Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De bloem en het bijtje (ca. 1936)

Informatie terzijde

Titelpagina van De bloem en het bijtje
Afbeelding van De bloem en het bijtjeToon afbeelding van titelpagina van De bloem en het bijtje

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.14 MB)

XML (0.01 MB)

tekstbestand






Illustrator

Greta Bosch van Drakestein



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

gedichten / dichtbundel
plaatwerk / prentenboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De bloem en het bijtje

(ca. 1936)–Simon Franke–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige
[pagina 2]
[p. 2]

[De bloem en het bijtje]

 
Er waren eens twee kleuters,
 
Die speelden in de wei.
 
Ze dansten en ze sprongen
 
En zongen nog daarbij.
 
Ze plukten mooie bloemen
 
En vlochten dan een krans,
 
Voor Elsjes blonde krullen,
 
En 't steile haar van Hans.
 


illustratie

[pagina 3]
[p. 3]
 


illustratie

[pagina 4]
[p. 4]
 
De zon stond hoog te schijnen
 
En lachte om die twee.
 
En Hans en kleine Elsje,
 
Die lachten hart'lijk mee.
 
De witte madeliefjes
 
Die keken vriend'lijk toe.
 
Maar 't kleine geitje blaatte:
 
‘Zeg, mag dat wel van moe?’
 


illustratie

[pagina 5]
[p. 5]
 


illustratie

[pagina 6]
[p. 6]
 
Een bloem met witte lintjes,
 
Een prachtige margriet,
 
Boog sierlijk met haar hoofdje
 
En vroeg: ‘Och, pluk me niet?
 
Ik wil nog graag wat bloeien
 
En kijken naar het licht.
 
Wanneer de dag voorbij is
 
Dan moet ik al weer dicht.’
 


illustratie

[pagina 7]
[p. 7]
 


illustratie

[pagina 8]
[p. 8]
 
Maar kleine Hans en Elsje
 
Die sprongen in de wei,
 
En konden dus niet hooren
 
Wat het margrietje zei.
 
Hans riep: ‘Dat is een mooie,
 
Die pluk ik voor u, zus!’
 
En Els zei: ‘Dank u, Hansje,
 
En hier hebt gij een kus!’
 


illustratie

[pagina 9]
[p. 9]
 


illustratie

[pagina 10]
[p. 10]
 
Maar toen kwam er een vlinder,
 
Met vleugeltjes zoo fijn,
 
Die glommen en die glansden,
 
Als voorjaars-zonneschijn.
 
Hij zocht bij al de bloemen
 
De witte margariet.
 
Die was hem immers 't liefste?
 
Maar ach, hij vond haar niet.
 


illustratie

[pagina 11]
[p. 11]
 


illustratie

[pagina 12]
[p. 12]
 
En toen kwam er een bijtje.
 
Dat glansde in de zon.
 
Dat snorde met zijn vleugels
 
En zoemde wat het kon.
 
Dat keek met duizend oogen:
 
‘Waar staat mijn margariet?
 
Ik wou zoo graag wat honing
 
Maar ach, ik zie haar niet!’
 


illustratie

[pagina 13]
[p. 13]
 


illustratie

[pagina 14]
[p. 14]
 
En 't kleine, witte geitje,
 
Dat huppelde in 't gras,
 
En dat het kameraadje
 
Van 't wit margrietje was,
 
Vroeg met verschrikte oogen:
 
‘Wat hebt ge nu gedaan?
 
Ze liet pas dezen morgen
 
Haar blaadjes opengaan.’
 


illustratie

[pagina 15]
[p. 15]
 


illustratie

[pagina 16]
[p. 16]
 
Maar Hansje en ook Elsje
 
Verstonden 't geitje niet.
 
Ze plukten al de lintjes
 
Uit 't hart van de margriet.
 
En al de bloemen bogen
 
De hoofdjes naar den grond.
 
Het was omdat hun lieve
 
Margriet er niet meer stond.
 


illustratie

[pagina 17]
[p. 17]
 


illustratie

[pagina 18]
[p. 18]
 
Maar toen... toen kwam de hommel,
 
Van zoeme-zoeme-zoem.
 
Die snorde en die bromde:
 
‘Waar is mijn witte bloem?
 
Zij gonsde en zij suisde
 
Om 't hoofd van Elsje heen,
 
En bommelde en bonsde
 
‘Pats!’ tegen Hansjes been.
 


illustratie

[pagina 19]
[p. 19]
 


illustratie

[pagina 20]
[p. 20]
 
Wat schrokken Hans en Elsje
 
Daar in die groene wei.
 
Ze holden gauw naar huis toe,
 
Gelukkig was 't dicht bij.
 
De booze hommel bromde:
 
‘Zoem-zoeme-zoem-zoem-zoem!
 
Wat deedt ge in mijn weide?
 
Waar is mijn witte bloem?’
 


illustratie

[pagina 21]
[p. 21]
 


illustratie

[pagina 22]
[p. 22]
 
Ze klommen over 't hekje
 
En renden 't straatje op.
 
En moe, die in den tuin zat,
 
Ving ze in haar armen op.
 
Ze zei: ‘Die booze hommel?
 
Welnee, die doet geen kwaad.
 
Als ge de mooie bloemen
 
Maar rustig bloeien laat.’
 


illustratie

[pagina 23]
[p. 23]
 


illustratie


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken