Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegelgruis (1949)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegelgruis
Afbeelding van SpiegelgruisToon afbeelding van titelpagina van Spiegelgruis

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.82 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.29 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegelgruis

(1949)–Robert Franquinet–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 80]
[p. 80]

Vijfde hoofdstuk

Koenraad Joseph Kamiel Zielens doet zijn vuist op de tafel neerkomen. De nog niet afgedekte koffietassen met de dras, dansen over het houten vlak. Hij zit daar temidden van vijf jongens, die stuk voor stuk, met een flinke handomdraai de man, die hier blijkbaar in een bui van woede uitbarst, klein kunnen krijgen; maar zij luisteren naar hem.

Zo gaat het op dit ogenblik overal, waar de strijd tegen de bezetter in alle vormen wordt gevoerd. De discipline kenmerkt hen, die door politieke omstandigheden, het eerste oorlogsjaar niet werden weggemaaid, met de anti-fascistische bloem der natie's, en die gewacht hebben, totdat vanuit het Oosten het signaal gegeven werd, omdat, volgens hen, deze oorlog niet langer alleen een onderlinge vernietiging der kapitalistische machten bleek te zijn, doch dat ook de eerste bolwerken van het wereld-proletariaat gingen bestormd worden.

Hier zit een van hen. De noodzakelijkheid heeft van zijn passerdoos profijt weten te trekken. Met meetkundige juistheid houdt hij een aantal mensenlevens aan zijn leidraden vast. Tot nu toe heeft zijn functie bestaan in het neerschieten van vijandsgezinde burgemeesters, die er zorg voor dragen, dat de slavenhandel voor de vijandelijke oorlogs-industrie naar verwachting en ordelijk geschiedt. Van uit zijn hoofdkwartier gingen de gestencilde manifesten en bedreigingen uit.

Op het ogenblik, dat ik binnentreed, zie ik Koenraads blikken zijn toehoorders aftasten. Ieder woord, dat elk ander dan hijzelf spreekt wordt met de meeste vooringenomenheid in zijn spleetogen ontvangen. Zijn slungelachtige gestalte, met de laagingeplante haarwortels en

[pagina 81]
[p. 81]

de spitse onderkaak, typeren in hem een kruising tussen geestelijke lompheid en sluwheid.

Zijn tactiek is inderdaad sluw, het is die der berekening, nimmer die van het avontuur, noch van het ideaal der naïeven. Ik heb slechts weinig gelegenheid om van de woordenwisseling iets op te vangen, maar het blijkt mij, dat zijn kameraden veel moeite hebben, om aan zijn traagwerkende hersens een ander gezichtspunt dan het zijne te openbaren. Zijn eigen redeneringen, welke gekenmerkt zijn door een uitvoerige boerenlogica, zijn inderdaad onaantastbaar, wanneer zij de practijk gelden; wanneer zij echter de psychologie, de apologie der dingen pogen te raken, blijken zij steeds van een gepréoccupeerde, bekrompen eenzijdigheid. Naast hem zit een kleine gedrongen man, ouder dan Koenraad, en in zijn redeneringen van een onaanvechtbare intelligentie. Zijn ietwat vermoeide ogen hebben een oprechte en goedzinnige blik. Later zal het mij duidelijk worden, waarom niet zijn, maar wel Koenraads beslissing de slag op het aambeeld beduidt. Alle aangezichten flitsen echter in dat ogenblik te snel aan mij voorbij; want temidden van hen rijst de donkere gestalte op van Tigre. Hij steekt zijn beide armen naar mij uit over het tafelvlak, vloekend van verheugenis.

*

 

Er zijn na de ontmoeting met Tigre reeds enkele weken voorbij. Bijna regelmatig ga ik nu aan de overzijde van de grens een ongeschreven lijst van cijfers halen. Ik heb Koenraad daarover geen rekenschap gevraagd. Wat ik van de drie spoorwegjongens ontvang in de namiddaguren, ligt 's avonds reeds in zijn brein opgestapeld. De treinuren, de hoeveelheid goederenwagens en de belangrijkheid van hun inhoud, die ergens tussen München-Gladbach en de Atlanticwall een lading lood uit de lucht moet krijgen.

[pagina 82]
[p. 82]

Ik heb voor mij zelf vastgesteld, dat ik ergens een nummer geworden ben in een dienstbaar raderwerk. Er is feitelijk niets zenuwschokkends in een functie als deze, en wat er de resultaten van zijn behoort tot de vergeten dingen van de dag.

De winter staat met een bijtende vrieswind over de maasvallei. Soms in de avonden, bij het smalle stoofvuur, dat berkenstam na berkenstam verpulvert tot damp en as, lijkt het of de oorlog is uitgeschakeld. De blikken van Koenraad alleen brengen hem steeds weer naderbij. Het nachtgeraas der vliegmotoren begint nu meer en meer ook de dagen te vullen. Het heerst lang en traag over de zwartheid der heidevlakten, het schuift als een dak van staal boven sneeuwstorm en nachtnevel. Maar tussen de mensen schijnt de verbetenheid zich open te scheuren en dringt een hoop zich naar het oppervlak, die zich niet alleen meer voedt met illusies. In het Oosten rolt de verpletterende wals der rode legers over de meer en meer verbrokkelde horden van die er het hakenkruis voerden en waar de stalinistische soldaten hun dorpen binnenrukken, vinden zij galgen, puinen en dood, door de wagneriaanse mens achtergelaten.

Galgen, puinen en dood, dit is ook het beeld, waardoorheen de vrijheidslegers van een oud-metalurgist, in de Balkan, zich een weg baant naar de zegepraal. En het schijnt of de weerstoot der vechtende partisanen over de sneeuwkorsten van het Oosten, de moed van het verzet in het Westen tot daden gedrongen heeft.

Wie zijn de partisanen van het Westen? Het is een realiteit, die mij meer en meer duidelijk wordt. Niet zij, die met witte asters in hun knoopsgat lopen. Niet zij die in de eerste oorlogsdagen een restaurant met misprijzen verlieten, als er een duitser zijn poten onder de tafel stak. Ook zij niet, die bij het voorlezen der herderlijke brieven in hun vuistje lachen. Het zijn de Koenraads, de

[pagina 83]
[p. 83]

rekenaars, die ik onderschatte. Het zijn zij, die op het juiste ogenblik slaan, waar zij te slaan hebben. En hun kracht blijkt reeds zo belangrijk, dat hun ‘vrije’ regeringen zich langzaam over hen beginnen te bekommeren. Reeds poogt de grote engelse avonturier hen in Griekenland met graan zoet te houden... reeds weigert de franse generaal hen in Vercors zijn luchteskaders te zenden en ziet hen niet zonder belangstelling verpletterd worden door de pantserbrigades der S.S. troepen en reeds verzoeken de officiële radiostemmen hun verzetshelden alle schadelijk geweld te vermijden en zetten met psalmtexten wijding bij aan hun zachtmoedige vermaningen. Het gaat er - voor wie niet ongevoelig is voor ‘kleinigheden’ - een weinig op lijken of de partisanen van het Westen al op twee fronten strijden. Maar ook ik poog niet voorbarig te zijn in deze dagen, het is een eigenschap, die ik langzaam leer, in mijn rudimentair bestaan tussen de kleine gedrongen kameraad van Koenraad, Ouwe bijgenaamd, Koen, Grummel, en vele anderen, een grote reserve in mijn uitlatingen. Dat heeft meer dan één voordeel; want wat baat het zich in deze dagen in discussie te vermeien? Ik ben het niet eens met hun dialectiek, maar hun daden wekken mijn aandacht. Hun daden, die steeds weer dezelfde, enige, juiste wijze van handelen betekenen. Zo was het ten tijde van de oorlog in Abessinië, zo was het in de Spaanse massamoord, die de meinedige generaal ontketende, zo was het bij het verraad van München en in de dagen, dat de westerse democratieën Tjecho-Slowakije aan de nazi's verkochten voor de prijs van hun eigen fictief veiligheidsgevoel.

Neen, ik ben het niet eens met hun ressentiments-filosofie, maar ik weet wel, dat als zij straks hun vaandels planten zullen, het rood in alle winden wapperen zal. En berkenstam na berkenstam wordt in het winteravond-

[pagina 84]
[p. 84]

vuur verteerd tot damp en as. En in de namiddag of in de vroege morgen knalt er ergens een pistoolschot, dwars door het schedelveld van een verrader. Er tuimelt een man in de afgrond van het niet. Een schoolmeester, die zijn brief aan het posten is. Een koster die juist op de stoep van zijn sacristie staat...

En onder het avondbrood ben ik bij Koenraad binnengekomen, omdat mijn slaaphok in de halfverbrande koestal, tien minuten hier vandaan, mij een kwelling gewordenis. Céline reikt mij een snede brood aan met een snede vlees belegd en ik glimlach om een verre versregel van Karel van de Woestijne, die mij door het geheugen gaat:

‘Nietwaar, een snede vlees op deze snede brood’... en ik zeg hem hardop. Niet weinig later ben ik met Koenraad in een hevig gesprek over de poëzie. Allen zijn reeds naar hun eigen woonsteden gekeerd. Wij zijn alleen. Terwijl ik de versregel zei, heb ik over de tafel de harde blik van Koenraad gekruist, maar aan Célines tred heb ik ook plotseling een zachte weekheid waargenomen. Ik heb echter geen tijd om me er van te overtuigen. De redetwist is al gaande.

Op een onbewaakt ogenblik vraag ik hem op de man af of de poësie voor hem enige waarde heeft. Hij zwijgt, de horizontale strepen tussen zijn wenkbrauwen en de laagingeplantte haarborstel vervormen zich tot kronkelende kanalen. Hij legt zijn handpalm breed uit over de bruingebrandde rug van het boerenbrood en ik word als het ware gegrepen door een plotse vermildering in zijn ogen, die mij bijna ontroerend aandoet.

- Wie zou daar niet aan geloven, Tenesse, - antwoordt hij langzaam, - wanneer zij een wapen is. -

- Zij kan dat zijn, - zeg ik.

- Alles wat waar is, is een wapen tegen de wandaden der klassenmaatschappij.

[pagina 85]
[p. 85]

- En hij die zingt, omdat de schoonheid hem overrompelt?

- De schoonheid is slechts een verdovingsmiddel in de klassenmaatschappij.

- Maar hij, die vrij van alle problematiek zijn gedachten en gevoelens uit?

- Wie is er niet geconditioneerd door zijn maatschappij; welk groot dichter in de historie was dat niet? Dante? Shakespeare? Victor Hugo? Shelley? Gorter?

- Waar dan de geestelijke vrijheid?

- Die bestaat slechts in het erkennen van de noodzakelijkheid...

Ik hoor er Engels in doorklinken, ik word weerbarstig:

- Neen, Koenraad... alle grote lyriek is altijd een vorm van zelfbelijdenis,... staat buiten en boven de tijd.

- Is alle liefde onanie? is alle beschouwing narcisme? Neen, er is geen taal of het is een taal voor allen. Ik zeg je nog, ik hecht zeer veel waarde aan de poësie, wanneer ze een functie heeft in de gemeenschap der mensen, wanneer ze de revolutie voorbereidt, stimuleert, leidt, wanneer zij zich verzet tegen het onrecht en tegen de leugen, op positieve wijze. Vrij, kan ze alleen zijn in een klassenloze maatschappij. -

Hij staat op en zegt half geeuwend:

- Wil je hier slapen? Neem dan het houten leger in de opkamer en vergeet niet dat Tigre morgen uit Jeumont komt en dat hij met je mee naar hollands Eysden gaat. Drie minuten later is alles doodstil in de zwarte bedsteden en door de dakpannen gaat het windgeluid als het aanhoudend klappen van een grote natte vlag.

 

*

 

Het is plotseling gaan regenen en er waait een lauwe wind over de bevrozen moerassen. Als door een grote scheur in de hardheid der dagen breekt de hemel los, maar het is met een vochtigheid, zo lauw als zelfs het

[pagina 86]
[p. 86]

voorjaar zelden kent. Een grote triestige grijsheid komt over de dingen, vervaagt hen tussen de ochtend en de vroege avondduisternis van December. En in deze onbestemde doom der slijkwegen is het, dat ik mij enkele weken terugtrek uit de bladzijden van dit boek.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken