Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De heksenvlecht (1987)

Informatie terzijde

Titelpagina van De heksenvlecht
Afbeelding van De heksenvlechtToon afbeelding van titelpagina van De heksenvlecht

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.25 MB)

Scans (36.95 MB)

ebook (3.72 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Illustrator

Achilles Cools



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De heksenvlecht

(1987)–Robin Hannelore–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 113]
[p. 113]

Kempense nieuwjaarsbrieven



illustratie

I

 
Kerstavond, en ik zit traag bij het vuur,
 
terwijl in de spar de kruisbek broedt.
 
De wijn wiebelt roestrood op de muur,
 
een heel oud jaar vult mijn gemoed.
 
 
 
Oudejaar, en buiten zingt ijl een kind,
 
een goudhaantje in een mistig bos.
 
Ik geef al wat ik in mijn zakken vind.
 
Straks knallen de kurken erop los.
 
 
 
Een jaar is een ijsbloem op het glas,
 
vergankelijk kantwerk, maar het was
 
mooi zo, en dat geeft aan alles een zin.
 
 
 
Er was pijn waarvan ik toch weer genas,
 
en ik weet dat ik in vriendschap en in
 
liefde de moed vind voor een nieuw begin.
[pagina 114]
[p. 114]

II

 
Ik geloof in het kerstverhaal, oeroud,
 
van spar, hulst, maretak en klatergoud,
 
van de winterzonnewende en het kind,
 
en van een groene liefde die ons bindt.
 
 
 
Ik hoop op oudejaarsavond telkens weer
 
dat elkeen een kruis maakt over oud zeer
 
en met een brandschone lei begint,
 
al klinkt veel verdriet na in de wind.
 
 
 
Ik geloof in de Kempense winterbloei
 
van madeliefje, herderstasje, straatgras:
 
het vriesweer heeft geen vat op hun groei.
 
 
 
Ik hoop dat het geen begoocheling was,
 
dat vrede, vriendschap en liefde ook zo zijn:
 
altijd groen, nooit vals, nooit schijn.
[pagina 115]
[p. 115]

III

 
De koperwieken op het vereelte land
 
zoeken radeloos de warmte van licht.
 
Wij zetten de weemoed naar onze hand
 
met zilveren sterren, kalkoen, een gedicht.
 
 
 
Het jaar, een wintervlinder, verlaat zijn kokon,
 
zielig omhulsel van wat ons dierbaar was.
 
Wij vergeten het dieptepunt van de zon
 
en de tijd bij de jenever in ons glas.
 
 
 
Ach, geluk is soms een ontmoeting op straat,
 
een wielewaal die je in jaren niet meer zag,
 
maar misschien is dat waarom het echt gaat:
 
 
 
een klop op je schouder, een vriendenlach,
 
en het besef dat je ook in het komende jaar
 
weer zeker kunt zijn van hem of van haar.
[pagina 116]
[p. 116]

IV

 
Het jaar viel pardoes in het water.
 
De zon bleef weg, de wijn is zuur.
 
De vrede is voor nog wat later.
 
De goudvink zelfs vergat haar uur
 
 
 
en toch draagt zij het oude kerstvuur
 
over de grenzen, door alle landen,
 
de groene boodschap van de natuur,
 
tot in het vogelnet de handen
 
 
 
van vogelvangers haar vastgrijpen.
 
Ach, geen nieuws is dat voor de kijkkast,
 
waarin de oorlog ligt te rijpen.
 
 
 
Vriendschap werd een lauwe overlast
 
voor mensen die niet willen begrijpen
 
dat ook de kraai gelukkig nieuwjaar krast.
[pagina 117]
[p. 117]

V

 
Ik houd van de vriezeman op kerstdag,
 
beijzelde hulst, een matrode bes,
 
muziek van Johann Sebastian Bach,
 
iets uit de gewijde-geschiedenisles,
 
 
 
en dan op nieuwjaarsdag in de sneeuw
 
de amberen zon met naaldhout belegd;
 
op weg naar het einde van de eeuw
 
trek ik mijn jaarlijkse dwaalweg weer recht.
 
 
 
De goudhaantjes zoeken warmte bij elkaar,
 
ook de winterkoninkjes doen dat:
 
zo overleven ze de vorst ieder jaar;
 
 
 
de enkeling is een vogel voor de kat.
 
En zo moeten vrienden ten slotte ook zijn:
 
elkaars warmte bij koude, toevlucht bij pijn.
[pagina 118]
[p. 118]

VI

 
Kerstmis is de triomf van de naaldboom,
 
het eeuwige groen, de wonden geheeld
 
door hars. Een ster illumineert de droom
 
van een hechte familie met kind, het beeld
 
 
 
van wat het leven de moeite waard maakt:
 
vrede, vreugde, liefde en tederheid.
 
Het is alsof God de aarde aanraakt,
 
de eeuwigheid wordt een ogenblik tijd.
 
 
 
Oudejaarsavond - het hars is verhard,
 
de geur van terpentijn aan onze hand.
 
De stroomversnelling heeft ons verward,
 
 
 
de werkelijkheid haalt de bovenhand.
 
Doch wellicht wordt dit het jaar van het hart.
 
Een gelukwens is al één onderpand.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken