De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3

Derde deel

Regelnummers proza verbergen

[p. 608]

1221 Aan mijnen Heere, Mijnen Heere Joachim van Wikkevoort, Ridder, Raadt ende Resident haarder Hoogheit van Hessen, in de Nieuwe Houtstraat, In Den Haaghe.

L

1Heere Neeve,

2Gelijk ik niet ophoude van U.Eed.Gestr. anendan te moeijen,² 3 alzoo laat U.Eed.Gestr. niet af van zich onvermoeijelijk te toonen 4 in bevorderen van 't geen ik haar, van tijdt tot tijdt, koom verghen.⁴ 5 Grooten dank hebbe U.Eed.Gestr. voor de kundschap mij ge-6geeven van 't verblijf der Vrouwe Graavinne Weeduwe van⁶ 7 Nassau; en voor zoo veele andre wenschelijke tijdingen. Grooter⁷ 8 dank zal U.Eed.Gestr. winnen, indien 't haar gelieft, gelijk wij 9 hartgrondtlijk bidden, neevens mê Vrouw, U.Eed.Gestr. 10 gemaalinne, ons te begunstighen met de eere haarer teeghen-11woordigheit op deezen Hujze; ende daartoe Mijn' Heer den Fiscaal 12 Graswinkel ende zijner Eed. waarde weederhelfte meede te 13 beweeghen: 't welk ik ook op den Heer Barlaeus ernstelijk ver-14zoek, gelijk U.Eed.Gestr. op dit zelfste bladt gelieve te zien.¹⁴ 15 Etenim Amicorum omnia sunt communia. Mijn' Hujsvrouw zeidt,¹⁵ 16 dat zij zich doodt schaamt, oover 't blijven in gebreeke van de¹⁶ 17 eere en goede siere, genooten bij den voorzeiden H. Graswinkel,¹⁷ 18 met eenigh bewijs van daatlijke dankbaarheit, te erkennen; ende¹⁸ 19 desgelijx de gloori, die 't ons is zoo meenigh maal en staatelijk van¹⁹ 20 U.Eed.Gestr. onthaalt geweest te zijn, zonder 't zelve in 't minste te 21 kunnen verschuldighen. Doch wij leeven op hoope, die U.Eed.²¹ 22 vervullen kan met een troostelijk beslujt en antwoordt op deezen.²² 23 In welken toeverlaat zich, van ganschen gemoede, in U.Eed.Gestr. 24 beste gunst beveelt,

25Heere Neeve,

26U.Ee[e]d.Gestr.

27Onderdaanste, ootmoedighste

28dienaar,

29P.C. Hóóft.

2 anendan: (aan en aan) voortdurend (WNT aan Suppl. 20 31).

4 van tijdt tot tijdt: telkens weer (WNT tijd 31 3^o).

6 gravinne van Nassau: Christina gr. van Erbach (†1646), weduwe van gr. Willem van Nassau-Siegen (†1642), in wiens dienst C. van der Meer (†1642), de man van Hooft's vroegere pupil Anna Tholinx, als secretaris geweest was.

7 wenschelijke: welkome.

14 op dit zelfste bladt: het dubbele vel heeft op fol 1^r en ^v brief 1220, op 2^r deze aan v.W. en op 2^v v.Wickevoort's adres. Barlaeus logeerde blijkbaar bij hem, zoals vaker.

15 Etenim etc.: Vrienden hebben immers alles gemeen. Vrij naar Cicero, Laelius de Amicitia 17, 61.

16 't blijven in gebreke van (...) te erkennen: het feit dat wij onze dankbaarheid verzuimd hebben te bewijzen.

17 bij: ten huize van.

18 daatlijke: reële.

19 desgelijx de gloori (eer) (te erkennen); die 't ons is: die het voor ons betekent; staatelijk: luisterrijk (WNT statelijk 835 B 3).

21 verschuldighen: reciproceren.

22 vervullen: in vervulling doen gaan.

[p. *35]

35 Verkavelingsvoorwaarden van 's-Graveland

[p. *36]

36 Bladzijde uit 35

[p. 609]

Hooft bedankt voor het adres van de gravin-weduwe van NassaUEn stuurt uitnodigingen aan Van Wickevoort en Graswinckel, ten vervolge op die aan Barlaeus (1220).

Origineel. UBL. Pap. 2.
Datum ontleend aan de op hetzelfde dubbele vel geschreven brief (1220) aan Barlaeus: 12 aug. 1644 of vlak daarna.