleven, nu in gebruik als woonhuis. Deze rompen staan ten zuiden van de Konijnendijk onder Geervliet (op de noordoever van de Vierambachtenboezem) en aan de Hollemaarsedijk onder Zwartewaal (afb. 32). De molen aan de Vierambachtenboezem, gebouwd in 1718,

[pagina 78]
[p. 78]


illustratie
70 Het gemaal ‘De Leeuw van Putten’ te Spijkenisse; opname 1988.


bemaalde eertijds de polder Geervliet, Oud-Hoenderhoek en Schiekamp. Die aan de Holle Mare werd in 1723 gebouwd ten behoeve van de polder De Vierpolders.

Uit het recente verleden dateren de nog wel hier en daar in het land aanwezige en nog steeds gebruikte metalen weidemolentjes, die dienen om niet meer dan een enkele sloot op peil te houden.

In de tweede helft van de 19de eeuw werden de taken van de poldermolens overgenomen door stoomgemalen. Deze werden na 1900 alle verbouwd tot dieselgemaal of voorzien van een elektrische bemalingsinstallatie. De stoommachine is dus nergens behouden gebleven, evenmin als de schoorsteenpijp. Wel zijn verschillende oude gemalen als gebouw nog herkenbaar aanwezig, zij het slechts in een enkel geval ook werkelijk nog als gemaal in gebruik.

Zo resteert van het gemaal De Klomp aan de Rijksstraatweg tussen Brielle en Hellevoetsluis alleen nog het gebouw. Het gemaal werd in 1879-'80 naar ontwerp van civiel ingenieur P.A. Korevaar neergezet ten behoeve van de bemaling van de Polder Nieuwe Gote op het Spui. In 1927 werd het een dieselgemaal; in 1980 is het buiten bedrijf gesteld. Het rechthoekige gebouwtje, met flauw hellend schilddak, is nu geheel wit gepleisterd. Het heeft spitsboogvensters en in de voorgevel, boven het middelste venster, een van elders afkomstige, oudere gevelsteen met het polderwapen. Nog wel als gemaal in gebruik is De Leeuw van Putten, in 1881 als stoomgemaal voor de Vierambachten gebouwd aan de noordzijde van het Noordeinde te Spijkenisse. Het geheel, ontworpen door architect J. Paul, bestaat uit een tweebeukige machinehal, waarin oorspronkelijk de twee stoommachines stonden opgesteld, met haaks daarop een over het water gebouwde vleugel voor de hevelcentrifugaalpompen. Het gebouw heeft gevels van rode baksteen met wit gepleisterde lisenen en vensteromlijstingen. Op de daken liggen platte pannen. In 1946 werd de stoommachine vervangen door een elektromotor.

Het voormalige stoomgemaal J.W. Hein, aan de Kanaalweg Wz te Hellevoetsluis, werd in 1882 gebouwd ten behoeve van de bemaling van de Polder Nieuw-Helvoet op het Kanaal door Voorne. Het werd in 1919 voorzien van een dieselmotor en in 1933 geëlektrificeerd. Thans is het gebouw, met spitsboogvensters in voor- en achtergevel, in zijn geheel in gebruik als woonhuis.

Het laatste gemaal dat hier wordt genoemd, is De Watergeus, op de punt van het meest noordelijke bastion van de vesting Brielle. Het werd naar ontwerp van ingenieur J. van Hasselt gebouwd in 1893. De twee centrifugaalpompen van dit gemaal werden oorspronkelijk aangedreven door een stoommachine, maar vanaf 1923 door een elektromotor. Thans is het gebouw buiten gebruik. Het staat op een bakstenen onderbouw, maar had zelf oorspronkelijk vrijwel geheel houten vakwerkwanden, dit als gevolg van de Wet op de Verboden

[pagina 79]
[p. 79]

Kringen, die bepaalde dat binnen een bepaalde straal rondom een vesting geen stenen bebouwing mocht verrijzen. In 1962 zijn de wanden in steen vernieuwd. Het gebouw heeft een flauw hellend zadeldak, ondersteund door Engelse vakwerkspanten. Opzij is de achtkante onderbouw van de schoorsteen nog aanwezig. Een houten loopbrug verbindt het gemaal met de aan de overzijde van de vest gelegen voormalige stokerswoning Langesingel 1. Deze woning, in 1897 gebouwd, maar thans ingrijpend vernieuwd, is eveneens grotendeels in hout uitgevoerd. Erbij staat een zwart geteerde houten kolenloods, die tegelijk met het gemaal werd gebouwd.

Sluizen, bruggen en een tramstation

Op het eiland is hier en daar nog een uitwateringssluisje te vinden, maar vele van deze eenvoudige sluisjes zijn thans geheel verdwenen.

Zeer bijzonder is het sluisrestant dat onder het woonhuis Ring 13 te Zuidland bewaard bleef. Hier werd in 1609, ten behoeve van de uitwatering op de haven, in de dijk een met een tongewelf overdekte sluisdoorgang aangelegd. In 1637 werd deze sluis echter gedicht en werd de doorgang ingericht tot kelder voor het huis dat nog in datzelfde jaar boven op de voormalige sluis verrees.

In het centrum van Hellevoetsluis bevindt zich de zeesluis die de plaats haar naam verschafte en die in haar huidige gedaante grotendeels het resultaat is van de modernisering door Jan Blanken Jansz. in de jaren omstreeks 1800. Bovendien ligt binnen de vesting Hellevoetsluis Blankens droogdok met een eigen sluis. Dit alles is in het voorgaande hoofdstuk bij de marinehaven Hellevoetsluis reeds behandeld.

Het Kanaal door Voorne (zie ook de historisch-geografische inleiding, pagina

illustratie
71 Brielle, de Kippenbrug tussen de noorden de zuidzijde van het Maarland. Plattegrond en aanzicht. Schaal 1:300.
Opmetingstekening B. Kooij, 1990.


[pagina 80]
[p. 80]


illustratie
72 De Kippenbrug te Brielle, gezien vanuit het noorden; opname 1990.




illustratie
73 Poort van de oude Spijkenisserbrug, naast de nieuwe; opname 1991.


51), dat in 1827-'30 werd aangelegd, heeft alleen aan de zuidkant, bij Hellevoetsluis, nog zijn in de loop der tijd aanmerkelijk gemoderniseerde schutsluis behouden (afb. 33). Het noordelijke uiteinde van het kanaal verdween, samen met de nederzetting Nieuwesluis, bij de aanleg van het Hartelkanaal in 1960-'68.

De bruggen over het Kanaal door Voorne, oorspronkelijk onder meer een tweetal vlotbruggen, zijn thans alle vervangen door nieuwe exemplaren. Dit is niet gebeurd met de brug over de zeesluis in Hellevoetsluis. Hier ligt nog de ijzeren draaibrug die in 1881 werd geleverd door de Haagse ijzergieterij De Prins van Oranje.

Verder bevinden zich op Voorne-Putten buiten de bebouwde kommen nog verschillende ‘heulen’, gemetselde boogbruggen met een of meer bogen, die met name in de tweede helft van de 18de en in de 19de eeuw over de diverse boezemwateren en afwateringskanalen werden gestagen. De heulen zijn vrijwel steeds van gele baksteen en voorzien van ijzeren leuningen. Twee van deze bruggen, beide vermoedelijk uit 1761, liggen aan de noordwestzijde van Brielle, in de Langesingel. Een derde, de Slikheul, verbindt ten zuiden van de stad, over het Spui, de Johan Beenlaan met de Hossenbosdijk. Aan de westzijde van Spijkenisse is in de Mallendijk een soortgelijke brug over de Vierambachtenboezem geslagen.

In Brielle zijn de bruggen over de havens en vesten alle in de 20ste eeuw vernieuwd. Een bijzonder voetgangersbruggetje is de Kippenbrug, die in 1909 ter vervanging van een oudere brug over het Maarland werd aangelegd. Het is een smalle stalen rolbrug, die in zijn geheel noordwaarts kan worden weggerold. Trekstangen die de uiteinden van het brugdek met een op de brug bevestigd stalen juk verbinden, zorgen voor de nodige stabiliteit. Aan de westzijde tonen de beide bruggehoofden nog de bevestigingspunten van de sluisdeuren waarmee hier eertijds het Kostverloren van het Noordspui kon worden afgesloten.

Van de oude Spijkenisserbrug, die in 1900-'03 werd gebouwd en die voor

illustratie
74 Het voormalige tramstation te Brielle; opname 1991.


Voorne-Putten de eerste vaste oeververbinding betekende, is aan weerszijden van de Oude Maas de versierde stalen toegangspoort als monument behouden gebleven. De poorten staan pal naast de nieuwe brug. De oorspronkelijke Spijkenisserbrug was een stalen brug met een draaibaar middendeel tussen vier bakstenen torens. Het middendeel werd kort na 1930 vervangen door een hefbrug. In 1978 werd de nieuwe brug gebouwd, eveneens een hefbrug, waarin vier segmenten van de oude, uit 1936 daterende Moerdijkbrug werden hergebruikt.

Als herinnering aan de vanaf 1905 aangelegde trambaan Rotterdam - Oostvoorne moet hier ten slotte nog het voormalige tramstation op het ten dele vergraven ravelijn aan de zuidzijde van de vesting Brielle genoemd worden. Het eenvoudige dwarse gebouw dateert uit 1905-'06 en is in verband met de bepalingen van de al eerder genoemde Wet op de Verboden Kringen in hout uitgevoerd. De gevels zijn thans wit geverfd. Op het zadeldak liggen rode platte pannen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Christianus Johannes Nieuwenhuys


plaatsen

  • over Zuidland

  • over Zwartewaal

  • over Simonshaven

  • over Spijkenisse

  • over Vierpolders

  • over Tinte

  • over Rockanje

  • over Nieuw-Helvoet

  • over Oostrum

  • over Oudenhoorn

  • over Putten

  • over Nieuwesluis

  • over Nieuwenhoorn

  • over Oost-Maarland

  • over Heenvliet

  • over Hekelingen

  • over Hellevoetsluis

  • over Geervliet

  • over Brielle

  • over Abbenbroek