Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere werelt (1969)

Informatie terzijde

Titelpagina van Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere werelt
Afbeelding van Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere wereltToon afbeelding van titelpagina van Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere werelt

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.63 MB)

XML (1.13 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere werelt

(1969)–Samuel van Hoogstraten–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 231]
[p. 231]

Negenste hooftdeel.
Van 't Landschap.

d'ALleraengenaemste verwe, zegt Plutarchus, versterkt en verheugt het gezicht, door hare levendicheyt en blyheyt. Voorwaer deeze verwe heeft geen byzondere naem; maer ik acht datmenze in het algemeen van een duyzend gebrokeverwich lantschap in 't oog krijgt, wanneer de lieve lente beemden en velden vernieuwt, en het bosch zijn nieubewasse kruinen opsteekt.

Als den boomgaert, wit van bloisem, overvloet van fruit belooft, laet Ga naar margenoot+u dan, ô Schilderjeugt! door geen vadzige vaek dien onwaerdeerlijken tijd ontsteelen, maer begin dingen die noit te vooren gezien zijn. Schilder my dan de groente, daer den dauw afdruipt, en de versche bloemen na 't leven uit; gy zult kleuren vinden, die noit Schilder te werk ley. Ontzie de schoonheyt, die de natuer heeft, niet te volgen, maer geloof vry dat het geen in 't leeven zoo vermaeklijk is, uw werk ook zal doen beminnen. Al lang genoeg gemeene dingen gemaekt, die den prikkel van eerliefde gevoelt, slaet wat hoogers ter hand, en vind licht een zeldsame en nieuwe vond uit.

Aen de lief hebbers van 't Lantschap.
 
Kom Schilderjeugd, al lang genoeg gezeeten,
 
Genoeg geblokt 't verstant schier stomp gesleeten,
 
Ontspan den Boogh en geef da zinnen rust:
 
En morgen vroeg, om weer een nieuwe lust
 
Te queeken, laet ons t'saem na buiten treeden,
 
En daer den tijd in nutte vreugd besteden.
 
Ziet Tytons bruit, hoeze in't Saffraene bedt
 
Ga naar margenoot+Oprijzende, de Dachpoort open zet,
 
Wijl Febus zijn vier schimmels in gaet tootmen,
 
Al schilderend' met Roode en Goude zoomen,
 
Het purpere gewolkt met Hemelkleur:
 
't Azuer gebergt begint zich ginder, deur
 
Der Zonnen glans, van verre als op te klaren:
 
Een blonden dauw op loveren en blaeren
 
Beslaet het veld; ey zie dien Jager, ras
 
En snel te voet, hy laet een streek in't gras,
[pagina 232]
[p. 232]
 
Een groene streek al waer, zijn honden blaffen.
 
Dit tijd verdrijf kan u veel nuts verschaffen.

Men moet de eygenschappen der simpele natuer zeedichlijk navolgen.

 
Ga naar margenoot+Maer wilt gy 't oog doen staeren en verwonderen,
 
Verbeelt een storm, met weerlichten en donderen:
 
Een naer gezicht in't Zwitsersche gebergt,
 
Dat met zijn kruin en wind en onweer tergt.
 
Laet glinsteren zijn wit besneeude huiven,
 
Daer 't water krom en dronken af komt stuiven;
 
Ga naar margenoot+Hier rotsen als yskegels uitgeknaegt,
 
En daer een klip, die zwaere masten draegt.
 
Gewen uw hand tot loof en losse blaren,
 
Ga naar margenoot+Elk in zijn aert op't geestichst na te klaren;
 
Want hair, en locht, en loof, en los gewaet,
 
Leert u den Geest, dewijl 't in geest bestaet.

Ga naar margenoot+Het is een gemeen gebrek onder de konst oeffenaers, dat zy zich een wijze van koloreeren aenwennen, als of de dingen aen haere manier, en niet haere manier aen den aerd der dingen verbonden was. Echter hebben veele, door een zekere toeneyging der natuer, manieren van koloreeren aengenomen, die tot dat deel der konst; waer toe zy meest geneigt Ga naar margenoot+waren, zeer bequaem scheenen. En aldus was Herkules Zegers ontrent wilde Ga naar margenoot+gebergten beezich: en eenen Lijfring koloreerde geestige steenrotsen. Ga naar margenoot+'t Eedel gesteente is ook wonderverwich: en de aerdicheden in zeegewassen, en schelpen hebben hare byzondere liefhebbers. Van de Zee zegt onzen Ga naar margenoot+Poëet op volgenden zin:

 
De ruime zee gelijkt het Chamiljoen,
 
Ontfangende in zijn lichaem, dat na't groen
 
Wel ietwes trekt, des Hemels kleur en luister.
 
By helder weer en dachlicht, en by duister.
 
Hoe zeer Eool ook buldert, 't ruime vocht
 
Vertoont altijts een spiegeling der locht.

Augustinus zegt, dat de zee somtijts 't blaeuw, en somtijts 't purperroot, als zoo veel verscheyde kleederen, aentrekt.

margenoot+
Boomgaerden.
margenoot+
Een Morgenstond.
margenoot+
Onweer, met weerlicht en donder.
margenoot+
Watervallen.
margenoot+
Loof en blaren.
margenoot+
Al te zeer een eygen wijze van koloreeren te hebben niet zeer prijslijk
margenoot+
Rotssen.
margenoot+
Edelgesteente.
margenoot+
Zeegewas.
margenoot+
Zee.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken