Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neem er eentje van mij (1964)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neem er eentje van mij
Afbeelding van Neem er eentje van mijToon afbeelding van titelpagina van Neem er eentje van mij

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.03 MB)

Scans (7.05 MB)

XML (0.26 MB)

tekstbestand






Illustrator

Peter Vos



Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neem er eentje van mij

(1964)–Rinus Ferdinandusse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 32]
[p. 32]

Nee, dank u

‘Nee, dank u,’ zei de man, ‘ik moet laten passeren.’ Hij had zijn hand bezwerend opgestoken en de ober liep met de glazen onaangedaan door.

‘De dokter...?’, veronderstelde iemand, en de man knikte. Hij legde zijn hand voorzichtig tussen maag en buik in, en zei: ‘Ja, het slinkt hier nou aardig weg. Het was, met permissie, zo'n pens, maar nou...’, hij knipte met de vingers.

‘Je hebt de kachel teveel en te goed gestookt, zegt de dokter. En hij heeft gelijk, want ik heb het geld goed laten rollen. De horeca kan mij gerust een standbeeld geven, want ik heb in mijn eentje een kelner al jaren onderhouden, met zijn gezin en zijn vakantie d'r bij. Waarom zou ik brood met kaas eten, dacht ik, als ik zalm lekkerder vind? Waarom zou ik thee drinken als ik wijn in de kelder heb liggen. Ik ben geen wijnkenner geweest, maar je hebt binnen een maand door wat lekkere is en wat nog lekkerder is.’

‘En nu mag u niets meer hebben?’ vroeg een oude juffrouw met iets van leedvermaak. ‘Niks, totaal niks,’ zei hij opgeruimd, ‘zelfs bij sjuderans kijkt mijn dokter al bedenkelijk. 't Is van binnen teer als spinneweb. Een sigaar natuurlijk ook niet, tenzij over mijn lijk, als u begrijpt wat ik bedoel. Ik heb er nog één, die ligt thuis op de schoorsteen. Ik kijk er af en toe naar zoals je naar antiek kijkt.’

Er bleef een stilte hangen die hem aanmoedigde. ‘Dat is niet alles. Ik moet het ook kalmer aan doen. Niet meer hard werken. Op kantoor pak ik nou ook zelf de telefoon niet meer aan. Vroeger wel, want van die twee meiden die we daar op de zaak voor hadden zitten, kreeg je een rolberoerte. Klunzen. De één was kampioen lippestiften en de andere kampioen nagellakken.

Ik kom nu trouwens maar af en toe op de zaak. Vroeger

[pagina 33]
[p. 33]

zat ik er om acht uur. Dat moest, anders kon je niet meer parkeren. Ik woon in Bussum, dus ik ree elke dag naar Amsterdam. Eerst kon je je auto om half negen nog kwijt. Toen werd dat kwart over acht, en zo elk jaar vijf minuten vroeger. Mooie stad, maar 't verkeer maakt de mensen gek.’

De ober kwam weer langs en hield opdringerig het blad op. Hij liet passeren met dezelfde tekst als voorheen.

‘Je zou gemeentebestuurders en ministers en al dat soort zelf met hun eigen auto naar kantoor moeten laten rijden en dan zelf een plekje laten zoeken. Niks gereserveerd. Dan kon je lachen. Ik heb het nou nog vaak dat ik droom dat ik in een auto rijd en een plekje om te parkeren zie. Dan word je zo gelukkig als een kind wakker.’ Er werd om hem heen geknikt.

‘Met inslapen heb ik trouwens geen moeite meer. Ik ga voor de televisie zitten, want werk heb ik niet meer. Dan ga je vanzelf langzaam in slaap.

Maar 's middags... ik heb nou echt iets gevonden waar ik helemaal van ontspan. Ik kwam een keer op de zolder, ik zie de step van mijn zoon staan. Een oud ding, maar nog goed. Ik rij er eens mee over de zolder en later beneden in de grote kamers. Van het raam tot achter in de serre en terug. Heerlijk. Nog later buiten bij ons op de laan. De mensen lachen er wel een beetje om, maar ik heb plezier. Gewoon een beetje vaart maken en dan langzaam uitrijden. Dat is mieters. Volgende week word ik zevenenvijftig. Krijg ik van me vrouw een nieuwe step. Ik had 'm natuurlijk nou al kunnen kopen. Maar waarom zou ik? Dan heb ik de voorpret ook.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken