Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De volksvermaken (1871)

Informatie terzijde

Titelpagina van De volksvermaken
Afbeelding van De volksvermakenToon afbeelding van titelpagina van De volksvermaken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (11.22 MB)

XML (2.02 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/lifestyle


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De volksvermaken

(1871)–Jan ter Gouw–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Derde hoofdstuk.
Ponsen en Angen.

Milaan was tot in 't midden der twaalfde eeuw de grootste en schoonste stad van Lombardije. Zij bloeide door den handel en was de zetel van rijkdom en weelde. Zij prijkte niet alleen met heerlijke overblijfselen der Romeinsche oudheid, maar bezat ook schoone kerken en kostbare reliquiën. Doch Milaan weêrstreefde het Keizerlijke gezag, en wilde republikeinsche vrijheid; daartoe stelde het zich aan 't hoofd van een stedenverbond, en tergde den Keizer door herhaalden opstand. Frederik Barbarossa daarentegen poogde den vrijheidsgeest met geweld te onderdrukken en besloot in 1161 Milaan te vuur en te zwaard te verwoesten. Met een magtig leger trok hij de Alpen over, en volbragt zijn wreed besluit. Ook de kerken werden niet gespaard, maar de reliquiën, die er gevon-

[pagina 186]
[p. 186]

den werden, mogten niet vernield worden; de Keizer deelde die onder zijne vrienden uit. Wij zagen reeds in 't voorgaande hoofdstuk, dat de Aartsbisschop van Keulen die ‘der heylige drie Coningen’ kreeg. De Bisschop van Utrecht, die zich ook in 't Keizerlijk leger bevond, verkreeg het lichaam van St. Ponciaan, en acht dagen later dat van St. Agniet, ‘dat men zeder die tijt jaerlix angehouden heeft alse van Ponssen ende van Angen’Ga naar voetnoot1). Zoo verklaart een schrijver uit het midden der 14e eeuw den oorsprong van een volksvermaak, dat, vooral te Utrecht, maar ook in Holland, op den 14n en 21n Januarij gevierd en ‘Ponsen en Angen’ of ‘Pontsen en Nieten’ genoemd werd.

Op die dagen plagten te Utrecht processiën gehouden te worden ter gedachtenis van de plegtige inhaling der genoemde reliquiën, en daarna werden die dagen, en de nachten meê, aan vreugde en vrolijkheid gewijd. Er werden maaltijden en drinkgelagen aangerigt, er werd gedanst en gezongen, en 's avonds trokken gantsche troepen bij fakkellicht, met bekkens en rinkelbommen, rond om kleine geschenken aan vrienden of vriendinnen te brengen. Te weten: op den 14n Januarij gaven de vrouwen en meisjes Ponsen aan mannen en jongelingen, en op den 21n Januarij bragten deze Angen aan gezegde vrouwen en meisjes. En op dezelfde wijze werden die dagen in Holland gevierd; zelfs vertoonden de Rederijkers, om de vreugde te vermeerderen, een spelGa naar voetnoot2).

Wel wil Junius de Ponsen en Angen afleiden van de Saturnaliën en Matronaliën der Romeinen, die op den 17n December en den 1n Maart gevierd werdenGa naar voetnoot3). En zeker leveren de Saturnaliën een milde bron voor explicatiën op, waar men ook de Kersgeschenken, den Koppermaandag, den Vastelavond, de Narrefeesten en mogelijk nog meer, uit heeft willen afleiden; maar zoowel de dagen, waarop die volksvermaken in Utrecht en Holland plaats vonden, als de namen der geschenken, bewijzen, dat zij niet Saturnalisch waren, maar wel degelijk tot St. Ponciaan en St. Agniet betrekking hadden, en dat de verklaring van onzen veertiende-eeuwer veel aannemelijker is dan die van den geleerden Junius. En wie eenigszins zich verplaatsen kan in het leven en denken der middeleeuwers, en weet hoe veel gewigt men toen hechtte aan 't bezit van reliquiën, - die geluk en zegen in de stad bragten niet slechts, maar die verspreidden, zoo ver zij vereerd werden, - zal 't ook zeer begrijpelijk vinden, dat het volk de ontvangst dier heilige schatten met vrolijkheid vierde. En daar de Keizer den Bisschop eerst een mannelijken heilige en acht dagen later een vrouwelijk exemplaar ten geschenke gegeven had, zoo was 't ook vrij eigenaardig, dat dit insgelijks met geschenken geven herdacht

[pagina 187]
[p. 187]

werd, en wel op den eersten dag aan de mannen, op den laatsten aan de vrouwen. Met de Reformatie hielden natuurlijk de processiën op, en ook de Ponsen en Angen werden toen vergeten, althans schijnen zij de zestiende eeuw niet overleefd te hebben.

voetnoot1)
Clerc uten laghen landen; uitg. van 't Hist. Gen. bl. 55.
voetnoot2)
Dr. G.D.J. Schotel, Tilb. Avondst. bl. 109.
voetnoot3)
Batav. cap. XVI. p. 230. - Zie ook: Lud. Smids, Schatk. bl. 248, Kiliaen op de woorden Nieten en Pontsen; en L. Meijer, Woordenschat, III D. bl. 695 en 709.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken