Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dichtwerken. Deel 2 (ca. 1880)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dichtwerken. Deel 2
Afbeelding van Dichtwerken. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Dichtwerken. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.69 MB)

Scans (4.05 MB)

ebook (3.73 MB)

XML (0.65 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dichtwerken. Deel 2

(ca. 1880)–Bernard ter Haar–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Aan Nanny.

 
Lijderesse, jongbeproefde!
 
'k Voelde, hoe ge troost behoefde',
 
Als ik vaak op 't pijnlijk bleek
 
Van uw lief gelaat bleef staren,
 
Waar het blosje reeds van week,
 
Eer de schoonste lentejaren
 
Van uw jeugd zijn weggevaren.
 
'k Zag met deernis hoe de koon,
 
Waar het purper nog moest blozen,
 
't Zilver draagt der witte rozen,
 
En, hoewel aanminnig schoon,
 
Schaars aan 't lachje strekt tot troon.
 
 
 
Als de bloesemregen druppelt
 
Langs de hagen in de Mei;
 
Als het maagdenvoetje huppelt
 
Door de gele klaverwei;
 
Als men leven en genieten
 
Voelt door borst en aadren vlieten;
 
Als, bij 't zilverblauw der lucht
 
En bij 't eerste groen der boomen,
 
Weer zijn jeugd terug voelt komen
 
Wien de jeugd reeds was ontvlucht: -
 
 
 
Ach, dan blijft gij vaak verscholen,
 
Als een struikje nachtviolen
 
Weggedoken aan een vliet,
 
En - wie u tot vreugd komt manen -
 
Antwoordt gij, het oog vol tranen:
[pagina 31]
[p. 31]
 
‘Wien de lente vreugde bied',
 
Slechts voor Nanny bloeit zij niet!’
 
 
 
Als men 't winterfeest gaat vieren,
 
En op 't ijs de tenten staan;
 
Als men 't rinklend ros laat zwieren
 
Langs de gladgereden baan;
 
Als de slede in 't ijs zich spiegelt,
 
Waar 't geharnast voetje op wiegelt,
 
Met zijn ijz'ren vleuglen aan: -
 
Als 't nog zomert in de zalen,
 
Waar de lampen zonnig stralen,
 
Waar de luchte reien dwalen,
 
In het zilvergazen kleed -
 
Ach! 'k heb U dan vaak gevonden,
 
Aan uw stil vertrek gebonden,
 
Neergestrekt door 't lichaamsleed,
 
 
 
Op uw sofa of uw sponde. -
 
Ga de blijdschap gul in 't ronde,
 
Wat vermaak de winter bied',
 
Slechts aan Nanny geeft hij 't niet!
 
 
 
Nanny! schoon dat leed U hinder',
 
Klaag niet, Lieve! alsof gij minder
 
Van den Hemel waart bemind.
 
't Zijn de fijnste plantgewassen,
 
Die men meer in stolp en kassen.
 
Dan in d' open bloemhof vindt.
 
Achter toegeschoven glazen
 
Zwelt en rijpt het geurigst ooft,
 
Waar geen wespen ooit op azen,
 
Dat, hoe fel de storm moog' razen,
 
Die de schoonste bloemen rooft,
 
Volle en rijke vrucht belooft.
 
 
 
Moge in hel verlichte zalen
 
Schitt'rend jeugd en schoonheid pralen,
 
Als een bloem, die 't kleurig hoofd
 
Opheft in de zonnestralen:
 
Als Vorstin, die op haar troon
 
Hoog mag zeetlen met haar kroon,
[pagina 32]
[p. 32]
 
Waar de blikken steeds naar dwalen:
 
't Lieflijk echt jonkvrouwlijk schoon
 
Spreidt geen mindren glans ten toon,
 
Waar zij troosten wil, wie treuren;
 
Waar zij, zedig zonder trots,
 
Vriendlijk als een Engel Gods,
 
Neergeboognen op wil beuren. -
 
Schoon zij min bewondring wekk',
 
Om de schitt'ring van haar kleuren,
 
Dáár ontbindt de bloem haar geuren,
 
Balsemend geheel 't vertrek.
 
 
 
Van de wereld afgezonderd,
 
Rijpt in stilte de eedle geest;
 
Min bewierookt, schaars bewonderd,
 
Leeft men voor den Hemel 't meest.
 
Aan den distelkrans van 't lijden
 
Kiemt de bloesem van 't genot;
 
Elke smarte kweekt verblijden,
 
Als de ziel zich keert tot God.
 
Overwinnaresse in 't strijden!
 
't Is de voorproef van uw lot!
 
 
 
Nanny! schoon dan 't wee U grieve,
 
Treur nooit moedloos! klaag niet, Lieve!
 
Hoeveel vreugd, die de aarde bied',
 
Voor uw jonkheid ging verloren:
 
Hebt gij 't beste deel verkoren,
 
Ruil dan voor haar bloem uw doren,
 
Voor haar lach uw tranen niet!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken