2 Afzonderlijke spelen in handschrift
2 01 + sMenschen Gheest van tVleesch verleyt
d. Clodius Presbiter.
Ms. K.B. Brussel, no. 21656. Verbrand te Leuven, 1940 (vgl. no. 2 07 en 2 10); verm. fol. 1-17.
| Opschrift (naar de editie De Vooys): | Een vastenspel van sinnen hŭe sMenschen || Gheest van tVleesch, die Werlt en die || Duvel verleyt wordt met twee || verthooningen lanck 933 || reghelen || Clodius presbiter fecit |
| (volgend blad:) | Personagens (staat naast lijst) (volgen toneelaanwijzingen m.b.t. allegorisch voedsel en de titel van de tooch) |
| (volgend blad:) | (volgt de tekst). |
| Achteraan: | Amen || Kŭelen raet || Clodius presbiter me fecit |
| | N.B. Volgens 1 De Jong blz. 19 noot 4, ‘blijkens een aantekening op de voorpagina gespeeld de 21e Januarie 1560, op dolijftacxcamere'’. Vergelijk echter spel 2 07, fol. 18r., door De Jong wel verwisseld met het onderhavige, dat slechts een toespeling op de kamer de Olijftack heeft in de voorlaatste regel en met no. 2 07 (en 2 10) in een band gebonden was. |
| | personen: Duvel; tVleesch; Werrelt; sMenschen Gheest; De Liefde Gods; Vreese van Plaeghen. |
| | editie: 16 De Vooys blz. 599 e.v. (7 e.v.). |
| | inhoud: 1 Kalff I blz. 249; 9 Kalff III blz. 143; 15 De Vooys. |
Auteursrechtelijk beschermd