Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Intenties. Deel 1. Kritieken en over kritiek (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van Intenties. Deel 1. Kritieken en over kritiek
Afbeelding van Intenties. Deel 1. Kritieken en over kritiekToon afbeelding van titelpagina van Intenties. Deel 1. Kritieken en over kritiek

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.88 MB)

Scans (10.63 MB)

ebook (2.97 MB)

XML (0.49 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Intenties. Deel 1. Kritieken en over kritiek

(1981)–H.A. Gomperts–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 137]
[p. 137]

Georges Simenon Le fils

De in 1903 in Luik geboren schrijver Georges Simenon heeft ontspanningslectuur geschreven en psychologische romans (in totaal ongeveer 150 boeken onder eigen naam, minstens evenveel onder pseudoniem). In 1930 is hij met een reeks detective-boeken begonnen, waarin commissaris Maigret van de Parijse Police Judiciaire de hoofdrol speelt. Met deze 'Maigrets' hield hij na ongeveer vijf jaar weer op. In de oorlog had er een vernieuwing plaats in zijn productie. Na de autobiografische boeken Je me souviens en Pedigree begon Simenon met de psychologische romans, die hij als zijn eigenlijke oeuvre beschouwd wil zien: o.a. Lettre à mon juge, La neige était sale, Les volets verts, Les frères Rico. Daartussen door schreef hij een nieuwe serie 'Maigrets'.

Velen willen in deze Simenon van de psychologische romans een van de grootste schrijvers van onze tijd zien en ter vergelijking is herhaaldelijk de naam Balzac gevallen. Nu heeft de serieuze Simenon op geen stukken na de verve en het gevoel voor het groteske dat Balzac kenmerkte. Hij heeft ook niet de verscheidenheid van Balzac's personages, waardoor de wereld van deze schrijver een eigen bestaan schijnt te leiden. Simenon's wereld is veel persoonlijker. Leest men een aantal van zijn romans achter elkaar, dan valt hun onderlinge gelijkenis sterk op. Er is bijna altijd het thema van de eenzaamheid, er zijn bijna altijd mensen die elkaar niet kunnen naderen. De vrouwen zijn vaak sterke, aangepaste wezens, de mannen verdwaald, ongelukkig, op de vlucht. Man en vrouw zijn vreemden voor elkaar. De enige menselijke relatie waarin Simenon een mogelijkheid van contact ziet, is die tussen vader en zoon. Ook hier zijn de omstandigheden een hindernis. Het generatieverschil is vrijwel onoverkomelijk, maar de vader is in staat tot liefde en enig begrip voor de zoon omdat hijzelf ook zoon is geweest.

Men vindt de constellatie al in Je me souviens en Pedigree (die de schrijver beide aan zijn zoon heeft opgedragen), waarin de

[pagina 138]
[p. 138]

vader, een rechtschapen, opofferende figuur, als voorbeeld en bevrijder van de zoon fungeert. Het thema duikt telkens weer op. In Le fils is dit thema het enige onderwerp geworden. Naar aanleiding van de dood van de grootvader schrijft de vader het relaas van zijn jeugd op ten behoeve van zijn zoon, die deze grootvader alleen in zijn neergang heeft gekend. Dit relaas is een met grote soberheid gedane familiegeschiedenis, naar de vorm een intiem praten tegen de zoon, naar de inhoud vooral voor de vreemde lezer bestemd, want er worden talrijke zaken opgehaald, die de zoon bekend moesten zijn.

Van het begin af aan worden er toespelingen gemaakt op een drama dat in 1928 heeft plaats gehad en dat de levens van deze mensen grondig heeft veranderd. Simenon onthult dat drama, dat hij als het motief van het vaderlijk schrijven beschouwt, pas in de laatste bladzijden, waaruit blijkt dat de bouwer van spanningen ook in de psychologische schrijver de overhand heeft.

De vader vertelt hoe zijn vader om hem te redden het offer heeft gebracht van carrière en welstand. De moeders in dit boek zijn onverschillig, liefdeloos of bevangen door een koele redelijkheid, maar de liefde van de vaders is onbegrensd.

Voor mijn smaak zijn niet het aandoenlijke thema en de kunstmatige spanning in dit boek van wezenlijk belang. Simenon is bij alles wat hij onderneemt de meester van de atmosfeer en het gewone leven en ook hier vindt men die hallucinerende aanwezigheid van mensen en betrekkingen met hun achtergrond waarvan hij het geheim bezit.

In een gesprek met de Amerikaan Carvel Collins heeft de schrijver iets verteld over zijn werkwijze, waaruit blijkt dat hij zijn psychologische boeken in een soort van trance schrijft. Vóórdat hij begint laat hij de dokter komen, die hem onderzoekt, zijn bloeddruk opneemt, enzovoort. Als hij gedurende de periode van hoogstens elf dagen waarin hij deze boeken schrijft, ziek zou worden, dan moet hij niet alleen het geschrevene wegdoen, maar dan kan hij de roman ook niet hervatten. Hij leeft in deze werkdagen in een volledig isolement. Hij schrijft elke dag een hoofdstuk, zonder van tevoren te weten wat er in het boek gebeuren gaat. Als hij begint, heeft hij alleen de hoofdpersonen bedacht. De opgave die hij zich stelt is dan om deze mensen 'tot het uiter-

[pagina 139]
[p. 139]

ste te drijven'. Hij vereenzelvigt zich volledig met één centrale figuur, een inspanning die na vijf of zes dagen vrijwel onverdraaglijk wordt. Na elf dagen is hij volkomen uitgeput. Het boek is dan klaar en de dokter mag de bloeddruk weer komen opmeten.

Na een 'Maigret', die in evenveel dagen tot stand komt, heeft hij niet die ervaring van totale uitputting, maar de gewone vermoeidheid van iemand die vele uren aan een schrijfmachine heeft gezeten.

De mededelingen van Simenon maken een volkomen geloofwaardige indruk. Hij is bepaald niet een van die publieke figuren die publiciteit zoeken door het periodiek afleggen van epaterende verklaringen. Toch geloof ik dat hij de waarde van zijn krampachtige inspanningen bij het schrijven van zijn psychologische romans overschat. Zijn grote kwaliteiten immers komen eveneens tot hun recht in de meer ontspannen toestand waarin de 'Maigrets' geschreven worden. Ook die boeken zijn vol grijpbare atmosfeer, vol levende mensen, vol geheimzinnige betrekkingen. De gebreken van zijn psychologische romans komen vaak voort uit de omstandigheid dat de detective-schrijver in Simenon ook in de vertwijfelde hoogspanning van zijn trance niet tot zwijgen te brengen is. In de 'Maigrets' is hij natuurlijker aanwezig. De mensen en de thema's, het leven zelf, zijn hem hier veel meer ontsnapt. In het genoemde interview vertelt hij dat Keyserling hem een 'imbécile de génie' heeft genoemd en in die kenschetsing zit in elk geval deze waarheid dat hij onbewust, ontspannen, in de mening dat hij iets onbelangrijks doet, tot zijn beste prestaties komt.

Daarbij dient men in te zien dat de 'Maigrets' helemaal geen detectiveromans zijn. De ware liefhebbers van dat genre moeten er dan ook vaak niets van hebben. Zij bezitten geen ingenieuze intrige. Zij bevatten geen puzzel die uit het leven geïsoleerd is. Zij zijn werkelijke romans, waarin het levensgevoel van de auteur binnen bepaalde spelregels op een gave manier is neergelegd. Maigret opereert met meegevoel voor de misdadigers. Hij is zelf een vader die erop uit is verloren zoons te begrijpen. Zijn vrouw is een meestal afwezige vriendin, iemand met wie hij af en toe naar de bioscoop gaat.

Maigret is geen echte detective. Hij is de vleesgeworden nieuws-

[pagina 140]
[p. 140]

gierigheid van de romancier. Hij is een methode om mensen te begrijpen. Beschouwt men de literatuur als een wetenschap die het doen en laten van personen tot object heeft, dan doet zich immers de vraag voor hoe de schrijver aan zijn feiten komt. Luistert hij aan deuren, gluurt hij door sleutelgaten? Hij weet ons bovendien te vertellen wat zijn personen voelen en denken. Kijkt hij in de harten? Schrijvers proberen vaak deze wonderlijke kennis te verantwoorden. Zij verwijzen naar de bronnen van hun wetenschap: brieven die zij toevallig in handen gekregen hebben, een dagboek dat een onbekende hun heeft toegestuurd, het verhaal dat iemand vertelt in een door noodweer geïsoleerd landhuis, een schriftelijke bekentenis die een vader doet aan zijn zoon, zoals in Le fils. Het zijn natuurlijk fictieve bronnen, zoals alles in deze wetenschap fictief is, afgezien van het waarheidsgehalte dat op eigen kracht meekomt, omdat het in de schrijversverbeelding is ingebouwd.

Nu is het verwijzen naar de bronnen niet alleen een schrijverstruc om verzinsels als echt gebeurd te verkopen, maar ook een manier om de stofte presenteren, een beginsel van vormgeving. De bevoegdheden van commissaris Maigret maken het voor Simenon mogelijk om tot zijn sujetten door te dringen. De schrijver, en niet de justitie, rust hem uit met een bevel tot huiszoeking. Van Simenon heeft hij de opdracht de mensen te verhoren. Namens hem nestelt de commissaris zich ergens, op de plaats waar een misdaad, d.w.z. een menselijke crisis zich heeft voorgedaan, om er een paar dagen te zitten observeren. Langzamerhand wordt het vreemde stuk leven bekend en doorzichtig. De crisis wordt als het onvermijdelijke resultaat van mensen en omstandigheden gezien. De misdaad is opgelost.

Het zoeken van de moordenaar is bij Simenon de vorm die dit begrijpen heeft aangenomen. Maigret is slechts in schijn politieman: als hij de zaak begrepen heeft, laat hij de schuldige gewoonlijk ontsnappen, aan het leven als het niet anders kan. Hij is niet het werktuig van een zich wrekende gemeenschap, maar van een begrijpende vader.

Voor het achterhalen en betrappen van het leven is de vaderlijke sympathie van Simenon een voortreffelijk instrument. Geeft hij echter Maigret zijn congé en maakt hij die sympathie tot het

[pagina 141]
[p. 141]

onderwerp van zijn boek, dan wordt hij gemakkelijk melodramatisch en sentimenteel, terwijl de getruqueerde structuur die bij de spelregels van de 'Maigrets' hoort, storend gaat werken. Le fils is een prachtig specimen van zo'n Maigret-zonder-Maigret, bewonderenswaardig om alles wat er vanzelf in zit, bewonderenswaardig als tour de force, maar niet op het peil van de beste 'Maigrets' van de tweede serie, omdat het instrument is gaan domineren over de stof.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken