Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zinne-beelden der liefde (1703)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zinne-beelden der liefde
Afbeelding van Zinne-beelden der liefdeToon afbeelding van titelpagina van Zinne-beelden der liefde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.93 MB)

XML (0.61 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

emblematiek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zinne-beelden der liefde

(1703)–Willem den Elger–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 153]
[p. 153]

Al wat men bemint schynt schoon.

 




illustratie


 
't Is schoon al wat men door het oog der liefde ziet:
 
De Liefde kan by haar niets walgelyks gedoogen,
 
Dus ziet een aap zyn jong voor schoon met tedere oogen,
 
En yder minnaar zyn beminde al is zy 't niet.
 
't Gebrek te dekken, en het leelijk' schoon te maaken,
 
Is 't kunsje van de min om ons het eerst' te raaken.

[pagina 155]
[p. 155]

Al wat men bemint schynt schoon.

De Liefde verfraait niet alleen het hart 't geen zy
ontsteekt, gelyk het voorgaande zinnebeeld ver-
toont, maar zy doet ook alles, waar door zy het
hart ontsteekt, schoon schynen: men ziet dit da-
gelyks in de waereld; hoe leelyk de voorwerpen
ook zyn, zy zyn altyd schoon voor die geenen die ze bemin-
nen: het afbeeldzel is verdagt, wanneer de schilder verlieft
is, zegt d'Henault.

 
Le portrait est suspect quand le peintre est amant.

Lucretius zegt in het einde van zyn vierde boek dat de Lief-
de heel listig is om lofredenen uit te vinden, en dat zy alle
gebreken voor schoonheden weet te boek te stellen. Ovi-
dius, (die ik hier mede om kort te zyn voor by ga) stelt
dit nog aangenaamer voor in de vierde Elegia van het twee-
de boek zyner minnedigten, en toont heel geestig dat hy in
alle de gebreeken, van de meisjes die hy beminde, fraihe-
den wist te vinden. Ook steunt het op zeer groote reden;
want indien de Liefde een beweeging van de begeerte is,
waar door de ziel zig met het schoone vereenigt; gelyk la
Chambre zegt, moet ons nootzaakelyk het geene, waar op
wy verlieven, hoe gebrekkelyk het ook is, schoon voorko-
men, eer het onze begeerte kan beweegen om zig daar me-
de te vereenigen. 't is derhalven niet nodig hier toe veel be-
wys redenen aan te haalen. Jacob Cats heeft mede dit zinne-
beeld met dit opschrift amor formae condimentum en
dit duitze.

Nooit leelick lief.
 
O soete rasery! hoe kan 't de minne voegen?
 
De Sim schept in den Aap een wonder groot genoegen:
 
Al waer ooit Venus kint zyn gulde pylen schiet,
[pagina 156]
[p. 156]
 
Daer woont de schoonheyt selfs, hoewel die niemant siet.
 
Al zynder in het lief, al zynder hondert vlecken,
 
Men vint terstont een kleedt om alle vuil te decken:
 
Den stouten noemt men vry, die dronken is, verheught:
 
De Liefde weet de feil te trekken tot de deught.

By Quinault ontschuldigt zig ook Astrate enkel hier mede,
wanneer Sicheus hem op het afschuwelykste de misdaaden
van Elise voor oogen stelde, om hem van haare liefde te trek-
ken: Act: 3. scen: 5.

 
Ah! Seigneur est ce a moy, de la trouver coupable?
 
Et fust elle, a vos yeux, encor plus condamnable,
 
N'en jugeries vous pas plus favorablement,
 
Si vous l'examiniez avec des yeux d'Amant?
 
J'aimois desja la Reine, avant son injustice;
 
Je vis avec horreur, ce sanglant sacrifice;
 
J'en fremis en secret; mais quand on est charmé,
 
Que n'excuse-t'on point dans un Objet aimé?
 
L'eclat de deux beaux yeux adoucit bien un crime:
 
Aux regards des Amants tout paroist legitime:
 
Leur esprit tient toujours le party de leur coeur;
 
Et l'Amour n'est jamais un juge de rigueur.
 
Kan ik de Koningin in 't minst' wel schuldig noemen?
 
En zo zy in uw oog nog meêr was te verdoemen,
 
Zoud gy niet oordeelen met meêr barmhertigheid,
 
Indien gy waard verstrikt in haar bevalligheid,
 
'k Beminde Elise al voor haar ongeregtigheden,
 
Ik heb met weêrzin al haar tieranny geleeden,
 
En heimelyk gedoemd: maar zeg my tog, wie vind
 
Iets dat verwerp'lyk is, in haar die hy bemind?
 
Twee schooner oogen glans betovert uit der maaten;
 
Voor 't oog van een die mind schynt alles toegelaaten;
 
't Verstand is altyd aan de zy van 't minnend hert,
 
Daar Liefde nimmermeer gestrenge regter werd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken