Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het bevel van Cupido (1653)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het bevel van Cupido
Afbeelding van Het bevel van CupidoToon afbeelding van titelpagina van Het bevel van Cupido

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.36 MB)

Scans (4.31 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liedblad / straatlied


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het bevel van Cupido

(1653)–Albertus Ignatius d' Hanins–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 65]
[p. 65]

Het Derde Deel Van ’T Bevel Van Cvpido, Ghenaemt Kluchten.

In-Leydinghe tot het derde Deel.

[pagina 66]
[p. 66]
 
HEt is een oude spreuck van hoogh geleerde mannen,
 
Dat Phoebus niet en draeght altijdt den boogh’ ghespannen:
 
Men magh by-wijlen wel (soo ick in Flacco lees)
 
Den boogh wat legghen af, en maken los de pees.
 
Men moet niet t’aller ur’ van wijse saken praten:
 
Men magh op plaets’ en stondt den geck wel weynigh laten
[pagina 67]
[p. 67]
 
Wt-springhen uyt de mouw’: die sich altijdt voor wijs
 
Aen ’t volck wilt gheven uyt wordt voor sijn’ daghen grijs.
 
’t Is (seght een wijs Poët) een wijsheydt waerdt ghepresen,
 
Te schijnen somtijdts sot, doch sonder sulcks te wesen:
 
En ’t is in teghen-deel een schande voor ghewis,
 
Dat hy wilt schijnen wijs, die maer een’ nar en is.
 
Vlysses wist dit wil, als hy (tot sijnder baten)
 
Schoon hy gheen geck en was, begonst als geck te praten:
 
Als hy ontrent de zee, doch door ontleenden schijn,
 
Om ’t werck, dat hy viel aen, aen ’t volck scheen sot te zijn.
 
Maer ’t is daer-van ghenoech: ‘k wil hier alleen bethoonen,
 
Hoe nutte plicht het is, jae waerdigh om te loonen,
 
Te brenghen somtijdts voordts een wel-ghevonden klucht,
 
Die een bedroefde ziel magh dienen tot ghenucht.
 
Den dagh volght naer de nacht, naer droefheyt het verblijden:
 
Wie is soo onbeleeft, die niet sal konnen lijden
[pagina 68]
[p. 68]
 
Dat naer een wijs ghepraet een klucht komt voor den dagh,
 
Die (sonder iemandts leet) ons dienstigh wesen magh?
 
Voor my, ‘k hebb’ in den sin (schoon Momi kinders rasen)
 
Met kluchtjens dry soo vier ons’ zieltjens wat te asen:
 
Ghy, die ’t niet hooren wilt, sluyt vry dijn’ ooren toe,
 
En weet dat ick voor u de moeyte niet en doe.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken