Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De historie van de kaboutermannetjes (1873)

Informatie terzijde

Titelpagina van De historie van de kaboutermannetjes
Afbeelding van De historie van de kaboutermannetjesToon afbeelding van titelpagina van De historie van de kaboutermannetjes

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.15 MB)

XML (0.01 MB)

tekstbestand






Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

gedichten / dichtbundel
plaatwerk / prentenboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De historie van de kaboutermannetjes

(1873)–J.J.A. Goeverneur–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige
[pagina 2]
[p. 2]


illustratie

[pagina 3]
[p. 3]

De Historie van de Kaboutermannetjes.

 
O, wat een gouden tijd was dat,
 
Toen m' in elk huis in land en stad
 
Kaboutermannekes nog had,
 
Die, was een meid 'reis lui en traag?
 
Of achtte d' arbeid zure plaag,
 
Pst! kwamen bij nacht,
 
Als muisjes zoo zacht,
 
En schuurden en waschten,
 
En spoelden en plasten,
 
En veilden,
 
En dweilden,
[pagina 4]
[p. 4]
 


illustratie

[pagina 5]
[p. 5]
 
En wormden en tobden,
 
En boenden en schrobden,
 
Zoodat, kwam 't uur van op te staan,
 
De meid àl 't huiswerk vond gedaan.
 
 
 
De metslaarsknechts en timmerlui
 
Ook hadden van hard werk den brui,
 
Daar, dachten zij, 't klein-manvolk kwam
 
En d' arbeid voor hen overnam.
 
't Greep hamer en bijl,
 
Boor, truffel en vijl,
 
Het slaafde en het draafde,
 
Het boorde en het schaafde,
 
Het voegde,
 
Het zwoegde,
 
Daar 't schoften en eten
 
Gladweg werd vergeten,
 
Tot heel 't karwei was afgedaan
 
En 't volk naar kroeg of bed kon gaan.
 
 
 
De bakker en zijn witte knechts
 
Deên ook maar wat hun goeddacht slechts,
 
Want, als 't kleinvolk hen luiren zag,
 
Kwam 't uit den schoorsteen voor den dag.
 
Zij haalden het meel
 
Van zolder of deel,
[pagina 6]
[p. 6]
 


illustratie

[pagina 7]
[p. 7]
 


illustratie

[pagina 8]
[p. 8]
 
Ze ziftten en kneedden 't,
 
Ze wogen en deden 't,
 
Ze schoven
 
't In d' oven,
 
Ze stookten den gloed op
 
En pasten er goed op
 
Tot, bij het kraaien van den haan,
 
De baas 't versch baksel klaar vond staan.
 
 
 
't Ging bij den slager net zoo toe:
 
Moest die 's nachts aan een zwijn of koe,
 
Maar had hij en zijn knechts wat vaak,
 
't Kaboutervolk hielp met vermaak.
 
Die keelden het dier,
 
Die maakten het schier,
 
Die gingen aan 't hakken,
 
Aan 't houwen en knakken,
 
Die spoelden,
 
Die woelden,
 
Die smeerden en morsten,
 
Die stopten de worsten,
 
En, brak de lieve morgen aan,
 
't Vleesch was maar aan den haak te slaan.
 
 
 
De kastlein proefde in zoeten vreê
 
Maar wakker met zijn gasten mee;
[pagina 9]
[p. 9]
 


illustratie

[pagina 10]
[p. 10]
 
Want al zijn werk was, dat hij dronk,
 
Tot hij er zelf bij nederzonk.
 
Lag hij zoo in rust,
 
Dan was het een lust,
 
Hoe 't klein-volk zich weerde,
 
't In 't krijt staand noteerde,
 
Hoe 't wikte,
 
Hoe 't schikte,
 
Tot zaal en buffetkas
 
Weer zuiver en net was
 
En, waar men keek maar in het rond,
 
Elk ding goed op de plaats weer stond.
 
 
 
Zat eens een snijdertje in de pijn,
 
Omdat een pak gauw klaar moest zijn,
 
Hij lei maar 't laken bij zich neer
 
En ging aan 't snorken als een beer.
 
Dan toog met een wip
 
't Kleine-volkje aan den knip;
 
Ze plooiden en prikten,
 
Ze zoomden en stikten,
 
Garneerden,
 
Watteerden,
 
En priemden en naaiden,
 
En persten en draaiden
 
's Nachts door; - als 't snijdertje op ging staan,
 
Had de sinjeur 't nieuw pak al aan.
[pagina 11]
[p. 11]
 


illustratie

[pagina 12]
[p. 12]
 
Och, och, nu is die tijd gedaan;
 
't Kaboutervolk is naar de maan!
 
Men kan niet lanterfanten meer,
 
Men dient thans zelf druk in de weer;
 
Die thans nog wat wil,
 
Die zitte niet stil,
 
Die hou zich deeg wakker,
 
Die roer zich.... de stakker!
 
Die gape,
 
Die slape,
 
Schoon 't rustuur lang daar is,
 
Niet voor zijn werk klaar is. -
 
Dus, jongens, meisjes! houdt je goed,
 
En doet je plicht met frisschen moed.

Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken