De neef van Prikkebeen(1910)–Daan Hoeksema– Auteursrecht onbekend Vorige [pagina 60] [p. 60] XXIII. Hoe allen voor hun moed en vernuft beloond worden en hoe de historie eindigt. Voor ganschen ondergang beducht, Sloeg dan de vijand op de vlucht, Thans was 't bedreigde fort ontzet En de arme burgerij gered! Bij 't blij geroffel van de trom, Met Dik voorop, keert 't heer weerom. Het volk trok 't jub'lend te gemoet; Vriend Piet wordt als een held begroet En Otama als een heldin; Hoog prees men beider kloeken zin En van den dankb'ren commandant Kreeg zij een zoen en hij een hand. Aan Otama vereerde hij Een statie-kleed van roode zij, Heel rijk bestikt met goud brokaat En parelen langs elken naad. Ten slotte schonk hij 't jonge paar Als rente duizend pond per jaar. [pagina 61] [p. 61] Heer Dik kreeg voor zijn kloek gedrag, Getoond door dapp'ren trommelslag, Een stok van een tamboer-majoor En Nel een vaatje van ivoor, Omdat zij door een flinken dronk Den mannen steeds courage schonk. Maar daarbij bleef het lange niet. De commandant benoemde Piet Voor burgerij en garnizoen - De man kon 't plechtiger niet doen - Tot eere-burger van de stad En schonk hem 't orde-kruis van Bath. Vrind Petrus en zijn Otama, Die trouwden toen den dag daarna. Nu was het vlaggen overal En groen voor ieder huis en hal, De commandant gaf een diner En 's avonds was er bal-masqué. [pagina 62] [p. 62] Heer Dik kwam daar als Arlekijn En Pieternel als Colombijn, Terwijl vriend Piet als clown verscheen En Otama als Haagsche Leen, En onze commandant zich stak In een versleten dienders-pak. De huwelijksreis - 't lag voor de hand - Die maakten zij naar Nederland. Hier was het bijster naar den zin Van Petrus' bruine gemalin. Zij kochten er een villa. Waar? Dat zeg ik niet. Je raadt dus maar. En sedert leven ze allebei Gelukkig aan elkanders zij. Zij kregen kinderen, een dozijn, Waarbij ook bonte en bruine zijn, Tot groot plezier van vader Piet, Die graag wat variatie ziet. [pagina 63] [p. 63] Heer Dik woont met zijn vrouwtjelief In 't huis daarnaast, tot hun gerief, En deelt nu van zijn wijsheid mee - Gelijk hij eens den prinsjes dee Te Algiers - aan Petrus kinderstel En dit is dol op Dik en Nel. Nel's voorkroost wordt nu opgeleid Tot helden in den oorlogstijd, Op de cadettenschool gebracht Studeeren zij er flink, alle acht, En is 't vacantie, ja, dan ziet Men ze alle luisteren naar Piet En ieder oude-jaar, dat 's vast, Ben ik, oom Abraham, Piets gast. Dan wordt met dankbaarheid herdacht, Wat of men al heeft doorgebracht En hoe vertrouwen, moed, beleid Doen winnen in den levensstrijd. [pagina t.o. 63] [p. t.o. 63] INHOUD. Bladz. I. Inleiding 3 II. Hoe mijnheer Prikkebeen ziek wordt, zijn testament maakt en sterft 4 III. Hoe mijnheer Prikkebeen's neef, Petrus Prikkebeen Jr., lucht geeft aan zijne smart 6 IV. Hoe hij door Dik en Nella uitgenoodigd wordt op de bruiloft en verzocht wordt hun huwelijksreis mee te maken 8 V. Hoe de reis vroolijk begint maar dreigt zeer treurig af te loopen 10 VI. Hoe de reisgenooten gered worden door Petrus, die een onderzeesche motorboot vindt 12 VII. Hoe de reis wordt voortgezet en wat zij er op ondervinden. 14 VIII. Hoe zij tegen de zeemonsters strijden op leven en dood 16 IX. Hoe zij behouden landen en in Afrika ontvangen worden. 19 X. Hoe zij wat op hun verhaal komen en de reis per tuff-tuff vervolgen 22 XI. Hoe zij in de wildernis door 't ongediert worden gekweld en hoe Piet die kwelling doet eindigen 26 XII. Hoe zij in nieuw gevaar komen en speelmans kunstnaarsmacht triomfeert. 28 XIII. Hoe Dikkie door de wilden als een godheid wordt vereerd 30 XIV. Hoe het gezelschap gevoederd en versierd wordt en wat het echtpaar nu weer overkomt 33 XV. Hoe de reisgenooten het in de woestijn maken en in een menscheneters-dorp aankomen 36 XVI. Hoe de machtige Majotobam zich verlustigt in zijne vangst 40 XVII Hoe de machtige Majotobam bang wordt voor de ‘Gelderland’ en speelman het loodje legt 42 XVIII. Hoe Piet gered wordt door de dochter van den koning der menscheneters 45 XIX. Hoe Piet met de prinses vlucht en op een wolk terecht komt. 48 XX. Hoe Marconie en Zeppelin uitkomst brengen 52 XXI. Hoe Piet Dikkie en Nella redt van een wissen en wreeden dood 55 XXII. Hoe Piet het fort behoedt en ieder naar zijn aard zich een held toont 57 XXIII. Hoe allen voor hun moed en vernuft beloond worden en hoe de historie eindigt 60 Vorige