Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hoe hoort het eigenlijk? (1939)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hoe hoort het eigenlijk?
Afbeelding van Hoe hoort het eigenlijk?Toon afbeelding van titelpagina van Hoe hoort het eigenlijk?

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.54 MB)

ebook (3.06 MB)

XML (0.72 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/lifestyle


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hoe hoort het eigenlijk?

(1939)–Amy Groskamp-Ten Have–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Fooien.

Zoowel zij, die te weinig als zij, die teveel fooien geven doen blijken, dat zij hun wereld niet kennen.

Bij velen heeft de verkeerde meening post gevat, dat te groote fooien respect bij het personeel en een buitengewoon goede bediening ten gevolge zullen hebben.

In de meeste gevallen gaat dit niet op.

Het tegendeel is eerder waar.

Personeel is meestal buitengewoon gevoelig voor juiste verhoudingen.

De werkgeefster, die te familiaar met haar dienstbode omgaat, de cafébezoeker, die overdreven fooien geeft - zij worden achter hun rug uitgelachen en niet voor vol aangezien.

Als vaste maatstaf kan men aannemen dat 10%, dus een tiende van de gemaakte vertering, het bedrag van de fooi uitmaakt.

Meestal wordt dit naar boven toe afgerond. Heeft men voor een kamer met ontbijt bijv. in een hotel ƒ 3.- te betalen, dan zal veelal ƒ 3.50 worden gegeven. Voor een vertering van ƒ 2.10 wordt bijv. een kwartje gegeven. Blijft het te betalen bedrag onder den gulden dan wordt meestal niet vastgehouden aan de 10%. Bij een vertering van bijv. 60 of 70 of 80 cent wordt een dubbeltje gegeven. Ook op 40 of 50 cent wordt nog een dubbeltje fooi gegeven. Van een kwartje maakt men meestal 30 cents.

Bij een vertering van een dubbeltje kan men met 2½ cent volstaan.

Hoewel sommigen redeneeren: een gulden is en blijft een gulden, maakt het wel degelijk verschil of men alleen of met meerdere personen is.

Als vier personen tezamen voor ƒ 1.20 gebruiken, zal men een kwartje of twee dubbeltjes fooi geven, terwijl een enkele persoon - die immers ook minder bediening noodig heeft - met vijftien cent kan volstaan.

[pagina 102]
[p. 102]

Bij verhoogde consumptie prijzen, die feitelijk verkapte entréprijzen zijn, geve men altijd iets meer fooi.

Wanneer men bijv. voor ƒ 1.25 of ƒ 1.- een thé-complet geserveerd krijgt, benevens een geheele moderevue van de nieuwste modellen, dan geve men niet een dubbeltje maar een kwartje of 30 cent fooi.

(2 personen 50 cent, 3 personen 60 cent, 4 personen 75 cent.

Voor opendoen van rijtuig of autoportier wordt bij vertrek (niet bij aankomst) meestal een dubbeltje gegeven.

Koopt men in een hotel bij den portier postzegels, briefkaarten e.d. dan wordt bij de contante afrekening meestal een fooitje gegeven. (ongev. 10%).

Voor het bewijzen van kleine diensten geeft men eveneens een fooi (een chasseur, die een doosje sigaretten haalt of een krant, een liftjongen, die een in de lift achtergelaten sjaal of parapluie nadraagt, een garderobe-juffrouw, die hulp verleent bij een gescheurde japon, een verloren schoenknoop e.d.).

Voor een vestiaire rekent men een dubbeltje per persoon.

Doch hier zoowel als bij andere voorkomende gelegenheden, ga men met eigen gevoel en gezond verstand te rade: een heer bijv., die een dame begeleidt welke laatste behalve mantel, hoed en sjaal ook nog een mof, een wollen vest, overschoenen, parapluie en een paar pakjes bij zich heeft zal allicht drie inplaats van twéé dubbeltjes geven.

Voor hen, die de fooi in ontvangst nemen en er vaak op gehuurd zijn, is de grootte van het bedrag een belangrijk iets. Men geve daarom nooit gedachteloos een fooi, doch overlegge met zichzelf wat de gelegenheid vereischt.

Bij de 10% van de hotelrekening is meestal niet inbegrepen de portier, de ober en de knecht voor de bagage, evenmin als de chauffeur van de hotel-omnibus.

De man van de wereld, die met een of meer dames uitgaat zorgt er steeds voor voldoende dubbeltjes en kwartjes op zak te hebben, meestal los in het vestzakje, teneinde zonder zoeken of scharrelen in beurs of zakken, zoo snel en onopvallend mogelijk de gedienstige geesten iets in de hand te kunnen drukken, want het geven van fooien dient zoo ongemerkt mogelijk te geschieden.

Het natellen van den inhoud van de beurs, het zoeken in alle zakken enz. is vanzelfsprekend niet zeer bevorderlijk voor het vlug en onopvallend afdoen van deze verplichting.

[pagina 103]
[p. 103]

Voor bedienend personeel op treinen en booten gelden dezelfde tarieven als in gewone café-restaurants. Na gebruik van een slaapwagen geeft men een fooi ter waarde van 50 à 75 Holl. cts.

In vliegtuigen worden geen fooien gegeven.

Na een eenvoudige behandeling bij den kapper kan men met een dubbeltje voor den bediende volstaan. Na een langdurige of bewerkelijke behandeling (verven, permanenten) geeft men een kwartje.

Bij gebruik maken van een taxi geeft een persoon meestal 10 cent op een ritprijs van 60 à 80 cent. Daarboven 15 cent.

Boven de gulden 20 cent. Een bedrag van ƒ 1.75 rondt men af tot 2 gulden.

Heeft de rit lang geduurd (lang wachten is onvoordeelig voor den chauffeur daar rijden meer inbrengt dan wachten) dan vinde men dit in een ruimere fooi.

Bijv.: moet men twee gulden betalen voor een rit van vijf kwartier, dan is dit voordeeliger dan een rit van een half uur heen, een uur wachten en een half uur terug.

Wie weifelt tusschen een te groote en een te kleine fooi kieze toch maar altijd liever de groote, teneinde een ontoelaatbare, doch begrijpelijke pijnlijke bejegening van de zijde van het personeel te vermijden.

Ook voor het geven van fooien bij particulieren zijn vaste stelregels, waaraan men zich beter kan houden.

Een dame alleen, gehuwd of ongehuwd kan na lunch of diner volstaan met een fooi van 50 cent.

Hetzelfde geldt voor een zeer jongen man.

Een heer geeft een gulden.

Een heer met dame geeft eveneens een gulden.

Betreft het echter een zeer uitgebreid feestelijk diner, dan geeft de heer met dame anderhalve of twee gulden.

Wordt het diner gegeven ter eere van een verloofd paar, een bruidspaar of een echtpaar, dat het middelpunt vormt van de geheele feestelijkheid, dan geeft dit echtpaar ƒ 2.50.

Na een receptie worden geen fooien gegeven.

Sommigen, die bloemen voor de gastvrouw medebrengen, meenen de fooi achterwege te kunnen laten, hetgeen niet heelemaal in den haak is en onbillijk tegenover het personeel.

Zij, die vrij geregeld ten huize van kennissen of vrienden mede

[pagina 104]
[p. 104]

eten of lunchen, behoeven niet telkens het personeel een fooi te geven.

Gewoonlijk wordt dan met Nieuwjaar 5 of 10 gulden gegeven, ter afdoening van het geheele jaar. (De grootte van het bedrag hangt af van de staat, die door de vrouw des huizes wordt gevoerd: of er veel personeel is enz.).

Logeert men langer dan een week-end ergens, waar een kinderjuffrouw of een gezelschapsdame is, dan geve men behalve de fooi aan het personeel een kleinigheid (niet in geld) aan genoemde personen, hetzij een doosje chocolade, een fleschje eau de cologne of een zakdoekje) ook als men van genoemde personen geen speciale diensten heeft genoten.

De fooi, die een echtpaar geeft, is natuurlijk grooter dan de fooi, die de vrijgezel geeft, echter nooit het dubbele.

Het jonge meisje alleen zal met een bescheidener fooi kunnen volstaan dan de getrouwde vrouw alleen.

Na een week-end geeft men meestal een gulden.

Na een week ƒ 1.50 à ƒ 2.- of als er veel personeel is ƒ 2.50.

Na 10 - 14 dagen drie gulden - en als er bijv. drie meisjes en een knecht zijn vijf gulden. De chauffeur krijgt evenals de koetsier indien aanwezig, apart een gulden of twee gulden al naar gelang men van zijn diensten heeft geprofiteerd. Heeft de chauffeur van de gastvrouw gedurende de logeerpartij den zorg voor en het onderhoud van den wagen van den gast op zich genomen, dan geve men meer. (Van ƒ 2.50-ƒ 5.-).

Men kan de fooi in hall of keuken neerleggen bij vertrek.

Vriendelijker is het de fooi zelf in de keuken aan een van het personeel ter hand te stellen en nog eens mondeling te bedanken voor de goede zorgen.

Na een soirée, souper of danspartij geve men de fooi aan degene, die bij het weggaan met jassen en mantels helpt.

Wordt door de gastvrouw een partij gegeven in een hotel of restaurant, dan zal veelal het eigen personeel mede aanwezig zijn en ontvangt dan ook de fooien.

Is dit niet het geval, dan geve men dem ober bij het weggaan iets.

Wordt men na een bezoek door de eigen auto van gastheer of gastvrouw thuis gebracht, dan geve men 50 cent of na een tamelijk langen rit een gulden.

Van 2-3 personen eveneens 1 gulden. Verscheidene personen tezamen twee gulden.

[pagina 105]
[p. 105]

Bij het geven van fooien bedenke men, dat gastvrijheid altijd duur is, zoowel voor degene, die haar biedt als voor degene, die haar geniet.

Herhaaldelijk komt het voor, dat een gastvrouw nogal uithaalt voor een paar gasten, die bij het weggaan de gebruikelijke fooi vergeten.

In dat geval behoort de gastvrouw het verzuim te herstellen en uit eigen zak een fooi neer te leggen. Het is niet meer dan billijk, dat veel en extra moeite ook extra beloond wordt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken