Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644

3016. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)*

Z.H. gaat morgen naar den Bosch, om de vestingwerken in oogenschouw te nemen, ‘qui est un voyage que Monseign.^r le Prince Guillaume avoit minuté, il y a desjà quelques jours, aveq M. de Brederode, pour s'y rejouïr, mais que maintenant il devra faire un peu plus serieusement. - Mylord Digby¹⁾, arrivé hier au soir, est reparti aujourdhuy, aveq lettres dont, peut estre, V.A. entendra parler par la Reine’.

De vijand verzamelt zijn leger onder den graaf de Fontaine²⁾ in de buurt van Aerschot, Diest en Leuven. - De heeren van Matenes³⁾ en Crock⁴⁾, naar Zeeland gezonden wegens de groote toebereidselen van den vijand in Vlaanderen, zijn heden teruggekeerd, maar Z.H. heeft al eerder drie compagnieën uit de garnizoenen van Bergen op Zoom, Steenbergen en Breda en vijf compagnieën van het leger hier, onder bevel van den heer van Noordwijk⁵⁾, er heen gezonden. Au fort de Voorn, le 9^e de Juin 1642.

1) Zie I, blz. 72.

2) T.a.p., blz. 276.

3) Het blijkt niet, wie hier bedoeld is. Een Adriaen van Mathenesse werd in Dec. 1644 controleur van het magazijn in Sas van Gent. (Meded. van den Heer Wakker.) Officieren van dien naam komen niet voor.

4) Zie I, blz. 231.

5) Zie blz. 180.