Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De getooide doolhof (1909)

Informatie terzijde

Titelpagina van De getooide doolhof
Afbeelding van De getooide doolhofToon afbeelding van titelpagina van De getooide doolhof

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.31 MB)

ebook (2.92 MB)

XML (0.09 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De getooide doolhof

(1909)–P.N. van Eyck–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 17]
[p. 17]

Ac Etiam.

 
De lamp die brooze tinten kweekt...
 
En hoog om haar de schemering...
 
Mijn hand ligt stil, verteêrd, verbleekt...
 
Ik mijmer de oude erinnering.
 
 
 
Nu nóg, zoo gij nu tot mij kwaamt,
 
- Mijn woord is moe, mijn lichaam boog -
 
En nóg dees bleeke handen naamt
 
Met glans van tranen in uw oog,
 
 
 
En spraakt: ‘Nu weet ik, hoeveel leed
 
Zich gaarde in uw gepijnde ziel,
 
Nu weet ik hoe ik lijden deed,
 
Toen in uw oor mijn spotklank viel.
 
 
 
Nu zin ik staag, op welke wijs
 
Ik boeten mocht dit wreed geween,
 
Maar vind in mijn doorschreid gepeis
 
Geen ding dan late liefde alleen.’
 
 
 
Ik zeide: ‘ik heb wel veel gemord,
 
En meenge scheemring droeg mijn klacht,
 
Ik heb mijn liefde lang verdord
 
En u mijn eeuw'ge haat gedacht.
 
 
 
Doch nu komt ge in een teederheid,
 
Die mijne droefenis bemint,
 
Gij hebt ook zelve veel geschreid,
 
Uw oogen zijn van tranen blind;
 
 
[pagina 18]
[p. 18]
 
Dus moog dit àl vergeten zijn,
 
Mijn droom zij uwen droom nabij,
 
Opdat in éénen hellen schijn
 
Ons beider droom tezamenglij;
 
 
 
Nu zij dan heel die droeve tijd,
 
Door u en mij zoo zwaar doorleefd,
 
De erinn'ring van geganen strijd,
 
Die ons in sterker vreugde weeft.’
 
 
 
Ik keerde uw schaduwvaag gezicht
 
Naar de altijd effen avondbrand
 
Der lamp, en nam in 't teere licht
 
Bij mijne ook uw verbleekte hand. -
 
 
 
O zoete en nooit verhoopte gloed
 
In 't rillen van de schemering...
 
O zachte glans die droomen doet...
 
Ik mijmer de óude erinnering.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken