Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Voorwaarden voor hergebruik
    • Disclaimer
    • Voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid

Informatie terzijde

De groote schouburgh der Nederlantsche konstschilders en schilderessen (3 delen)
Toon afbeeldingen van De groote schouburgh der Nederlantsche konstschilders en schilderessen (3 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (19,19 MB)

Scans (158,12 MB)






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

non-fictie/biografie
non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

De groote schouburgh der Nederlantsche konstschilders en schilderessen (3 delen)

(1976)–Arnold Houbraken– Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[Abraham Minjon]

De milde Natuur, dit jaar de Konst gunstig, heeft te Frankfort doen ontspruiten den Konstigen Bloemschilder

ABRAHAM MINJON, die in zyn jeugt de Konst geleert heeft by Jakob Murel, Bloemschilder, te Frankfort, die hem van zyn 7de jaar af, had in zyn huis genomen, daar hy bleef, zoo om de Konst te oeffenen, als tot andere bezigheden,

[pagina 83]
[p. 83]

de hand te leenen, tweemaal zeven jaren, te weten, tot zyn vierentwintigste jaar; wanneer hy met gemelden Murel naar Holland, om Konsthandel te dryven, reisde, die hem om de geneigtheid, en liefde, die hy tot den jongen had, bestelde by den berugten Joan de Heem, te Utrecht. Zyn vader had te Frankfort een braaf Koopman geweest, maar de fortuin had hem den rug toegekeert, zoo dat zyn moeder weduw zynde, gedrongen was te Wedzlar (daar het goedkoop te leven was) te gaan wonen; daar onze Minjon haar onderstand deed. Hy was inzonderheid naarstig, en gedroeg zig als een Man betaamt. Hy liet twee Dochters na wanneer hy stierf, 1679. Zyne Konsttafereelen met allerhande Bloemen en Fruit naar 't leven afgemaalt, waren by zyn leven, en nog meer na zyn dood by alle Konstlievenden in groote agting, en zouden meer en meer in prys gesteigert hebben, zoo niet het overheerlyk konstpenceel van Juffr. R. Ruisch en J. van Huisum de natuur veel nader gekomen, en dusdanige voorwerpen meer luister had bygezet.


Vorige Volgende