Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644

2945. A. Vorstius. (L.B.)

Hierbij gaan de Hollandsche gedichten van J. Revius, die hij u zelf aanbiedt⁶⁾; bij vergissing heb ik het pakje open gemaakt. Kunt gij den jongen Heereboort⁷⁾ niet gebruiken bij de opvoeding uwer kinderen? Golius en Heinsius laten u groeten; zij zijn juist bezig het geld, dat zij als rector en secretaris van het recenseeren der studenten krijgen, te tellen en te verdeelen. Ik ben dit jaar assessor en verdien daarmee vier pond Vlaamsch. Lugd. Bat., A.^o CIƆIƆCXLII, XI Febr.

Kunt gij ook iets doen voor Waterlaet⁸⁾, ‘un petit galant moine reformé’, dien gij reeds kent? Door de gunst van Z.H. zou hij zijn vaderlijk erfgoed kunnen krijgen. De heeren Van der Myle en Cats willen ook voor hem werken.

6) Zie No. 2943.

7) Adrianus Heereboort († 1661), geb. te Leiden, werd daar in 1640 buitengewoon, in 1644 gewoon hoogleeraar in de logica en in 1642 onderregent van het Staten-College. Hij ijverde zeer voor de leer van Descartes.

8) Lambertus van den Waterlaet, geb. te Gemert, werd 22 Febr. 1641 op 23-jarigen leeftijd als theol. stud. te Leiden ingeschreven.