Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunsten (1992)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunsten
Afbeelding van Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunstenToon afbeelding van titelpagina van Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunsten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (11.42 MB)

Scans (39.29 MB)

ebook (13.13 MB)

XML (1.33 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van Afra tot de Zevenslapers. Heiligen in religie en kunsten

(1992)–Louis Goosen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Felicitas & haar zeven zonen

zouden onder Marcus Aurelius in 162 gemarteld zijn. De lichamen van zeven vroegchristelijke martelaren, die een Romeins document met de naam Depositio Martyrum (begraafplaats der martelaren; 354) onder 10 juli vermeldt, lagen over vier verschillende onderaardse coemeteria (catacomben) verspreid: Felix, Philippus, Martialis, Vitalis, Alexander, Silanus en Januarius. Om hen met elkaar te verbinden heeft een vroege hagiograaf (voor 500) hen tot zonen van één moeder gemaakt: naast Silanus was bovendien in het Coemeterium Maximi een vrouw met de naam Felicitas begraven die vier maanden na hem (23 november) gemarteld was. Zij werd door deze hagiograaf als de moeder van het zevental beschouwd. Het verhaal van de moeder ontleende hij aan dat van de Makkabeese martelaren (2 Makk. 7).

Felicitas, al in de eerste helft van de 5e eeuw vereerd, werd aangeroepen om de kinderzegen vooral uit zonen te laten bestaan. Zij draagt meestal een lange mantel, hoofddoek en martelaarsattributen (zwaard, palm, boek), soms een schaal met zeven hoofden. Rond haar worden de zeven zonen gegroepeerd, zoals reeds op een verloren gegaan, maar via een 19e-eeuwse tekening bewaard gebleven fresco ca. 600 in het reeds genoemde coemeterium: als orante (biddend de handpalmen ten hemel geheven) in een paradijselijk landschap; boven haar Christus die haar een martelaarskroon aanreikt en naast haar de inscriptie ‘Felicitas cultrix Romanorum’ (beschermster der Romeinen).

In de middeleeuwen werd zij vaak afgebeeld als martelares: onder meer op een polyptiek 1401 van Spinelli Aretino en een beeld ca. 1450 in de kerk te Lüdinghausen (Westfalen); tevens met de hoofden van haar zonen op een triptiek-vleugel ca. 1510/20 van een anonymus in het Deutsches Museum te Berlijn. Met de jongens rondom haar vindt

[pagina 141]
[p. 141]

men Felicitas onder meer op een 9e-eeuws reliëf aan het altaar in haar kapel in de San Apollinare in Classe bij Ravenna, op een miniatuur in het Martyrologium van Zwiefalten uit de 12e eeuw, op de rechtervleugel van een retabel ca. 1500 van de Meester van het Bartolomeüs-altaar in het Wallraf-Richartz-Museum te Keulen (hier samen met de heilige Symphorosa van Tivoli, van wie onder invloed van haar geschiedenis een zelfde verhaal wordt verteld, dat speelt onder Hadrianus ca. 125). Een gepolychromeerd beeld ca. 1520 in het museum te Augsburg toont Felicitas, bladerend in een boek, als een vruchtbare huismoeder te midden van haar ravottende knapen.

Vroege cycli in Romeinse coemeteria (5e eeuw bij de Thermen van Titus en 7e/8e eeuw in de catacombe van Felicitas) duiden op de intensiteit van de verering. De veroordeling en de marteling werden geschilderd door Neri di Bicci op een paneel 1476 in de Santa Felicità te Florence. De veroordeling alleen werd nog uitgebeeld door Zeiler op een gewelfschildering 1763 in de kloosterkerk te Ottobeuren.

Delehaye 1936; Dörr 1965; Führer 1890 en 1894.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken