Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644

3228. E. Puteanus¹⁾. (L.B.)

Ik dank u zeer voor uwe gedichten en voor uw vers op mijne Elogia²⁾. Hierbij zend ik de Orchestra Burgundica, een gedeelte van het werk, waarmee ik bezig ben; het zal spoedig worden gevolgd door de Elogia op de vier Philipsen van Spanje en andere vorsten en veldoversten. Ik ben nu 69 jaar en moet dus voortmaken met mijn werk. Hartelijk dank voor het vrijgeleide, aan mijn zoon Maximiliaan³⁾ gezonden. Lovanii, in Arce, V Kal. Mart. (= 25 Febr.) M.IƆC.XLIII.

1) Uitgegeven in ErycI Pvteani .... ad C. Hvgenivm et D. Heinsivm .... Epistolae .... 1647, blz. 52.

2) Nl. In viri maximi Puteani Bamelrodij Caesarum Austriacorum elogia (vgl. Gedichten, III, blz. 230), den 11^den Sept. 1642 geschreven.

3) Zie blz. 255.