Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het getijdenboek van Geert Grote (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het getijdenboek van Geert Grote
Afbeelding van Het getijdenboek van Geert GroteToon afbeelding van titelpagina van Het getijdenboek van Geert Grote

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.40 MB)

XML (0.59 MB)

tekstbestand






Editeur

N. van Wijk



Genre

proza

Subgenre

vertaling
gebed(en)
non-fictie/theologie


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het getijdenboek van Geert Grote

(1940)–Geert Grote–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 92]
[p. 92]

[Getijden der Eeuwige Wijsheid]

Ga naar margenoot+Hier beghinnen der ewigher wijsheitGa naar voetnoot1) ghetijde -

Ga naar margenoot+Mine siele heuet di begheert inder nacht . ende mijnGa naar voetnoot2) gheist in den innerstenGa naar voetnoot3) mijns herten . soe heb ic vro ghewaket toe di. O alre claerste ewighe wijsheit. Ic bidde dat dine begheerde teghenwoerdicheit moet verdriuen alle vreemde dinghe wt mijnre herten . ende dat dine ghenade moet doer storten die innersteGa naar voetnoot4) camersGa naar voetnoot5) mijns herten ende crachtelike onstekenGa naar voetnoot6) mit dijnre mynnen . Ende Ga naar margenoot+ nu alre sueteste ihesu criste soe sta ic op to di in der da/gheraet . ende grote di vander ynnersterGa naar voetnoot7) begheerten mijns herten. Ende dusent dusent hemelscheGa naar voetnoot8) schareGa naar voetnoot9) der gheenre die di dienen dieGa naar voetnoot10) moten di groten van mijnre weghen . ende tienwerue dusent . hondert dusent . der gheenre die di bistaen dieGa naar voetnoot11) moten di van mijnre weghen glorificieren. Ende alle die claer reyne begheerten alre heilighen dieGa naar voetnoot12) moten di van mijnre weghen eren. Ende alle die suete sangheGa naar voetnoot13) derGa naar voetnoot14) creaturen . dieGa naar voetnoot15) motenGa naar voetnoot16) di van miner weghen louen . ende bidden om enen goeden doet om uolcomen vergheuinghe der sunden . ende om ewich leuen Amen.

Hier beghint . Die metten . Salutem

Ga naar margenoot+Salicheit der sielen ende des liues gheue ons ihesus cristus die wijsheit des uaders Amen Here du salst opdoen mine lippen . ende mijn mont sal voertkundighen dijn lof God wilt denken in mijn hulpe. Here tot mi te helpen haeste Glorie si den vader Alst was.

Inuitatorium

Anebeden wi die fonteyne der ewigher wijsheit . Ende om die glorie hoers names laet ons hebben volhertelike blijscap.

[pagina 93]
[p. 93]

Venite exultemus

Comet laet ons seer uerurouwen ten heren laet ons iubilieren Ga naar margenoot+ gode onsen heilgheuer sijn aensicht / laet ons te uoren begripen mit belien . ende laet ons mit salmen tot hem uolhertelike blijscap hebbenGa naar voetnoot1) - Anebeden wi die fonteyne der ewigher wijsheit ende om die glorie hoers names laet ons hebben uolhertelike blijscap Want god is groet heer ende groet coninc op alle die ghene die gotlic sin . want die here en verdrijft niet sijn uolc . want in sinen handenGa naar voetnoot2) sijn alle eynde van eertrike ende hoecheit der berghe siet hi . - Ende om die glorie hoers names . laet ons hebben uolhertelike blijscap Want sine is dat mere ende dat heuet hi ghemaket . ende dat droghe lant hebben sine hande gheuestet . comet laet ons hem / Ga naar margenoot+ anebeden . laetGa naar voetnoot3) ons voer gode neder vallen . laet ons screyen voer den here die ons ghemaket heuet . want hi onse here ende onse god ende wi sijnGa naar voetnoot4) sijn uolc ende schape sijnre weyden. - Anebeden wi die fonteyne der ewigher wijsheit . ende om die glorieGa naar voetnoot5) hoerGa naar voetnoot6) names laet ons hebben volhertelike blijscap Of ghi huden hoert sine stemme verhardet niet uwe herte ghelijc dat uwe vadere mi vertoernden in den daghe der becoringhe in der woestinenGa naar voetnoot7) daer mi uwe vadere becoerndenGa naar voetnoot8) ende proueden ende saghen mine werke. - Ende om die glorie hoers names laet ons hebben uolhertelike blijscap Viertich iaer was ic naest desen gheslechte ende / Ga naar margenoot+ sprac altoes dese dwelenGa naar voetnoot9) in der herten . ende sie en bekenden niet mine weghe .Ga naar voetnoot10) ic swoer hem in minen toerne dat sie niet en solden gaen in mine ruste Anebeden wi die fonteyne der ewigher wijsheit . ende om die glorie hoers names laet ons hebben uolhertelike blijscap Glorie si den vader ende den sone ende den heilighen gheist Alst was in den beghinne ende nu ende altoes ende ewelike sonder eynde Amen.Ga naar voetnoot11) Ende om die glorie hoers names laet ons hebben uolhertelike blijscap Anebeden wi die fonteyne der ewigher

[pagina 94]
[p. 94]

wijsheit . ende om die glorie hoers names laet ons hebben uolhertelike blijscap

Ymnus -

Ga naar margenoot+JhesuGa naar voetnoot1) suete ghedenkennisse du gheues warachtigheGa naar voetnoot2) blijscap des herten, mer bouen honich ende alle dinghe is sine sueteGa naar voetnoot3) teghen-woerdicheit Niet en machmen singhen dat sueter is . niet en mach men horen dat vroliker is . niet en mach men denken dat sueter is dan ihesus die gods soen. O ihesu ene hoepe der gheenre die in berouwenisGa naar voetnoot4) sijnGa naar voetnoot4) hoe goedertieren bistu den ghenen die di bidden. hoe goet bistu den ghenen die di sueken . mer wat bistu den ghenen die di vinden. O ewighe wijsheit di ende den vader ende den heilighen gheist moet sijn glorie in ewicheit amen

Salm

Ga naar margenoot+Al eertrike hebt uolhertelike / blijscap toe godeGa naar voetnoot5) . segghet louesanc sine name gheuet glorie sinen loue Segghet godeGa naar voetnoot6) hoe verueerlijc sijn dine werken . in menichuoldicheiden dijnre crachtenGa naar voetnoot7) sullen di alle dine viande lieghen Al eertike moet di anebeden ende di singhen . louesanc moetet segghen dinen name Glorie si den uader Alst was.

Antiffen

Die wijsheit heeft hoer ghetymmert een huys . sie heuet ghesneden seuen columpnen . sie heuet hoer onder ghedaen die heydene . sie heeft onder die vote ghetreden . mit hoers selues crachte die halse der hogher ende der houerdigher

Versikel.

Ga naar margenoot+Ic sal mi uerbliden in den here . icGa naar voetnoot8) sal / vrolic wesen in gode minen ihesu. Vader onse. Ende en inleit ons niet in becoringe . mer uerloes ons van quade . amen. Die name des heren si ghebenedijt . van nuGa naar voetnoot9) totGa naar voetnoot10) in ewicheit. Here heit gheuen die benedictie. Die wijsheit des vaders moet verdriuen al dat ons teghen is. Amen.

[pagina 95]
[p. 95]

Die eerst lexe.

O ewighe wijsheit schinsel der glorien . ende figure der substancien des ouersten vaders. Du die alle dinghe van niete heuet gheschapen.Ga naar voetnoot1). EndeGa naar voetnoot2) op dattu den menschen mochtes weder leiden totter blijscap des paradises . soe clommestu neder in desen dal Ga naar margenoot+ der onsalicheiden. EndeGa naar voetnoot2) ouermits dijnre / alre suetester wanderinghe soe hebstu hem bewijstGa naar voetnoot3) den wech ten paradise weder te gane. EndeGa naar voetnoot2) om vol te doen voer alle menschen . so woldestu dinen vader gheoffert werden in den cruce als een onnosel lammeken. Luke op mijn herte ouermits dinen duerbaren doet . op dat ic di altoes moete aen sien een coninc der coninghe . eenGa naar voetnoot4) heer der heeren mitten oghen des ganses gheloues. Sette mine mynne der wijsheit in dine wonden . sette mine wijsheit in dine teykene dijnerGa naar voetnoot5) pinen . op dat ic voert an moet voerderen in di . du die biste alleneGa naar voetnoot6) een boec der mynnen. EndeGa naar voetnoot7) ic vorderenGa naar voetnoot7) motGa naar voetnoot7) in Ga naar margenoot+ ghedenkenisse / dijnre doet . endeGa naar voetnoot8) ic versmaedenGa naar voetnoot9) moet alle wandelbare dinghe alsoe dat ic . niet ic . mer du in mi . ende ic in di . wi bliuen moten ewelikeGa naar voetnoot10) mit enen onscheidelikenGa naar voetnoot11) bande der mynnen. Mer du here ontferme di onser. Gode segghe wi danc -

Respons.

Sent wt here die wijsheit vanden setelGa naar voetnoot12) dijnre groetheit. Op dat sie mit mi si ende mit mi arbeide . op dat ic gheweten mach wat di ghename si in alre tijt.

Vers.

Here ghif mi die wijsheit die een besitster is dijnre stolen. Op dat sie mit mi si ende mit mi arbeide . op dat ic gheweten mach wat di ghename si inGa naar voetnoot13) alre tijt.

[pagina 96]
[p. 96]

Ga naar margenoot+Here heit gheuen die / benedictie. Die ewighe wijsheit moet hoer geweerdighenGa naar voetnoot1) to verlichten onse hertenGa naar voetnoot2) onse sieleGa naar voetnoot2) ende onse lichame Amen.

Die ander lexe.

O mijn ihesu alre sueteste ende alre salichteGa naar voetnoot3) wijsheit . een woert des vaders een eyndeGa naar voetnoot4) ende een beghinselGa naar voetnoot5) alles wesens Ic bidde sich an mit goedertieren oghen want ic stof bin ende vleisch . ende dat hi niet en vermach van hem seluen die lopendeGa naar voetnoot6) of willendeGa naar voetnoot6) isGa naar voetnoot6). Ic bidde ghedenke dijnre alre bitterster doet . den du om mi onwerdighenGa naar voetnoot7) sunder liden woldes . endeGa naar voetnoot8) den goeden willen den du in mi beghonnen hebste denGa naar voetnoot9) moetestu beholdenGa naar voetnoot10). O / Ga naar margenoot+ mijn ontfermherticheit en wil mi niet laten . o mijn touerlaet en wil niet van mi gaen. O mijn uerloser andenke in mijn hulpe . ende begraue mi mit di in dinen graueGa naar voetnoot11). also dat ic doet moet wesen deser werlt. Ende verhudeGa naar voetnoot12) mi van allen laghen der viande . also dat leuen noch doet noch ghene auenture mi en verscheide van di. Mer onse mynne bloetGa naar voetnoot13) bliuen in ewicheitGa naar voetnoot14) sterker dan die doet. MerGa naar voetnoot15) du here ontferm di onseGa naar voetnoot16). Gode segghe wi danc -

Respons

O here ghif mi die wijsheit besitsterGa naar voetnoot17) dijnre stolen ende en wil mi niet verwerpen van dinen kinderen. Want ic bin dijn knecht ende een sone dijnre deernen.

Vers

Ga naar margenoot+Sent sie vanden stole dijnre goetheit .Ga naar voetnoot18) dat sie mit mi si ende mit mi arbeide. Want ic bin dijn knecht ende een soen dijnre

[pagina 97]
[p. 97]

deernen. Here heit gheuen die benedictie Mitter gauenGa naar voetnoot1) der wijsheit ende der verstandenisse moet ons veruullen die heilighe gheist Amen

Die derde lexe

O mijn touerlaet ende mijn onghemeten uerloser . ouermits dine onghemetene mynne die di dwanc om mi an to nemen den alre bittersten doet in die galghe des cruces. Die sunden die ic onreyne sunder ghedaen hebbe dieGa naar voetnoot2) moetstu mi ontfermhertelike vergheuen . endeGa naar voetnoot3) van to comenden sunden ende van allen schaden moetstu Ga naar margenoot+ mi guedertierlic / bewaren in die wonde dijnre siden . mine ganghe moetstu leyden in den ulodeGa naar voetnoot4) deses leuens tot enen heilighen eynde . ende toe den aensienGa naar voetnoot5) dijnre glorien so laet mi comen. MerGa naar voetnoot6) du here ontferme di onser. Gode segghe wi dancGa naar voetnoot7)

Respons

Bouen salicheit ende alle schoenheit heb ic ghemynnet die wijsheit ende heb sieGa naar voetnoot8) voergheset dat ic sie lieuer hebben solde dan licht. Want al goet is mi te samen mit hoer ghecomen.

Vers.

Ic heb gheseit derGa naar voetnoot9) wijsheit du bist mijn suster . ende die voersenicheit heb is gheheiten mine vrindinne. Want alle goet is mi te samen mit hoer ghecomen . Glorie si den vader ende den soen ende Ga naar margenoot+ den / heilighen gheist . Want al goet is mi te samen mit hoer ghecomen

Te deum laudamus

Dy god louen wi . di here belien in Al eertrijke eert di ewighe uader Alle enghelen hemelen ende alle potestaten Cherubin ende seraphin . ropen diGa naar voetnoot10) sonder oflaten mit deser stemmen Heilich Heilich Heylich here god der heeren Vol sijn die hemele ende eerdeGa naar voetnoot11) des heerliken gheweldesGa naar voetnoot12) dijnre glorien Dat gloriose choer

[pagina 98]
[p. 98]

der apostelen Dat louelic ghetal der profeten Dat blenkende heer der mertelaren louenGa naar voetnoot1) di Die heilighe kerke ouer al die werelt Ga naar margenoot+ beliet di Vader onghemetenre gheweldigher heerli/cheitGa naar voetnoot2) Ende dinen eerbaren warenGa naar voetnoot3) enighen soen Ende den troesterGa naar voetnoot4) den heilighen gheist Du cristeGa naar voetnoot5) coninc der glorien Du biste des uaders ewighe soen Doestu om te uerlosen den menschen hem aennemen woldes ontsagestu niet der ioncfrouwen buyc Als du verwonnes den anghel des dodes . so opdedestu den ghelouighen die rike der hemele. Du sittes to godes rechter hant in die glorie dijnsGa naar voetnoot6) uaders Men ghelouet diGa naar voetnoot7) toecomende richter Daer omme bidden wiGa naar voetnoot8) help dinen dienres die du mit dinen dueren blode heuest uerloest Ga naar margenoot+ Laet sie begauet werden mit dinen heilighen in die e/wighe glorie Here make ghesont dijn volc ende benedie dine erfnisse Ende berichte sie ende verhoghe sie tot in ewicheiden. Alle daghe benedien wi di Ende wi louen dinen name ewelike ende ommermeer Gheweerdighe di here ons to behueden desen dach sonder sunde Ontferme di onser here ontferm di onser Dine barmherticheit weerdeGa naar voetnoot9) inGa naar voetnoot10) ons also wi in di ghehopet hebben - In di here heb ic ghehopet laet mi niet scandelike confuys staen in der ewicheit

Die laudes -

Salicheit der sielen ende des liues . gheue ons ihesus cristus die Ga naar margenoot+ wijsheit des va/ders Amen God wilt denken in mine hulpe . Here tot mi te helpen haeste Glorie si den vader Alst was in den beghinne.

Salm -

Louet den heren alleGa naar voetnoot11) heydene louet denGa naar voetnoot12) alle uolke . Want sine bermherticheitGa naar voetnoot13) is gestadichtGa naar voetnoot14) op ons en des heeren waerheijt bliuet in ewicheijt Glorie si den vader Alst was.

[pagina 99]
[p. 99]

Antiffen.

Die wijsheit roepet in den straten . soe wie dat wijsheit mynnet die neygheGa naar voetnoot1) tot mi ende hi sal se vinden . ende als hie se vindet soe sal hi salich sijn ist dat hi se beholt.Ga naar voetnoot2)

Capittel.

Dese heb ic ghemynnet ende wtghesocht van mijnre ioghet ende Ga naar margenoot+ heb se ghesocht mi / tot eenre bruyt to ontfaen ende ic bin gheworden een mijnreGa naar voetnoot3) hoerre formen. God si ghelouet

Ymnus

O ihesu mynnentlikeGa naar voetnoot4) coninc endeGa naar voetnoot5) edele segheuechter . du biste een onsprekelike sueticheit. ende alteGa naar voetnoot6) begherlic. Ten canGa naar voetnoot7) tonghe ghesprekenGa naar voetnoot8) noch litter beduden . die ghene diet besocht heuetGa naar voetnoot9) macht ghelouen wat dat is ihesusGa naar voetnoot10) te minnen Die ghestadegheGa naar voetnoot11) mynne ihesu is mi ene ghestadeghe quellinghe . ihesus is mi honich vlietende suiticheitGa naar voetnoot12) een ewighe vrucht des leuens. O ewighe wijsheit di ende den vader ende den heilighen gheist moet Ga naar margenoot+ sijn glorie in ewicheiden . / Amen.

Versikel.

Wijsheit rustet in sinen herten . ende voersenicheit in den woerden sijns mondes

Benedictus dominusGa naar voetnoot13).

Ghebenedijt sij die here god van israhel want hi sijn uolc gheuandet ende verloest heuet Ende hi heuet ons opgherichtet den horn der salicheit in dauidsGa naar voetnoot14) sijns kindes gheslechte Als hi ghesproken heuet wt monde derGa naar voetnoot15) heiligher profeten die van beghinne der werlt gheweest hebben . Heil van onsen vianden ende van al der

[pagina 100]
[p. 100]

gheenre hande die ons haten Om te doen barmherticheit mit onsen Ga naar margenoot+ vaderen endeGa naar voetnoot1) te ghedenken sijnre heiligher ghelofnisse Den eet / den hi swoer tot abraham onsen vader dat hi ons hem seluen gheuen wolde Op dat wi sonder anxt verloest vanden handen onser viande hem dienen In heilicheit ende in rechtuerdicheit voer oen al onse daghe Ende du kint du biste een profete des ouersten gheheiten . want du salte voergaen voer dat anghesicht des heren toe bereydene sine weghe (Glosse in M 129r: Dat kint was sunte iohannes). To gheuen wijsheit des heils sinen uolke in verghifnisse hoerre sunden Mitten binnensten der barmherticheit ons gods daer mede heuet hiGa naar voetnoot2) ons gheuandet die vten hoghen opghegaen is InlichteGa naar voetnoot3) here Ga naar margenoot+ dien die sitten in duysternisse ende in / scheme des dodes to leiden onse voete in den wech des vreden Glorie si den vader Alst was

Antiffen.

O ewighe wijsheit du die biste voert ghecomen wten monde des alrenGa naar voetnoot4) ouersten du die biste reykende van den enen eynde tottenGa naar voetnoot5) anderenGa naar voetnoot6) sterkelike ende besatetGa naar voetnoot7) alle dinghe suetelike . com omGa naar voetnoot8) ons te leren den wech der wijsheit. Here verhore mijn ghebet. Ende mijn roepen come to di.

Collecte -

O god du die ouermits dijnre ewigher wijsheit den menschen woldes maken doe hi niet en was ende doe hi uerloren was woldestuGa naar voetnoot9) Ga naar margenoot+ hem ontfermhertelike weder maken . wi bidden diGa naar voetnoot10) uerle/ne ons dat die wijsheit moet ingheisten in onsen herten dat wi mit al onser sielen di moten mynnen ende mitGa naar voetnoot11) onser herten to di moten lopen. Ouermits onsen herenGa naar voetnoot12) ihesum cristum dinen soen die mitti leuet ende regniert in enicheit des heilighen gheistes een god in ewicheidenGa naar voetnoot13) Amen. Here verhore mijn ghebet . ende mijn ropen

[pagina 101]
[p. 101]

come toe di. Benedien wiGa naar voetnoot1) den here. Gode segghe wi dancGa naar voetnoot2). Alle ghelouighe sielen moten rusten in vrede Amen

Die Prime

Salicheit der sielen ende des liues gheue ons ihesus cristus die Ga naar margenoot+ wijsheit des vaders Amen. God wiltGa naar voetnoot3) denken in mijn / hulpe. Here tot mi te helpen haeste Glorie si den vader Alst was

Ymnus

O alre sueteste mynne ihesu endeGa naar voetnoot4) waerlic alre sueteste . dusent werf bequamer dan wi moghen segghen O ihesu enghelsche schoenheit in den oren een suete sanc . in den monde een wonderlic honich in der herten een hemels lotter drancGa naar voetnoot5) O mijn goede ihesu laet mi gheuolen ouerulodicheit dijnre minnen . ghif mi mit teghenwoerdicheit te siene dine glorie. O ewighe wijsheit di ende den vader ende den heilighen gheist . moet sijn glorie in ewicheiden. Amen.

Salm. -Ga naar voetnoot6)

Ga naar margenoot+O here help daer to dat ic vroe / moet horen dine ontfermherticheit . want ic heb in di ghehopet Maec mi kenlicGa naar voetnoot7) den wech daer ic in wanderen sal . want ic heb mijn siele opgherichtet toe di Verlose mi van minen viandeGa naar voetnoot8) o here . to di bincGa naar voetnoot9) ic gheuloenGa naar voetnoot10). lere mi doen dinen willen . wanttu biste mijn god Glorie si den uader Alst was in den beghinne.

Antiffen

Ic mynne die ghene die mi mynnen . ende die vro to mi waket die sal mi vinden

[pagina 102]
[p. 102]

Capittel -

Wijsheit verwint quaetheit sie gaet vanden enen eynde tottenGa naar voetnoot1) anderen eynde sterckelike . ende besaet alle dinghe suetelike God si ghelouet

Respons

Ga naar margenoot+O ihesu / criste sone des leuendighenGa naar voetnoot2) gods . ontfarme diGa naar voetnoot3) onser

Vers

DieGa naar voetnoot4) daerGa naar voetnoot4) sittes ter rechterhant des uaders. Ontferme diGa naar voetnoot5) onser. Glorie si den uader ende den sone ende den heilighen gheist. O ihesu xpriste sone des leuendighenGa naar voetnoot6) gods ontferme diGa naar voetnoot7) onser

Versikel

Here stant op endeGa naar voetnoot8) help ons. Ende uerloes ons om dinen heilighen name. Here uerhore mijn ghebet ende mijn roepen come to di.Ga naar voetnoot9)

Collecte -

Dat schijnsel der ewigher wijsheit moet uerluchtenGa naar voetnoot10) onse herten op dat wi ouermits dat schijnsel der ewigher wijsheit deruenGa naar voetnoot11) moetenGa naar voetnoot12) die duysternisse deser werelt ende datGa naar voetnoot13) wiGa naar voetnoot13) comen Ga naar margenoot+ moghenGa naar voetnoot13) to denGa naar voetnoot14) / vaderrijc der ewigher claerheit. Ouermits onsen herenGa naar voetnoot15) ihesum cristum dinen sone die mitti leuet ende regniert in enicheit des heilighen gheistes een god ewelike sonder eyndeGa naar voetnoot16) Amen. Here uerhore mijn ghebet. Ende mijn roepen come to di. Benedien wiGa naar voetnoot17) den heren. Gode segghe wi danc. Alle ghelouighe sielen moeten rusten in vredeGa naar voetnoot18) Amen.

[pagina 103]
[p. 103]

Die Tercie.

Salicheit der sielen ende des liues . gheue ons ihesus cristus die wijsheit des uaders Amen. God wiltGa naar voetnoot1) denken in mine hulpe. Here tot mi te helpen haeste Glorie si den uader Alst was in den be.

Ymnus.

Ga naar margenoot+O ihesu dine minne is een bequame versadingheGa naar voetnoot2) der sielen . veruullende sonder moyenisse . endeGa naar voetnoot3) sie is gheuende der begheerten hongher Die di smaken den honghert na di die di drinken dien dorst na di si en connen niet begheren dan ihesusGa naar voetnoot4) dieGa naar voetnoot5) si minnen. Ic begheer di dusent werf mijn ihesu . wanneer saltu comen wanneer saltu mi blide maken wanneer saltu mi versaden van di O ewighe wijsheit di ende den vader ende den heilighen gheist moet sijn glorie in ewicheiden Amen

SalmGa naar voetnoot6)

Dijn guede ghiest sal mi leyden in dat gherechte lant . here Ga naar margenoot+ om dine name salstu / mi leuendich maken in diner gherechticheit Du salst mine siele wtleidenGa naar voetnoot7) vter droefheit ende in dijnre ontfermherticheit salstu verderuen mine viande Ende du salst uerliesen al die ghene die mijnre sielen liden an doen . want ic bin dijn knecht Glorie si den vader Alst was

Antiffen

Sone begheerstu wijsheitGa naar voetnoot8) beholt rechtueerdicheitGa naar voetnoot9) ende die here sal sie di gheuen.

Capittel.

Dese heb ic ghemynnet ende wtghesocht van mijnre ioghet . ende heb sie ghesocht mi tot eenre bruyt tontfane . enGa naar voetnoot10) ickGa naar voetnoot10) binGa naar voetnoot10) gewordenGa naar voetnoot10) eenGa naar voetnoot10) minnerGa naar voetnoot10) haerderGa naar voetnoot10) formenGa naar voetnoot10) God si ghelouet.

[pagina 104]
[p. 104]

Respons

Ic sal mi uerbliden in den heren.Ga naar voetnoot1)

Vers.

Ga naar margenoot+Ende icGa naar voetnoot2) sal vrolic wesenGa naar voetnoot2) / in gode minen ihesu. In den heren.Ga naar voetnoot3) Glorie si den vader ende den sone ende den heilighen gheist. Ic sal mi verbliden in den heren.Ga naar voetnoot4)

Versikel

Die name des heren si ghebenedijt . vanGa naar voetnoot5) nv hent in ewicheit. Here uerhore mijn ghebet . ende mijn roepen come to diGa naar voetnoot6)

Collect

O god du die ouermits dijnre ewigher wijsheit den menschen woldes maken doe hi niet en was . ende doe hi uerloren was wolstuGa naar voetnoot7) hem ontfermhertelike weder maken . wi bidden diGa naar voetnoot8) verlene ons dat die wijsheit moet ingheisten in onse herten opGa naar voetnoot9) dat wi dyGa naar voetnoot9) mit al onser sielenGa naar voetnoot10) moeten mynnen . ende mit al onser herten to Ga naar margenoot+ di moten lopen Ouermits onsenGa naar voetnoot11) herenGa naar voetnoot11) ihesum cristum / dinen soen die mitti leuet ende regniert in enicheit des heilighen gheistes een god ewelike sonder eyndeGa naar voetnoot12) Amen. Here uerhore mijn ghebet ende mijn roepen come to di Benedien wiGa naar voetnoot13) den here. Gode segghe wy danc Alle ghelouighe sielen moten rusten in vrede. Amen.

Die Sexte

Salicheit der sielen ende des liues gheue ons ihesus cristus die wijsheit des vaders Amen. God wilt denken in mijn hulpe. Here tot mi te helpen haeste Glorie si den vader Alst . was.

[pagina 105]
[p. 105]

Ymnus

O ihesu die ouerste goedertierenheit ende wonderlike vrolicheit Ga naar margenoot+ des herten . eenGa naar voetnoot1) onbegripelike goetheit laet dine / mynne mi ombeuanghenGa naar voetnoot2) Het is mi goet ihesum te mynnen . voert andersGa naar voetnoot3) nietGa naar voetnoot3) te sueken . het is mi nutte dat ic mi seluen late op dat ic ihesum mach leuen O ihesu mijn alre lieuesteGa naar voetnoot4) . een hope der suchtender sielen . die ynnighe trane sueken di ende dat roepen des ynnighen herten O ewighe wijsheit di ende den vader ende den heilighen gheist moet sijn glorie in ewicheiden. Amen

Salm

Onse siele lijt den heren want hi is onse hulper ende onseGa naar voetnoot5) beschermer Want in hem sal uerbliden onse herte . ende in sinen heilighen name hebben wi ghehopet - Dijn ontfermherticheit gheschie / Ga naar margenoot+ op ons alsGa naar voetnoot6) wi in di ghehopet hebben Glorie si den vader Alst was

Antiffen

Die here heeft mi beseten van beghinsel sijnre weghen eer hi yet makede van den beghinsel spreket die here

Capittel

Sie is ene blinkingheGa naar voetnoot7) des ewighen lichtes endeGa naar voetnoot8) een spegel sonder ulecke der gotliker hoecheit ende een beelde sijnre gotheidGa naar voetnoot9) God si ghelouet.

Respons

Die name des heren si ghebenedijt

Vers

VanGa naar voetnoot10) nu hent in ewicheit . Ghebenedijt. Glorie si den vader ende den sone ende den heilighen gheist. Die name des heren si ghebenedijt

[pagina 106]
[p. 106]

Versikel

Ga naar margenoot+Vander sonnen opganc tot horen neder ganc . soe is / louelic die name des heren Here verhore mijn ghebet ende mijn roepen come to diGa naar voetnoot1).

Collecte -

Hoer ons ontfarmhertigheGa naar voetnoot2) god . ende bewise onsenGa naar voetnoot3) sielen dat licht dijnre wijsheit endeGa naar voetnoot4) verliene ons dat wi di mynnen moeten bouen alle dinc. Ouermits onsenGa naar voetnoot5) herenGa naar voetnoot5) ihesum cristum dinen soen . die mitti leuet ende regniert in enicheit des heilighen gheistes een god ewelike sonder eyndeGa naar voetnoot6) Amen. Here uerhore mijn ghebet . ende mijn roepen come to di. Benedien wiGa naar voetnoot7) den here Gode segghe wi danc Alle ghelouighe sielen moten rusten in vrede Amen.

Die Noen

Ga naar margenoot+Salicheit der sielen ende des / liues gheue ons ihesus cristus dye wijsheit des uaders Amen. God wilt denken in mijn hulpe. Here tot mi te helpen haeste Glorie si den vader ende den sone Alst was.

Ymnus

In wat steden dat ic bin so begheer ic minen ihesum . hoe blide bin ic als ic hem vinde . hoe salich bin ic als ic hem holdeGa naar voetnoot8) InderGa naar voetnoot9) tijt sijn omhelsinghe ende cussen diGa naar voetnoot10) bouen gaen dieGa naar voetnoot11) dranke des honichs dan is salich die verenigheGa naar voetnoot12) mit cristo . mer het is ene clene stonde Dat ic ghesocht hebbe dat sie ic nu . dat ic begheert hebbe dat holdeGa naar voetnoot13) ic . in der mynnen cristi so quelle ic . ende in der herten soe berne ic alto male O ewighe wijsheit di Ga naar margenoot+ ende den vader ende den / heilighen gheist moet sijn glorie in ewicheiden. Amen

[pagina 107]
[p. 107]

SalmusGa naar voetnoot1)

God scheppe in mi een reyne herte . ende in minen aderenGa naar voetnoot2) vernuwe den gherechtenGa naar voetnoot3) gheist WerpGa naar voetnoot4) mi niet of van dinen aenschijnGa naar voetnoot5) ende dinen heilighen gheist en hael niet van mi Ghif my weder die blijscap dijnre salicheit ende mitten voerstelikenGa naar voetnoot6) gheiste soe sterke mi Glorie si den vader Alst was.

Antiffen

Noch en waren die afgronde niet ende ic waert ghebaerenGa naar voetnoot7) doe hi die hemele bereyde was ic bi hem alle dinc mit hem makende

Capittel.

Die wijsheit is schoenre dan die sonne ende bouen alle ordinieringhe Ga naar margenoot+ der / sterren . den lichte gheliket so wort si die eerste gheuonden. God si ghelouet.

Respons.

Vander sonnen opganc tot horen neder ganc -

Vers

Soe is louelic die name des heren. Tot horen neder ganc Glorie si den vader ende den sone ende den heilighen gheist. Vander sonnen opganc tot horen neder ganc

Versikel.

Die wijsheit rustet in sinenGa naar voetnoot8) herten . ende die voersenicheit inden woerden sijns mondes. Here uerhore mijn ghebet . ende mijn ropen come to di

Collect

HeereGa naar voetnoot9) godtGa naar voetnoot9) instorte inGa naar voetnoot10) onsen herten dat licht dijnre wijsheit also dat wi di waerachtelike motenGa naar voetnoot11) kennenGa naar voetnoot12) ende ghetrouwe-

[pagina 108]
[p. 108]

Ga naar margenoot+likeGa naar voetnoot1) myn/nen. Ouermits onsenGa naar voetnoot2) herenGa naar voetnoot2) ihesum cristum dinen soen die mitti leuet ende regniert in enicheit des heilighen gheistes een god ewelike sonder eyndeGa naar voetnoot3) Amen. Here uerhoreGa naar voetnoot4) mijn ghebet ende mijn roepen come to di Benedien wiGa naar voetnoot5) den heren. Gode segghe wi danc Alle ghelouighe sielen moten rusten in vrede Amen.

Die vesper

Salicheit der sielen ende des liues gheue ons ihesus cristus die wijsheit des vaders Amen. God wilt denken in mijn hulpe Here tot mi te helpen haeste. Glorie si den vader Alst was

Salm

Die here heuet ghesent uerlosinghe sinen uolke hi heuet in Ga naar margenoot+ ewicheiden gheboden sijn testament / SijnGa naar voetnoot6) name is heilich ende verveerlic . dat beghinsel der wijsheit is die vrese godes Goede verstandenisse hebben sie die daer nae werken die louinghe des heren bliuet ewelike Glorie si den vader Alst was

Antiffen

Alle wijsheit is van gode den heren . ende was altoes bijGa naar voetnoot7) hem ende is metGa naar voetnoot8) hem in ewicheit

Capittel

Dese heb ic ghemynnet ende wtghesocht van mijnre ioghet ende heb sie ghesocht mi tot eenre bruyt tontfane . ende ic bin gheworden een mijnreGa naar voetnoot9) hoerre formen God si gheloeft

Ymnus -

O ihesu du biste claerre dan die sonne . sueter dan die balsam Ga naar margenoot+ du biste suete bouen alle sueticheit / ende minlikerGa naar voetnoot10) bouen alle dinc Du biste ene ghenuechte der sielen du biste een volbrenghen der

[pagina 109]
[p. 109]

mynnen . du biste mijn glorieGa naar voetnoot1) o ihesu beholdinghe der werelt Ihesus is een maker der goedertierenheit ene hope alreGa naar voetnoot2) blijscap. hi is een fonteyne der gracien ende der sueticheit hi is die waerachtige weelde der herten O ewighe wijsheit di ende den vader ende den heilighen gheist moet sijn glorie in ewicheiden Amen

AntiffenGa naar voetnoot3)

Ic sal mi uerbliden in den heren ende icGa naar voetnoot4) sal vrolic wesen in gode minen ihesu

Magnificat anima mea

Mine siele grotet den heren. Les voert als in onser vrouwen uesperGa naar voetnoot5)

Antiffen

Ga naar margenoot+O opgaende claerheit / des ewighen lichtes ende sone der rechtvericheitGa naar voetnoot6) com ende verlichte die ghene die sittenGa naar voetnoot7) in duysternissen ende in scheme des dods Here uerhore mijn ghebet . ende mijn roepen come to di

Collecte

O god du die ouermits dijnre ewigher wijsheit . Les voert al wt als voer in der metten staet ghescreuenGa naar voetnoot8)

[pagina 110]
[p. 110]

Die complete

Salicheit der sielen ende des liues gheue ons ihesus cristus die wijsheit des vaders Amen Bekeer ons god onse heilgheuer . ende afkierGa naar voetnoot1) dinen toern van ons God wilt denken in mijn hulpe. Here tot mi te helpen haeste Glorie si den va. Alst.

Salm

Ga naar margenoot+VerlichteGa naar voetnoot2) mijn oghen dat ic / nummermeerGa naar voetnoot3) en slape in der doet op dat mijn viant niet en segghe ic heb macht ghehadt teghen hem Die ghene die mi drucken dieGa naar voetnoot4) sullen hem verbliden ist dat ic beroertGa naar voetnoot5) werde mer ic hebbe in dijnre ontfarmherticheit ghehopet Mijn herte sal uerblidenGa naar voetnoot6) in dine salicheit ic sal singhen den heren die mi goede gaueGa naar voetnoot7) ghegeuenGa naar voetnoot8) heeft ende ic sal singhen den naeme des alderhogstenGa naar voetnoot9) heren. Glorie si den vader Alst was

Antiffen

Ic heb ghewoent in den ouersten ende mijn troen is inden columpnen der wolken

Capittel -

Sie leert soberheit endeGa naar voetnoot10) wijsheitGa naar voetnoot11) rechtuerticheitGa naar voetnoot12) ende doghet. Ga naar margenoot+ welckenGa naar voetnoot13) dingen denGa naar voetnoot14) menscheGa naar voetnoot14) nietGa naar voetnoot14) / nuttersGa naar voetnoot14) enGa naar voetnoot14) isGa naar voetnoot14) inGa naar voetnoot14) horen leuen. God si ghelouet

Respons

In vreden in dat selue sal ic slapen ende rusten

vers

Is dat ic gheue minen oghen denGa naar voetnoot15) slaep ende minen oghenleden

[pagina 111]
[p. 111]

den ghestaden slaep. Sal ic slapen ende rusten. Glorie si den vader ende den sone ende den heilighen gheist In vreden in dat selue sal ic slapen ende rusten

Ymnus

Ihesus regniert in den vreden die alle sinneGa naar voetnoot1) bouen gaet desen vrede begheert mine siele ende haestet den te ghebruken Di so prediket dat choer des hemels ende weder haelt dine loue . ihesus uerblijt den omganc der werltGa naar voetnoot2) ende maect ons te vredenGa naar voetnoot3) mit gode Ihesus is weder ghegaen to den vader . hi is inghegaen in dat Ga naar margenoot+ hemelsche rike mijn herte is van / mi ghegaen ende is ihesusGa naar voetnoot4) nae ghegaen. O ewighe wijsheit di ende den vader . les voert wt.Ga naar voetnoot5)

versikel.

In vreden is ghemaket sine stede . ende sine woninghe in syon

Nunc dimittis -Ga naar voetnoot6)

Nv laestu here dinen knecht na dinen woerde in vrede. ¶ Les voert wt als in onser vrouwen compleet staet.Ga naar voetnoot7)

Antiffen.

O gloriose coninc onder dinen heilighen du die biste altoesGa naar voetnoot8) louelic ende nochtan onsprekelic. Here du biste in ons ende dijn heilighe name is angheropen van ons onse god enGa naar voetnoot9) laet ons niet achter alsoe dattu in den daghe des ordels di verwerdighen wilste ons te setten onder dine heilighen ende wtuercorenGa naar voetnoot10). o ghebene-Ga naar margenoot+dide coninc. Here uerhoer mijn ghebet/ende mijn roepen come to di

[pagina 112]
[p. 112]

Collecte

O hereGa naar voetnoot1) sich an ghenadichlikeGa naar voetnoot2) onse crancheit ende du goedertierne instorte in onseGa naar voetnoot3) hertenGa naar voetnoot3) denGa naar voetnoot3) smaec dijnerGa naar voetnoot3) ewigher wijsheit op dat als wi ghesmaket hebben hoer honichulietende sueticheit dat wi dan versmadenGa naar voetnoot4) moetenGa naar voetnoot4) alle eertsche dinghe . ende dijGa naar voetnoot5) mit bernender begheerten stadelicGa naar voetnoot6) an te hanghen du die biste alle goet. Ouermits onsenGa naar voetnoot7) herenGa naar voetnoot7) ihesum dinen sone . die mitti leuet ende regniert in enicheit des heilighen gheistes een god ewelike sonder eyndeGa naar voetnoot8) Amen Here verhoer mijn ghebet ende mijn ropen come to di. Benedien wiGa naar voetnoot9) den hereGa naar voetnoot10) Gode segghe wi danc. Alle ghelouighe sielen moten rusten in vrede Amen.

margenoot+
(83v)
voetnoot1)
M -et des e-en wijsheyts; opschrift ontbr. B, 185; H Hijr volghen d. e.w.g.
margenoot+
(84r)
voetnoot2)
l. in minen (M, B, H, Fulda; 185 nv mijn).
voetnoot3)
M, 185, H binne(n)sten; Fulda bynnensten (gesubstitueerd).
voetnoot4)
M, 185 binne(n)ste; Fulda als boven.
voetnoot5)
M, B, H, 185 camer (M k-).
voetnoot6)
M, B, 185 ont- (H on-).
margenoot+
(84v)
voetnoot7)
M binnester; Fulda als boven (-ste).
voetnoot8)
B, 185 -er.
voetnoot9)
M, B, H, 185 sc(h)aren.
voetnoot10)
ontbr. M.
voetnoot11)
ontbr. M.
voetnoot12)
ontbr. M.
voetnoot13)
M (den sueten s.), Fulda, B, H, 185 sanc(z-).
voetnoot14)
l. alre (M, B, H, 185).
voetnoot15)
ontbr. M, B, H, Fulda.
voetnoot16)
B moet, H moete.

margenoot+
(85r)

margenoot+
(85v)
voetnoot1)
M hebben volh. bl.
voetnoot2)
B, H sijnre hant.
margenoot+
(86r)
voetnoot3)
H, 185 ende laet.
voetnoot4)
Later bijgeschreven; M, H, B, 185 sin; deze handschriften hebben ook alle in de voorafgaande regel: hi(e) is.
voetnoot5)
Hierna een met een dun streepje doorgehaalde n.
voetnoot6)
M, B, H, 185 hoers.
voetnoot7)
M wuestnien, H woestenien.
voetnoot8)
lees -rden (M, B, H, 185).
margenoot+
(86v)
voetnoot9)
Evenzo M, H; B, 185 dwalen.
voetnoot10)
add. Ende (M, B, H, 185).
voetnoot11)
De streepjes vervangen in dit stuk het teken illustratie van het hs.; zo ook in enige andere stukken.

margenoot+
(87r)
voetnoot1)
M, 185 O Ih. (Jh.).
voetnoot2)
M -elike.
voetnoot3)
M suete dine.
voetnoot4)
Gecorrigeerd; M, B berouwen, H, 185 -we.
voetnoot4)
Gecorrigeerd; M, B berouwen, H, 185 -we.

margenoot+
(87v)
voetnoot5)
M tot g. volh. blyscap.
voetnoot6)
Veranderd in goede heer; B, H gode here, 185 guede h.; M gode eer; de oude lezing van het Haagse hs. is de juiste.
voetnoot7)
M cracht, H -te.

margenoot+
(88r)
voetnoot8)
B, H, 185 ende ic, M ende.
voetnoot9)
M, B desen nu (nv).
voetnoot10)
M, H, 185 hent(e).

voetnoot1)
M, H heues (hebbes) ghescapen, B gesc. hebste, 185 ghemaket heuest.
voetnoot2)
-de weggekrabd.
margenoot+
(88v)
voetnoot2)
-de weggekrabd.
voetnoot3)
B, 185 ghewiset (-ijst).
voetnoot2)
-de weggekrabd.
voetnoot4)
M, 185 ende een; B ende.
voetnoot5)
Gecorrigeerd; M, B, 185 der.
voetnoot6)
M allene bist.
voetnoot7)
Gecorrigeerd; M, B, 185 Ende (ende) dat ic moet vorderen in den(c)kenisse.
voetnoot7)
Gecorrigeerd; M, B, 185 Ende (ende) dat ic moet vorderen in den(c)kenisse.
voetnoot7)
Gecorrigeerd; M, B, 185 Ende (ende) dat ic moet vorderen in den(c)kenisse.
margenoot+
(89r)
voetnoot8)
add. dat (blijkbaar weggeschrapt; staat in M, B, 185); ic ontbr. M.
voetnoot9)
In -den is gecorrigeerd.
voetnoot10)
M wi ewelic gebonden moten bliuen.
voetnoot11)
Veranderd in onuersch.

voetnoot12)
Gecorrigeerd.

voetnoot13)
Gecorrigeerd; 185 tot.
margenoot+
(89v)
voetnoot1)
ge- door correctie; B, 185 ver-; M ghe-.
voetnoot2)
Gecorrigeerd; M onse sinne onse herte . ende onse lichaem, B o. sinne ende o. l-me ende o. herten, 185 onse herte o. sinne e.o.l.; siele is in ieder geval een jonge lezing.
voetnoot2)
Gecorrigeerd; M onse sinne onse herte . ende onse lichaem, B o. sinne ende o. l-me ende o. herten, 185 onse herte o. sinne e.o.l.; siele is in ieder geval een jonge lezing.

voetnoot3)
l. -ste (M, 185).
voetnoot4)
e.e. ontbr. M.
voetnoot5)
B beghin.
voetnoot6)
Veranderd, uit l. is of w. (is)? Aldus B, 185; M l.o.w. is.
voetnoot6)
Veranderd, uit l. is of w. (is)? Aldus B, 185; M l.o.w. is.
voetnoot6)
Veranderd, uit l. is of w. (is)? Aldus B, 185; M l.o.w. is.
voetnoot7)
M, 185 onweerde.
voetnoot8)
-de weggeschrapt.
voetnoot9)
ontbr. M.
voetnoot10)
B behoeden, M in mi behoeden.
margenoot+
(90r)
voetnoot11)
M in d. gr. mitti.
voetnoot12)
M voerhoede, 185 verhuedes.
voetnoot13)
l. moet (M, B).
voetnoot14)
M voegt in: noch.
voetnoot15)
ontbr. M, B.
voetnoot16)
l. onser (M, B, 185).

voetnoot17)
M die een b. is; B bisitster, 185 besitter.

margenoot+
(90v)
voetnoot18)
op is ingevoegd; op niet in M, wel in B, 185.
voetnoot1)
M, B, 185 g(h)aue (-ve).

voetnoot2)
ontbr. M, 185.
voetnoot3)
-de weggeschrapt.
margenoot+
(91r)
voetnoot4)
B, 185 vloeden.
voetnoot5)
B, 185 aenschijn.
voetnoot6)
ontbr. M, B.
voetnoot7)
M, B God si gheloeft.

voetnoot8)
ontbr. B.

voetnoot9)
de r weggeschrapt.
margenoot+
(91v)

voetnoot10)
M, B toe di, 185 totti.
voetnoot11)
M, B die e. (185 der eerden).
voetnoot12)
M, B, 185 ghewoldes.
voetnoot1)
B, 185 louet.
margenoot+
(92r)
voetnoot2)
M heerheit.
voetnoot3)
M, 185 waren ende.
voetnoot4)
M troestende; 1e den ontbr.
voetnoot5)
M cristus.
voetnoot6)
M, B, 185 des.
voetnoot7)
M voegt in: te wesene, B, 185: te (toe) wesen een.
voetnoot8)
M, B, 185 wi (wy) di.
margenoot+
(92v)
voetnoot9)
M, B ghewe(e)rde.
voetnoot10)
M, B, 185 op.

margenoot+
(93)

voetnoot11)
B alle ghi.
voetnoot12)
± 6 letters weggeschrapt; l. den heren (B; M heer, 185 here).
voetnoot13)
Veranderd uit ontfermh.; M, B, 185 barmh., b'mh.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; evenzo de 9 volgende woorden; M ghestedicht; B, 185 gheuest(et); B, 185 die waerheit des heren.

voetnoot1)
M, B, 185 n. hem.
voetnoot2)
be- later ingevoegd; het ontbr. in M.

margenoot+
(93v)
voetnoot3)
l. minre of mynre (M, B, 185).

voetnoot4)
B minlike.
voetnoot5)
-de weggeschrapt.
voetnoot6)
Iets weggeschrapt; vgl. B, 185 al to (toe) male.
voetnoot7)
Ingevoegd: geen; M, B, 185 gheen.
voetnoot8)
M, 185 spreken.
voetnoot9)
M voegt in: die.
voetnoot10)
s uit m; M, B, 185 -um.
voetnoot11)
M ghestedighe bis, 185 ghestade bis.
voetnoot12)
Later ingevoegd; ontbr. M, B, 185; deze hebben hier de coniunctie ende.
margenoot+
(94r)

voetnoot13)
M Dit is Zacharias sanc dien hi screef ende sanc doe hem sijn tonghe ontbonden wert.
voetnoot14)
M, 185 dauids huus.
voetnoot15)
M siner, B, 185 sijnre.
margenoot+
(94v)
voetnoot1)
M ende om.
voetnoot2)
ontbr. M, B, 185; B d.o.m. heuet gheu. die.
voetnoot3)
M, B, 185 Inluchte; in M volgt o.
margenoot+
(95r)

voetnoot4)
l. alre (M, B, 185).
voetnoot5)
M ten.
voetnoot6)
Ingevoegd: eind; M, 185 eynde.
voetnoot7)
Gecorrigeerd; M, B bereydes (ei).
voetnoot8)
Weggeschrapt; ontbr. M, B, 185.

voetnoot9)
M woldes.
margenoot+
(95v)
voetnoot10)
ontbr. M, B.
voetnoot11)
M, B, H, 185 mit al.
voetnoot12)
o.h. ontbr. M; H, B staan deze woorden na sone (soen).
voetnoot13)
M, 185 ewelike sonder eynde.
voetnoot1)
M, B, H Laet ons benedien.
voetnoot2)
M, B, H God si gheloeft. - Alle enz. ontbr.

margenoot+
(96r)
voetnoot3)
M, H wil.

voetnoot4)
Weggeschrapt.
voetnoot5)
B, H, 185, 779 lutter dranc(k), Fulda luterdranc.

voetnoot6)
De tekst van M (779, Fulda) wijkt belangrijk af (zie Moll 88 v.). 185 gaat op sommige plaatsen met M mee: ic ghehopet heb in di; mijn siele tottî heb ghehauen; wanttu mijn god biste.
margenoot+
(96v)
voetnoot7)
H kundich.
voetnoot8)
H, B, 185, M vianden.
voetnoot9)
l. bin (H enz.).
voetnoot10)
H, B, 185, M -oghen.

voetnoot1)
M ten.

margenoot+
(97r)
voetnoot2)
Evenzo H, 185; M, B leuenden.
voetnoot3)
ontbr. H, B.

voetnoot4)
Gecorrigeerd; l. Du die (M, H, B, 185).
voetnoot4)
Gecorrigeerd; l. Du die (M, H, B, 185).
voetnoot5)
ontbr. H, B.
voetnoot6)
B leuenden; M des l-ghen godes sone.
voetnoot7)
ontbr. H, B.

voetnoot8)
ontbr. M.
voetnoot9)
H voegt in: Laet ons bidden.

voetnoot10)
-lichten H, B, 185.
voetnoot11)
M ontberen.
voetnoot12)
Gecorrigeerd; M, H, B moghen.
voetnoot13)
Weggeschrapt; dat ontbr. M; 185 moten voor moghen.
voetnoot13)
Weggeschrapt; dat ontbr. M; 185 moten voor moghen.
margenoot+
(97v)
voetnoot13)
Weggeschrapt; dat ontbr. M; 185 moten voor moghen.
voetnoot14)
M ten voor to den (H, B, 185 totten).
voetnoot15)
M, H, B onsen here(n) na soen.
voetnoot16)
M, H, B in ewicheiden.
voetnoot17)
M, H, B Laet ons benedien.
voetnoot18)
Alle... vrede ontbr. H, M, B; M, B hebben in plaats van Gode s.w.d.: God si ghelouet (-oeft).

voetnoot1)
H wil.

margenoot+
(98r)
voetnoot2)
Gecorrigeerd; H versadinghe; B, 185 vermakinghe; M voersmakinghe.
voetnoot3)
-de weggeschrapt.
voetnoot4)
De -s gecorrigeerd; M, H, B, 185 -m.
voetnoot5)
l. dien (H, 185; M, B den).

voetnoot6)
De tekst van M wijkt af; zie Moll 90; 185 gaat gedeeltelijk met M mee: om dinen name here du salt; verstueren.
margenoot+
(98v)
voetnoot7)
185 wtnemen.

voetnoot8)
H die w.; M. w. so.
voetnoot9)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 gherechticheit.

voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).
voetnoot10)
Onder aan de pagina toegevoegd; in M, B, H, 185 aanwezig (hoerre, M haerre).

voetnoot1)
B Inden heren sal ic mi v.

margenoot+
(99r)
voetnoot2)
ic en wesen later ingevoegd; ic ontbr. M.
voetnoot2)
ic en wesen later ingevoegd; ic ontbr. M.
voetnoot3)
M, H, B sal ic mi verbliden in pl. v. In d.h.
voetnoot4)
Evenzo H, 185; M, B Inden here(n) s.i.m.v.

voetnoot5)
M, H, B van desen; B tot in pl. v. hent.
voetnoot6)
H voegt in: Laet ons bidden.

voetnoot7)
M, H woldes.
voetnoot8)
ontbr. M, H, B.
voetnoot9)
Later ingevoegd; op ontbr. M, H, 185; di staat hier en in B na sielen.
voetnoot9)
Later ingevoegd; op ontbr. M, H, 185; di staat hier en in B na sielen.
voetnoot10)
Iets weggeschrapt, blijkbaar di (zie de vorige noot).
margenoot+
(99v)
voetnoot11)
M, H, B o.h. na soen.
voetnoot11)
M, H, B o.h. na soen.
voetnoot12)
M, H, 185 in ewicheiden.
voetnoot13)
M, H, B Laet ons (H ghe)benedien. Na here(n) in M, H, B alleen nog: God si ghelovet (-oeft).

margenoot+
(100r)
voetnoot1)
H ende eene, 185 ende.
voetnoot2)
om- ontbr. M, H, B, 185.
voetnoot3)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 (ende B, 185) voert aen niet anders.
voetnoot3)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 (ende B, 185) voert aen niet anders.
voetnoot4)
B suetste, H zueteste.

voetnoot5)
ontbr. M, H, B, 185.
margenoot+
(100v)
voetnoot6)
M, B also(e) als.

voetnoot7)
M blenkenisse.
voetnoot8)
Weggeschrapt.
voetnoot9)
Door bovengeschreven e in goetheit veranderd; H godh., M ghoeth., B gueth.

voetnoot10)
M, H, B van desen.

margenoot+
(101r)
voetnoot1)
H voegt in: Laet ons bidden.

voetnoot2)
B almachtighe.
voetnoot3)
M onser, 185 onse.
voetnoot4)
In pl. v. ende...dinc heeft 185: Alsoe dat wy di waerachteliken moten kennen ende getrouweliken minnen.
voetnoot5)
M, H, B o.h. na soen(e).
voetnoot5)
M, H, B o.h. na soen(e).
voetnoot6)
M, H, B in ewicheiden.
voetnoot7)
H, B Laet ons (ghe)benedien. Na here(n) in M, H, B alleen nog: God(e) si ghelouet (-oeft).

margenoot+
(101v)

voetnoot8)
M behoolde.
voetnoot9)
H, B dier.
voetnoot10)
l. die.
voetnoot11)
M, H, B, 185 den.
voetnoot12)
l. -inghe (M, H, B).
voetnoot13)
M behoelde voor dat h.
margenoot+
(102r)

voetnoot1)
M heeft een afwijkende vertaling (zie Moll 94); 185 gaat mee met M.
voetnoot2)
binnensten H, B (M, 185).
voetnoot3)
rechten H, B (M, 185).
voetnoot4)
H En werp.
voetnoot5)
B aensichte (M an-, 185).
voetnoot6)
H, B principalen.

voetnoot7)
-en gecorrigeerd; H, B, 185 ghebaert.

margenoot+
(102v)

voetnoot8)
M, H sijnre.

voetnoot9)
Gecorrigeerd; M, 185 Heer (Here) god wi (wy) bidden di; H, B O here g.w.b. di.
voetnoot9)
Gecorrigeerd; M, 185 Heer (Here) god wi (wy) bidden di; H, B O here g.w.b. di.
voetnoot10)
Later ingevoegd; ontbr. M, B, 185; wel in H.
voetnoot11)
B moghen.
voetnoot12)
M bekennen.
margenoot+
(103r)
voetnoot1)
H voegt in: moten.
voetnoot2)
M, H, B o.h. na sone (soen).
voetnoot2)
M, H, B o.h. na sone (soen).
voetnoot3)
M, H, B in ewicheiden.
voetnoot4)
M hore.
voetnoot5)
H, B Laet ons benedien. Na heren (heer) in M, H, B alleen nog: God si gelouet (gheloeft).

margenoot+
(103v)
voetnoot6)
M, 185 Dijn.

voetnoot7)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 mit (met).
voetnoot8)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 bi.

voetnoot9)
l. mynre (H mynner, M minre).

margenoot+
(104r)
voetnoot10)
B, 185 mynlic (min-).
voetnoot1)
M, H glorijeringhe (-rie-), B, 185 glorieren.
voetnoot2)
M alle der.

voetnoot3)
l. versikel (M, H, B, 185).
voetnoot4)
ontbr. M.

voetnoot5)
Voluit in M, H, B, 185; voor M zie Moll 96; hier volgt de tekst, zoals hij in H staat:
Mine siele grotet den herē Ende mijn gheest heuet sich hoghe vervrouwet in god minē heil Want hi heuet anghesien die oetmoedicheit sijnre deernē . siet daer van solen mi salich heitē alle ghebuertē Want hi heuet mi grote dinghe ghedaen . die mechtich is ende sijn hilighe name Ende sine barmherticheit is van gheslechte tot gheslechte . dien die hem ontsien Hi heuet macht ghedaen in sinē arme . hi heuet verstroyet die houerdighen van ghedancke sijns herten Hi heuet of gheset die mechtighen van den stole . eillustratie heuet ghehoghet die oetmoedighē Die hongherighē heuet hi gheuollet mit guedē . ende die riken liet hi ydel Hi heuet ontfanghen israhel sijn kint - hem ghedachte sijnre barmherticheit Alse hi ghesproken heuet tot onsen vaders - abraham eillustratie sinē gheslechte van beghīne Glorie si.

margenoot+
(104v)
voetnoot6)
Gecorrigeerd uit gherechticheit; aldus M, H, B, 185.
voetnoot7)
-de sijn weggeschrapt; -de sijn (sin) in M, H (daer s.s.), B, 185.

voetnoot8)
Voluit in M, H, B, 185.

voetnoot1)
kiere.

margenoot+
(105r)
voetnoot2)
M, H, Fulda Verluchte; H voegt toe: here.
voetnoot3)
H nummer.
voetnoot4)
M si, Fulda se, H sie, 185 ontbr.
voetnoot5)
B veruert, 185 beweghet.
voetnoot6)
M, H, B, 185 hem v., Fulda em v.
voetnoot7)
M, H g(h)auen, B, 185 dinghe.
voetnoot8)
185 ghedaen.
voetnoot9)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185, Fulda ouersten.

voetnoot10)
Weggeschrapt; ontbr. M, 185.
voetnoot11)
ende H, B; Fulda vnde.
voetnoot12)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 gherechticheit.
margenoot+
(105v)
voetnoot13)
M welcker, 185 welke.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.
voetnoot14)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 niet n. (M, H -er) en is d. m-en in.

voetnoot15)
Weggeschrapt; ontbr. H.

voetnoot1)
M, H, B, 185 allen sinnen (y).
voetnoot2)
M des hemels.
voetnoot3)
H maecte ons vrede, 185 ons den vrede.
margenoot+
(106r)
voetnoot4)
Gecorrigeerd uit -u of -ū; M, H, B, 185 -um.
voetnoot5)
Voluit in M, H, B.

voetnoot6)
M des olden symeons sanc.
voetnoot7)
Voluit in M, H, B, 185; voor M zie Moll 98; hier volgt de tekst naar H:
Nv laetstu here dinē knecht na dinē woerde in vrede Want mine oghē hebbē ghesien dinen heilgheuer Den du bereit heues voerden aensichte alre volke Een licht dat is tot eenre openbarīghe der heidenē . eillustratie tot glorien dijns [volkes] van israhel Glorie si den -

voetnoot8)
M, H, B, 185 altoes bist(e).
voetnoot9)
ontbr. M, B, 185.
voetnoot10)
M, H, B, 185 dine wtuercoren(e) (-oerne).
margenoot+
(106v)

voetnoot1)
Weggeschrapt: wi bidden (di); aldus M, 185, H, B, de 2 laatste zonder di.
voetnoot2)
M, 185 genedeliken.
voetnoot3)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 ons d.s. der.
voetnoot3)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 ons d.s. der.
voetnoot3)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 ons d.s. der.
voetnoot3)
Gecorrigeerd; M, H, B, 185 ons d.s. der.
voetnoot4)
Gecorrigeerd; M versmaden moghen, H, B moghen v.
voetnoot4)
Gecorrigeerd; M versmaden moghen, H, B moghen v.
voetnoot5)
Later ingevoegd; M, H, B, 185 hebben di in pl. v. stadelic; in B ontbr. te.
voetnoot6)
Gecorrigeerd.
voetnoot7)
M, H, B o.h. na sone (soen).
voetnoot7)
M, H, B o.h. na sone (soen).
voetnoot8)
M, H, B in ewicheiden.
voetnoot9)
H, B Laet ons benedien.
voetnoot10)
In pl. v. het volgende hebben H, M, B God(e) si gheloeft (-ovet). Hierna, en in 185 na vreden Amen: Die ewighe wijsheit moet benedien ende bewaren onse herten (185 -e) ende onse lichame(n) (-aem) Amen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken