Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika (1911)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika
Afbeelding van Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-AfrikaToon afbeelding van titelpagina van Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.70 MB)

Scans (70.03 MB)

XML (0.39 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

recensie(s)


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika

(1911)–Kapitein Drayson–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 147]
[p. 147]

Twintigste hoofdstuk.

De Kolonisten verzamelen hunne strijdkrachten. - Strijd met het Zoeloe-opperhoofd Dingaan. - De stichters van de kolonie Natal. - Verraad van het Zoeloe-opperhoofd. - Broeder tegen broeder.

Nadat de trekkers eenigermate van de laatste nederlaag bekomen waren, deden ze hun best om zich van de hulp van diegenen hunner landslieden te verzekeren, die zich tot nu toe rustig aan hun plaats hadden gehouden en aan geen ‘trekken’ hadden gedacht. Slechts met hunne medewerking, dachten zij, zouden zij er in kunnen slagen, om hun vee terug te krijgen. Niet alleen werd hun de gevraagde steun toegezegd, maar er werden zelfs aanzienlijke voorraden levensmiddelen en ammunitie van Kaapland uitgezonden, met welker behulp de trekkers nu de ontberingen van den winter van 't jaar 1838, in hun nieuwe vaderland, beter konden trotseeren.

Nauwelijks was intusschen de lente aangebroken of Dingaan, die inmiddels zijne krijgslieden goed had geoefend, rukte opnieuw tegen de kolonisten op.

Maar ditmaal waren de Boeren op een aanval voorbereid, daar zij door hunne wachtposten bijtijds voor het aanrukken der Zoeloe's werden gewaarschuwd. Uit de wagens werden weer versterkingen gebouwd en alle maatregelen werden genomen,

[pagina 148]
[p. 148]

om zich zoo goed mogelijk te kunnen verdedigen. Het gevolg was, dat de Zoeloe's in geen enkel lager vermochten door te dringen en dat hunne aanvallen met groote verliezen werden teruggeslagen. Het gevolg dezer overwinning aan de zijde der trekkers was, dat velen hunner landslieden, die zich tot nu toe niet bij hen hadden aangesloten, doch, al was dat dan ook met tegenzien, gebleven waren, waar zij zich bevonden, zich nu bij hen gingen voegen, zoodat tot aan het begin van December zich eene schare van zeker vierhonderd en vijftig welbereden en goed gewapende manschappen had verzameld.

Als aanvoerder dezer strijdmacht fungeerde een gewezen officier, die een grondige militaire opleiding had genoten. Men drong niet dan met de uiterste omzichtigheid voorwaarts en iederen nacht werd het lager met schanswerken en wachtposten omringd.

Eerst toen men de Umslataos-rivier bereikt had, ontwaarde Hans, die als éclaiteur voorop gereden was, de eerste sporen van het Zoeloe-leger, waarop hij natuurlijk dadelijk rechtsomkeer maakte en dit bericht aan zijn lager overbracht. Anders dan Uys, die overmoedig in het vijandige land was doorgedrongen en aan den tegenstander het voordeel van een volkomen nauwkeurige kennis van het land had overgelaten, volgde de nieuwe bevelhebber het plan den vijand tot den aanval te noodzaken. Gedurende den ganschen nacht werden maatregelen tot krachtige verdediging van het leger getroffen en met de meest gespannen aandacht werd de wacht gehouden; doch eerst bij het aanbreken van den dag verschenen de vijanden.

Die Zondag, de 16de December 1838, is een van de belangrijkste dagen in de geschiedenis der nieuwe Afrikaansche Staten geworden. Op dien dag heeft namelijk een strijd tusschen de geheele strijdmacht van Dingaan, die wel uit tien of twaalfduizend man bestond, en de vierhonderd en vijftig Boeren plaats gevonden. Trots de voortreffelijke wapens van de Hollanders, was bij zulk een twintigvoudige overmacht de uitslag van

[pagina 149]
[p. 149]

den strijd zeer twijfelachtig; mocht het den Zoeloe's eenmaal gelukken, zich een weg in het lager der Boeren te banen, dan was de totale vernietiging der verdedigers een onvermijdelijke zaak, zelfs al waren dan ook duizenden hunner tegenstanders bij die poging gesneuveld.

Terwijl de Zoeloe's zich in een dichte massa verzamelden, wierpen zij zich met een woest geweld op de verschansingen der Boeren, doch door een waren kogelregen ontvangen, leden zij zulke verliezen, dat hun eerste aanval mislukte. Maar weêr vernieuwden zij de bestorming en hielden volle drie uur niet op met hunne aanvallen. Ten slotte vereenigden zij al hunne strijdkrachten op een enkel punt; maar op dat oogenblik werden zij door tweehonderd bereden Boeren, die aan den tegenovergestelden kant het lager hadden verlaten, van beide zijden in de flank getast, zoodat zij nu aan de werking van de hierop volgende salvo's onmogelijk weêrstand konden bieden. Zij werden door een panischen schrik bevangen en begonnen een overhaaste vlucht, niet minder dan drieduizend dooden op het oorlogstooneel achterlatende.

Het verlies aan de zijde der Boeren was uiterst gering; zij hadden slechts drie man verloren en zes mannen waren gewond.

Na deze overwinning drongen de kolonisten tot aan de Kraal van Dingan door, welk verblijf hij evenwel op zijn terugtocht had in brand gestoken. Hier, op een heuvel bij dit dorp, zagen zij nu de treurige overblijfselen hunner ongelukkige landslui, Pieter Retief en zijn gezellen. De moord op die mannen was thans echter schitterend gewroken en de macht van het groote Zoeloe-opperhoofd was blijkbaar door een handjevol goed georganiseerde Europeanen gebroken.

Daar hunne ammunitie echter aardig begon op te raken en ook de krachten der paarden voorloopig vrij wel waren uitgeput, vonden de Boeren het niet raadzaam, de Zoeloe's verder te gaan vervolgen. Zij keerden daarom langzamerhand

[pagina 150]
[p. 150]

naar hun lager terug, vijfduizend stuks buit gemaakt vee met zich voerend.

Na deze beslissende zegepraal was de toestand der trekkers aanmerkelijk verbeterd en vóór alles was het een groot voorrecht, dat zij nu eindelijk eens tijd kregen om werkelijk rustig het land te gaan bebouwen. Op dezelfde plaats werd een stad gebouwd, heden ten dage Pieter Maritsburg genoemd, terwijl iets verderop, aan de baai van Natal, een stad d'Urban genaamd, ontstond. Men ging het bestuur der landstreek organiseeren en een vormelijk staatsbestuur werd ingericht; kortom, de onvermoeide koene ‘trekkers’ waren van meening, dat zij eindelijk de vruchten van hunnen arbeid konden plukken en rustig den landbouw zouden kunnen gaan uitoefenen. Doch, helaas! dit zou nog in lange niet het geval zijn. Toen het bericht van de bloedige oorlogen tusschen de Zoeloe's en de trekkers, die men nog als Engelsche onderdanen beschouwde, aan de Engelsche regeering in Kaapstad ter oore kwam, maakte deze aanspraak op het gebied van Natal, als behoorende tot de bezittingen van de Britsche Kroon in Zuid-Afrika. Diensvolgens werd ook spoedig een troepenafdeeling tot bezetting van het bedoelde district afgezonden en slechts aan de omzichtigheid der toenmalige commandanten was het toe te schrijven, dat de relatiën der ‘trekkers’ met de troepen, tot aan den winter van het jaar 1839 van vriendschappelijken aard bleven; toen werden de Engelsche troepen teruggeroepen en de kolonisten een tijdlang in het onbetwist bezit van Natal gelaten.

Middelerwijl begon zich echter Dingaan, het Zoeloe-opperhoofd, langzamerhand van zijne nederlagen te herstellen en hij begon opnieuw aan den ondergang der ‘trekkers’ te denken. Onder allerlei voorwendsels zond hij altijd boden naar de nederzettingen, die de geheime opdracht hadden om nauwkeurig naar de sterkte en hulpbronnen te informeeren. Reeds was Dingaan bezig het oogenblik te berekenen, waarop hij opnieuw een aanval zou kunnen wagen, toen er een gebeurtenis voorviel,

[pagina 151]
[p. 151]

die op eens aan al zijn verradelijke plannen den bodem insloeg.

Dingaan had twee broeders, waarvan de een, Umpanda genaamd, juist den mannelijken leeftijd had bereikt. Vele Zoeloe's, het onophoudelijk oorlogvoeren moê, sloten zich bij Umpanda aan en toen Dingaan dit vernam, besloot hij zijn broeder uit den weg te ruimen. Deze werd echter nog te juister tijd gewaarschuwd, ontvluchtte met een groot aantal van zijn aanhangers naar de overzijde der Tugela-rivier en zond boden naar de trekkers, om hunne hulp tegen zijn broeder te vragen. De door hem gewenschte ondersteuning werd hem dan ook verleend en nu volgde nog een groote veldslag tusschen de Zoeloe's onder Dingaan aan de eene en de troepen van Umpanda en de Boeren aan de andere zijde. Gedurende den veldslag zelf gingen twee groote afdeelingen van Dingaan tot zijn vijanden over; het gevolg daarvan was de volslagen nederlaag van den Zoeloe-koning, die zijn land moest verlaten en weldra om het leven kwam. De bondgenoot van de Boeren werd nu aanvoerder van de Zoeloe's en thans was het ook den trekkers vergund zich eindelijk aan de werken des vredes te wijden en zagen zij eindelijk hunne vurigste wenschen in vervulling komen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken