Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten 1861-62 (1863)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten 1861-62
Afbeelding van Gedichten 1861-62Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten 1861-62

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.02 MB)

ebook (3.58 MB)

XML (0.12 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten 1861-62

(1863)–Emanuel Hiel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 173]
[p. 173]

Vier liedekens aan Sibyla.

[pagina 174]
[p. 174]
I.
 
Ik zag u weenen, 'k zag de traan
 
ontspringen uw' oogen zoo blauw,
 
ik zag en vergeleek u aan
 
't viooltjen benat van dauw.
 
Ik zag u lachen en zoo bleek
 
scheen mij des saphirs licht,
 
dewijl zijn heldre luister week
 
voor 't glinstren van uw gezicht.
II.
 
Gelijk de zonnestraal zoo zacht,
 
door 't donker der wolken straalt,
 
en zelfs na 't zinken van de nacht
 
den hemel met vuur nog bemaalt;
 
zoo straalde door mijn' droeven zin
 
uw lachen zoo wonder zoet,
 
en liet een' sprank der reine min
 
gloeijen in mijn gemoed.
 
Naar lord Byron.
[pagina 175]
[p. 175]

Sibyla, aangebeden kind.
I.

 
Sibyla, aangebeden kind,
 
zoo wispelturig als de wind,
 
die louter zielevreugde vindt
 
met herten doen te smachten,
 
die gij door uwe schoonheid blindt
 
en aan uw' zegekarre bindt,
 
terwijl ge toch geen een bemint,
 
hoe zij naar u ook smachten.
 
 
[pagina 176]
[p. 176]
 
Is 't niet uw blauwig oogenpaar,
 
uw blond gestruiveld fulpenhaar,
 
uw' stem, als eene harp zoo klaar,
 
die ieders ziele vangen?
 
ik weet niet, maar ik word gewaar,
 
waar ik ook ben, waar ik ook vaar,
 
dat ik toch altoos, altoos naar
 
uw' liefde blijf verlangen.
 
 
 
Eens, 't was in 't schoone jaargetij,
 
ging ik zoo zalig naast uw' zij',
 
uw beeld versmolt zich gansch in mij,
 
ik wou u min betoonen;
 
gij lachtet, hiet het gekkernij,
 
doch waart zoo goedgezind en vrij,
 
om mijne liefde, uit medelij,
 
met geenen spot te loonen.
 
 
[pagina 177]
[p. 177]
 
Bevallig meisjen, is 't mijn' schuld,
 
dat steeds mijn hert met u vervuld,
 
geen ander beeld dan 't uwe duldt?
 
o, 'k heb het God gezworen:
 
dat ik, waar ge u ook wenden zult,
 
hoe ge ook uw englen neusken krult,
 
u volgen zal met mijne huld',
 
al moest ik gaan verloren!
 
 
 
Sibyla, godgewijde meid,
 
eens daagt de hemelsche eeuwigheid
 
voor allen die in zedigheid
 
met 't hert vol liefde leven;
 
o, als uw' ziel van 't lichaam scheidt,
 
moog dan in 't licht dat zij verspreidt,
 
mijn geest vol vuurge teederheid
 
lofzingend, juichend zweven.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken