Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Moet je horen! (1952)

Informatie terzijde

Titelpagina van Moet je horen!
Afbeelding van Moet je horen!Toon afbeelding van titelpagina van Moet je horen!

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.22 MB)

Scans (1.44 MB)

XML (0.05 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
jeugdliteratuur

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Moet je horen!

(1952)–Piet Heil–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige
[pagina 63]
[p. 63]


illustratie

De wedstrijd

 
De grote klok hing aan de muur
 
en tikte heel bedaard.
 
Hij zei: Bim, bom, 't is zeven uur!
 
en zwaaide met zijn staart.
 
Toen moest het jongetje naar bed.
 
Z'n moeder zei: Pas op!
 
Ik heb een wekker neergezet.
 
Om acht uur moet je op.
 
 
 
De grote hangklok keek eens rond.
 
En ja hoor, het was waar.
 
Beneden op de tafel stond
 
een kleine wekker klaar.
 
Die tikte vlug van rikketik.
 
De klok werd boos en sloeg
 
van bom, bom, bom en vroeg: ben ik
 
alléén hier niet genoeg?
 
 
 
De wekker hoorde dit gebrom
 
en zei: wat ben je raar.
 
Noem jij jezelf een klok, ach kom,
 
schei uit, ik lach me naar!
[pagina 64]
[p. 64]
 
De grote klok zei toen heel kwaad:
 
je haalt me toch niet in.
 
We doen wie 't eerst acht uren slaat.
 
Pas op nu, ik begin.
 
 
 
De wekker riep: Ik kom al, hoor!
 
en tikte met een vaart.
 
Maar ook de klok ging er vandoor,
 
hij zwiepte met zijn staart.
 
Dat werd een felle klokkenstrijd
 
daar midden in de nacht.
 
En samen riepen ze: 't Is tijd!
 
Sta op, de klok heit acht!
 
 
 
Het jongetje is opgestaan,
 
want, dacht hij, 't is al laat.
 
Hij is op weg naar school gegaan,
 
maar zag geen mens op straat.
 
Hij zei: ik ga naar bed weer terug,
 
wat is dat voor een kuur!
 
Die domme klokken gaan te vlug.
 
Het is nog pas drie uur.
 
 
 
De wekker en de grote klok,
 
die schaamden zich toen zeer,
 
Ze liepen moe van sjok, sjok, sjok
 
en konden haast niet meer.
 
Hun wijzers draaiden traag en stram
 
heel langzaam op de plaat.
 
Ook dat was dom, want ja, toen kwam
 
dat jongetje te laat.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken