Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Lente van het hart. Brieven van Tijl aan Neleke (1946)

Informatie terzijde

Titelpagina van Lente van het hart. Brieven van Tijl aan Neleke
Afbeelding van Lente van het hart. Brieven van Tijl aan NelekeToon afbeelding van titelpagina van Lente van het hart. Brieven van Tijl aan Neleke

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.92 MB)

Scans (10.91 MB)

ebook (4.32 MB)

XML (0.22 MB)

tekstbestand






Illustrator

Arm.-Modest Van den Haute



Genre

proza

Subgenre

briefroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Lente van het hart. Brieven van Tijl aan Neleke

(1946)–Joos Florquin–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 29]
[p. 29]

Zorgjes

Er was eens een hart dat dacht, een mond die sprak en een pen die schreef: ‘I am tired of love, I am still more tired of rhyme, But money gives me pleasure all the time!’ Mercator, die weet dat dit citaat me geweldig uit mijn humeur kan brengen, - er is trouwens wel reden genoeg toe, - heeft er vandaag niets beters op gevonden dan het te pas en te onpas te herhalen. Ik geef nu graag toe dat onze toestand er niet erg rooskleurig uitziet, maar dat dit nu een reden is om dat op alle mogelijke tonen en op zoo een geblaseerde en cynische wijze aan de wereld bekend te maken, wil er bij mij niet in. Ik kan me nu nog kwaad maken als ik er aan denk: zoowel wanneer hij boven op een ladder stond om een kram in den muur te slaan, als wanneer hij brandhout aan 't hakken was, gorgelde hij steeds maar dat tergende deuntje, dat hij waarachtig op muziek had gezet. En wat me nu nog het kregeligst maakt, is dat ikzelf dat refreintje begin te neuriën, wanneer ik op mezelf niet pas. En mijn vriend noemt dat met zijn charmantsten glimlach ‘Serenade to a love’.

[pagina 30]
[p. 30]

De zaak zit zoo, dat de eerste rekeningen beginnen binnen te komen en dat we elken dag nieuwe aankoopen moeten doen. Om grijze haren te krijgen! Daarbij moeten we nog haarfijne berekeningen maken om met die ongelukkige zegeltjes rond te komen, want om zoo een rantsoentje brood weg te zetten, moeten we ons precies niet moe maken. Om vier uur zou Mercator er zelfs gemakkelijk twee baas kunnen, wat ik telkens plichtsgetrouw probeer te verhinderen. Hij kijkt dan erg fatalistisch en herhaalt steeds met een verschoonenden lach: ‘Wat wil je, het is mijn beste maaltijd.’

...Intusschen werd onze onafhankelijkheid erkend en hebben we als hoofd van een huishouden honderd-vijftig kilo kolen en vijftig kilo schlamm gekregen, een hoopje dat potsierlijk aandoet in onzen grooten kelder. Gelukkig konden we er wat eiken blokken bij opstapelen, die we eerst met veel ijver op de vereischte grootte hebben gekapt. Mercator zegt dat het een royaal werk is met een bijl te mogen werken: we proeven dat dan elken middag als nagerecht.



illustratie

Natuurlijk hebben we al die moeilijkheden handig gecamoufleerd toen onze vriend de feestvierende hier was. Dat was nu eens een hartelijke en leuke Zondag. We hadden ons gerept om ons huisje feestelijk te maken, althans onze studio. Midden op het schrijfbureau stond de kristallen vaas met bloedroode Decemberrozen, die me den heelen dag in

[pagina 31]
[p. 31]

hun ban hebben gehouden. Ze waren aristocratisch voornaam en hadden toch hart. Ik kon er zoo zwaarmoedig bij worden, wanneer ik er wat lang bij droomde, dat ik zwak en moedeloos werd omdat ik al de dagen voorzag die ik alleen zou moeten doorgaan.

Maar gelukkig was daar het blije bezoek. Onze vriend benijdde ons en wij benijdden hem en we spraken maar gedurig over wat de een graag van den ander zou hebben gehad. Onze bezoeker was vol enthousiasme over onze installatie en ontwierp met zijn gewone levendigheid alle mogelijke combinaties om bij ons te kunnen intrekken. Wij van onzen kant waren een beetje jaloersch om dat paar goede vrienden welke die kerel bezit, en die hem juist dien dag rijkelijk hadden bedacht.

Maar wat is dit alles ook, wanneer hij niet de vreugde kent die de mijne is? Want ik heb jou toch, Neleke, als een onuitputtelijke bron van geluk. Dit rijke gevoel hernieuwt zich elken dag, is steeds anders, dieper, schooner en toch zichzelf eender en het vervult zoo ontzettend volledig een gansch bestaan. Nu ik daaraan denk, in dezen nacht, bij de bloedroode rozen, voel ik een wild verlangen golven, dat pijn doet en bedwelmt. Maar ik sta sterk in dit huis dat ‘Rust in den storm’ heet, waarrond eenzame winden waaien en dat een jeugddroom hoedt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken