Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Al de volksdichten. Deel 1 (1865)

Informatie terzijde

Titelpagina van Al de volksdichten. Deel 1
Afbeelding van Al de volksdichten. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Al de volksdichten. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.68 MB)

Scans (9.13 MB)

XML (0.28 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Al de volksdichten. Deel 1

(1865)–Jan Pieter Heije–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 169]
[p. 169]

Schoolmeesters grafsteê.

I.

 
Ik weet een eenzaam plekje,
 
Dat achter 't Kerkje ligt,
 
De grasjes en de kruidjes
 
Die groeijen daar zoo digt.
 
 
 
Hij, die mijn Jonkheid kweekte
 
Met goedheid en verstand,
 
De brave Meester rust daar...
 
De braafste van het Land!
 
 
 
En midden in dat plekje
 
Heeft (toen ik ging) mijn hand
 
Den lieven Man ter eere
 
Een rozestruik geplant.

II.

 
'k Had jaren rondgezworven -
 
En was te land en zee
 
Getrokken en getogen....
 
Nu wenschte ik rust en vreê.
[pagina 170]
[p. 170]
 
En toen ik op het plekje
 
Daar achter 't Kerkje kwam,
 
Stond er mijn rozestruikje
 
Gegroeid tot rozestam.
 
 
 
Maar zie! een twééde stond er
 
Zich strenglende er door heen,
 
En vlocht zijn witte rozen
 
Vast met mijn roode ineen!

III.

 
Des goeden Meesters dochter
 
Was (toen ik ging) een kind,
 
Maar om mijn rozeplanten
 
Heeft zij mij steeds bemind.
 
 
 
En of 'k ook lang mogt zwerven,
 
(Ze hoorde nooit van mij!)
 
Zij bleef het struikje kweeken
 
En plantte er een nog bij.
 
 
 
Zoo is des Meesters dochter
 
Zelve als een roos gegroeid,
 
Die thans (in 't dorp de schoonste!)
 
Met rijke geuren bloeit.
[pagina 171]
[p. 171]

IV.

 
Drie maanden zijn vervlogen!...
 
Daar gaat, zoo vroom te moê,
 
Het hart vol zaalge weelde,
 
Een Paar naar 't kerkje toe.
 
 
 
En toeft een wijl op 't plekje,
 
En vouwt de handen zaâm,
 
En lispt, in dank en liefde,
 
Des goeden Meesters naam! -
 
 
 
De bruigom draagt in 't knoopsgat
 
Een volle witte roos,
 
Terwijl, als eier der lokken,
 
De bruid een roode koos.


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

lied

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank

  • Naar de Nederlandse Liederenbank