Werken. Deel 4
(1907)–Julius de GeyterHendrik en Rosa; Cantaten; Kroonprins Herman
[p. 107] | |
Reist de wereld rond(1)
| |
[p. 108] | |
MANNEN
Laat zoete vrouwenmonden
Nu mannenlof verkonden.....
o Schoone, schoone stonden!
Wat van haar lippen vloeit,
Hoe houdt het ons geboeid!
't Is land- en vrijheidsliefde
Die in haar boezems gloeit!
ALLEN
Vrede, vrede hier! - En uit hoofd en hand
Eer en heil gestrooid over 't Vaderland!
O Vaderland! O Vaderland!
Hoe ieders hart voor U van liefde brandt!
1880
|
|