Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Stukken maken (1984)

Informatie terzijde

Titelpagina van Stukken maken
Afbeelding van Stukken makenToon afbeelding van titelpagina van Stukken maken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.66 MB)

Scans (6.55 MB)

ebook (2.93 MB)

XML (0.22 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Stukken maken

(1984)–Leo Herberghs–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 66]
[p. 66]

Verlustiging

‘Verlustiging van mijn ouderdom’ is de titel van een dichtbundel van de 18de-eeuwse dichter Rhijnvis Feith.

De ouderdom: is dat een ideale levensperiode? Of is ouderdom integendeel een schrikbeeld voor de nog jonge mens?

Er zijn veel oude mensen. Uit niets blijkt dat ze zich ongelukkiger voelen dan jonge mensen. Vaak zijn ze strijdlustiger dan die jongeren: de ouderen worden er zich van bewust dat ze een macht in de maatschappij vormen.

Is ouderdom een ‘verlustiging’? Voor iemand die vanuit zijn druk, woelig en ongemakkelijke leven naar de oudere mens kijkt, lijkt dat vaak zo. De oudere mens hoeft inderdaad niet meer te voldoen aan eisen die de maatschappij aan de jongere mens stelt.

Hij kan er vanuit een afstand naar kijken. Hij kan rustig zijn mening over allerlei zaken geven zonder dat hij daarover verantwoording hoeft af te leggen. Hij heeft weinig verplichtingen meer. Hij kan, indien hij gezond is, in kalme rust en ja, zelfs vrolijk door het leven gaan. Want wie of wat zou hij nog vrezen?

De dood soms?

Toch is dat een idealistisch beeld. Net zomin als de jeugd altijd alleen maar ‘onstuimig’ is en vol ‘daadkracht’ en ‘jong élan’, is de ouderdom alleen maar de tijd van de bezonken wijsheid. Er zijn ouderen die onstuimiger zijn dan jongeren. En er zijn jongeren die wijzer zijn dan ouderen.

Ouderdom en wijsheid hoeven niet samen te gaan. Ouderen hebben soms dezelfde vooroordelen die jongeren koesteren. Er zijn mensen die, al worden ze honderd, niets van het leven blijken geleerd te hebben, terwijl een achttienjarige vaak al ‘volwassen’ is en ‘wijs’. Dezelfde mens die eens jong was, is oud geworden. Het is geen ‘andere’ mens. Maar dat

[pagina 67]
[p. 67]

wil niet zeggen dat hij dezelfde denkbeelden hoeft te koesteren als die welke hij in zijn jeugd had. De mens die als onvolwassene zijn levensbaan begint, kan geestelijk tot volwassenheid komen, en dat kan hij nog op de laatste dag van zijn leven. Elke mens kan tot op de dag van zijn dood zichzelf veranderen en zichzelf omvormen tot een ‘volledig’ mens.

Zeker, de oudere is ‘op weg naar het einde’. Maar staat het hele leven niet in het teken van dit einde? Hoe dichterbij dit einde komt, hoe belangrijker het wordt zichzelf tot een vollediger persoon om te vormen. En hoe ouder je wordt, hoe kostelijker het genieten wordt van zelfs de kleinste vreugden. En die blijven toch, tot op de laatste dag. Al bestaat zulk een genieting maar uit de aanblik van het licht van de dageraad, iedere morgen opnieuw. En hoe rijk zijn niet de herinneringen aan vroegere dagen waaruit de ouderdom kan putten: een reservoir dat bodemloos is!

Ouderdom is niet iets dat op een bepaalde dag begint. Je groeit naar je ouderdom toe, zoals je toe zou moeten groeien naar volwassenheid.

Ouderdom is als het ware een verworvenheid, zoals je je de kennis van een vreemde taal verwerft. Je kunt eraan werken, je kunt oefenen. Het duurt enige tijd voor je die vreemde taal onder de knie hebt. Zo kun je je ook oefenen in de kunst van het ‘oud’ worden. Een ‘goede’ ouderdom komt op de bestemde tijd, zoals de herfst komt na de zomer, en niet eerder.

‘De verlustiging van de ouderdom’: zó ervaart het een gerust gemoed dat zich met aandacht buigt over alles wat er nog aan moois overgebleven is, en dat zich met ‘lust’ weet te zonnen in het licht van de rijpere, vollere levensjaren. De rijkste tijd van de mens is zijn ouderdom.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken