Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het oude Nederlandsche lied. Deel 3 (1907)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het oude Nederlandsche lied. Deel 3
Afbeelding van Het oude Nederlandsche lied. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Het oude Nederlandsche lied. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (20.60 MB)

XML (1.76 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het oude Nederlandsche lied. Deel 3

(1907)–Florimond van Duyse–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 1900]
[p. 1900]

490. Een seraphinsche tonghe.



illustratie

 
1.
 
Een seraphinsche tonghe
 
my nu wel dient voorwaer,
 
een kele die wel songhe
 
met soete stemme claer,
 
om t' kindeken soo cleene,
 
gheboren, soomen siet,
 
van eender maget reene,
 
te loven met een liedt.
 
 
 
2.
 
Sijn twee bruyn oochskens schoone
 
en zijn mondeken root,
 
sijn ledekens idoone,
 
sijn handekens minioot,
 
die tooghen ons de weghen
 
die wy moeten ingaen,
 
op dat wy al den zegen
 
van hem mogen ontfaen.
 
 
 
3.
 
Sijn lief aenschijn geprezen,
 
sijn graci' aldermeest
 
in syn kinderlick wesen
 
verheucht my in den gheest;
[pagina 1901]
[p. 1901]
 
en, soo ick wel aenschauwe,
 
hy is geheel gelijck
 
zyn moeder, onse Vrauwe,
 
in goe manieren rijck.
 
 
 
4.
 
Gheeert sy dan de moeder,
 
nu en t' allen termijn,
 
die t' kint, onsen behoeder,
 
gebaert heeft sonder pijn;
 
glori' sy Godt gegeven,
 
den menschen peys al hier,
 
die op der eerden leven,
 
van wille goedertier.
 
 
 
5.
 
O Jesu, soete naeme,
 
ons troost, ons toeverlaet,
 
ons verlosser bequaeme,
 
aenmerckt ons simpel daet;
 
wilt duer u liefd' aanveerden
 
ons hert voor een present,
 
al zijn wy cleen van weerden,
 
o Heer, 't is u bekent.

Tekst.

Het prieel der gheest. melodie, Brugghe, 1609, bl. 67, ‘op de wijse alsoot beghint’. De laatste vier regelen der strophe werden onder het zingen herhaald. - De spreuk: ‘Leght Tolle naer recht’, onderaan dit lied en een volgend: ‘Godt die neemt zijn behagen’, bl. 211, is die van Jan de Tollenaer, in 1582 te Brugge geboren, in 1602 in de Jezuïetenorde getreden.

Melodie.

Het prieel, t.a.p.; - Stalpaert, Gulde-iaers feest-dagen, Antw. 1635, bl. 827, voor: ‘Hoe'n hebdy geen meedoghen’, zelfde zangwijs; - Bäumker, Das kath. deutsche Kirchenlied, II (1883), nr. 62, bl. 128, naar liederboeken van 1623 en later:



illustratie

 
Ma - ri - a ist ge - boh-ren
 
auss Kö - nig - li - chem Blut,
 
ihr Stamm ist auss-er - koh - ren
 
auss Pa - tri - ar-chen gut.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Anoniem Gheestelicker melodie, Het Prieel der


lied

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank