Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Journaal van 21 october 1688 tot 2 september 1696. Tweede deel (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van Journaal van 21 october 1688 tot 2 september 1696. Tweede deel
Afbeelding van Journaal van 21 october 1688 tot 2 september 1696. Tweede deelToon afbeelding van titelpagina van Journaal van 21 october 1688 tot 2 september 1696. Tweede deel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.66 MB)

XML (1.31 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/dagboek
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Journaal van 21 october 1688 tot 2 september 1696. Tweede deel

(1877)–Constantijn Huygens jr.–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

April.

1 Sond.

Smerg. was in̅ kerck.

Men hoorde dat Myl. Alesbury in̅ tour geset was.

[pagina 581]
[p. 581]

2 Maend.

Wierd Sr John Friend in̅ Old-Baily gecondemnt over hoogh verraedt.

Daer quam een Proclamatie uyt om Myl. Mongomery te apprehenderen.

Was met mijn vrouw om de Hr en Vr. v. Nieuwenhuysen te besoecken, maer waeren uyt. Gingen van daer tot de vr. v. Ouwerkerck, daer Made le Cocq quam. Gingen noch savonts tot Mevr. Creitsmar, daer Mevr. Danckelman mede quam.

3 Dynsd.

Was 2 mael te Kinsington, sonder daer iets uyt te rechten, als een br. v. bedanckinge aen Zeelt, over haer compliment over de ontdeckinge van 't Plot.

Cornelia, onse meydt, seyde, dat den oudtsten Eck, broer van die voor Namen sijn arm afgeschoten wierd, dickwils bij mrs Ellis, die in ons huys een kamer had, komende aen ons eet-camertje, quam en daermede boncoeurde.

4 Woensd.

Vernatti wierd, soo gesecht wierd, in̅ Custody genomen, op suspicie van 't verraedt, maer dit was vals, of bij een misslagh van̅ naem, meenende dat hij eenen Bernardi was. Hij stondt oock in̅ publicque niews.

5 Dond.

Naermidd. was Mevr. Creitsmar tot onsent. Seyde, dat Keppel 300 ℔ 's jaers aen sijn maitresje gaf, die meid geweest was bij de dochter van dr Monginot, en̅ geseght wierd nu te Chelsey te woonen.

Schreef de lijst af van mijn papiere konst.

6 Vrijd.

Twee-mael te Kinsington, sonder iets te doen te krijgen; als daer quam, sonden de clercken savonts (ords als ick al te bed was) dingen om te contrasigneren.

Naer buyten rijdende, nam onder wegen Neufville op.

De Con. had 2 a 3 brieven van compliment van̅ Provintien verleydt, daer anders (soo Hulst op ordre van Keppel den 3. verleden seyde) ick antwoordt op soude geschreven hebben.

Smergens, soo ick uytgingh, stondt een jongman, geheel geen neus hebbende, in 't voorhuys.

[pagina 582]
[p. 582]

7 Saterd.

Vernatti wierd effectivel. in custody genomen maer weder los gelaten op het bevinden van̅ misslagh.

8 Sond.

Was smergens in̅ kerck.

Savonts quam Sylvius tot onsent, als nu zedert eenighe tijdt altoos sondaghs deed.

9 Maend.

Naermidd. was tot Neufville. Was savonts tot Mevr. Creitsmar, daer onder andere een joff. Browne was, dochter van̅ schilder, eertijds Capiteyn. Was seer fraey, maer, soo geseght wierd, had ros haer. Mijn vr. op een brief van Tien gingh met een koets nae Gravesand, en vond hem niet wel, als sanderen daeghs van 't schip bij haer quam.

Vernatti wierd losgelaten.

10 Dynsd.

Was 2 mael te Kinsington.

Mijn vr. quam naermidd. weder van Gravesand en rancontreerde den Hartogh van Wirtenberg op̅ wech, die quam om t'scheep te gaen.

11 Woensd.

Was smiddachs ten eten tot Danckelman. Daer was oock mr Bartue, broeder van Myl. Linsey. Was betael-meester of soo iets in de Tour. Had sijn eygen haer, en̅ was een groot praeter. Had in Turkijen, Polen etc. geweest. Daer was oock mr l'Eremitage, mr Hofman, een Pools Gentleman etc. Mevr. Danckelman hoorde een dagh of twee geleden, dat swanger was.

12 Dond.

Smerg. quam Sonnius bij mij, en att met ons smiddachs. Was vermagert en̅ vervallen.

13 Vrijd.

Was tweemael buyten.

Stond in twijffel om de executie van Friend en̅ Perkins te gaen sien, moetende dese middach geschieden; maer soo als uyt Kinsington quam, sach de kijckers altemael wederom komen, en̅ reed naer huys.

Nicht Becker en̅ Mevr. Creitsmar speelden tot onsent.

De Tryals van Friend liepen ten eersten in druck langhs de straet, gelijck die van Charnock, King en̅ Keys mede gedaen hadden.

[pagina 583]
[p. 583]

14 Saterd.

Naermidd. met den avondt was tot Made de Neufville.

Hulst, den oudsten, was bij mij, hem ontboden hebbende om te hooren van̅ convoyen naer Hollant, mijn vr. daer nae toe willende. Hadden de broer van le Begue bij ons.

15 Sond.

Smergens was een Offic. van Ormond bij mij, om een passept voor kleeren van 't Regimt.

Savonts was tot mr de Neufville.

16 Maend.

Was savonts wat ongerust over de paspen, die Myl. Ormond begeerde, en daerover van̅ clercken geen antwoord kreegh.

Mevr. Creitsmar was tot onsent.

Had naermidd. een Fransman bij mij, die voor een ander eenige teecken en printen te koop hadde, maer was niet veel te beduyden.

17 Dynsd.

Was smergens en̅ savonts te Kinsington.

Sprack den oudsten Hulst, die bekende dat in̅ leste reken. van̅ Secretarye in de ... gl. te weynigh voor mij geset had, door eenigh abuys, daer niet al te vast op staen konde.

Smergens quam mij Jacobsz van Danzick hoetelen.

Tegen dynsd. toekomende souden gejugeert werden Brigadier Rockwood, Majr Lowick, Capn Knighsly, mr Cramborne. Oock was daer prise de corps tegen de 3 nonjurant persons, die Perkins in sijn executie bijgestaen hadden.

18 Woensd,

Was smerg. niet uyt. Tegen den avondt gingh op de n. beurs, en kocht twee kokertjes voor mijn Fransche scheertje. Van daer reed naer Cooper, de cryer, en kocht wat crayon en root cryt. Sagh daernae een deel van sijne teeckeningen, maer vondt daer niet onder van mijn gadinge.

19 Dond.

Naermidd. quam Neufville met sijn soontje bij mij, nam haer mede tot Gibson, daer voor 12 ℔ 6 schill. aen teeckeningen kocht. Hij wilde geen betaling in shillings hebben: soo betaelde hem op reken. 7 ℔ in pistolen.

[pagina 584]
[p. 584]

20 Vrijd.

Was smergens in̅ voorbereydinghGa naar voetnoot1).

Wilde aen Gibson 6 ℔ aen shill. betalen voor̅ teeckeningen, maer hij wilde die niet ontfangen, de schill. staende om binnen korten afgeset te worden.

Savonts was te Kinsington.

Savonts was Mevr. Creitsmar tot onsent.

21 Saterd.

Smergens besigh met teeckenen in ordre te brengen. Naermidd. kreegh brieven van Wiljet, dat Tien over ter Veer en̅ Rotterdam in̅ Haegh aengekomen was.

Had een brief naerm. van̅ Hr Heemskercken, Envoyé te Weenen, over iets dat de Coningh mij belast had aen hem te schrijven.

Mevr. Creitsmar en nicht Becker waeren tegen den avondt tot onsent.

22 Sond.

Was smergens ten Avontmael in̅ Duytsche kerck. Naermidd. preeckte daer een Paep, die van onse religie geworden was.

Naermidd. Neufville bij mij en gingen tot sijnent, daer sijn vr. mijn teeckenen thoonde.

23 Maend.

Was smergens niet uyt. Naermiddagh ten ½ sessen gingh tot Isac, om hem mijn teecken te laeten sien. Vondt daer een Officr van̅ Garde, dr Hutton en̅ de Conte Mariani, die verleden jaer in 't Leger bij de Graef van Soisons was, met noch een Spaegnaerd, die sij don Puas noemden, een lichten vogel. Dese vertelde ons, hoe hij zedert het Leger in Italien geweest was, daer de jegenwoordige Keurvorst van Saxen mede was, een extravaganten vogel, die verleden somer een kalf willende het hooft af hacken, sich selven een groote quetsuer in 't hooft gaf. Dese verhaelde hij, hoe hij te Venetien een festin gegeven had van omtr. 20 menschen, die yder een signora medebrachten, en dede de Keurvorst all die gasten haer naeckt uyt-trecken, en daernae alle haere kleederen ver-

[pagina 585]
[p. 585]

branden door een dingh, daertoe expres gemaeckt. Hield se daer 3 dagen langh, en voor yder paer was een tafel, en voor altemael nieuwe kostelijcke kleeren gemaeckt; in 't eynde van̅ 1e dagh deed hij alle de keersen uytblasen.

Isac gaf ons vin d'Ay en vin de Tockay (te) drincken.

24 Dynsd.

Was tweemael te Kinsington, en de Con. ging naer de Prayers, soo ras ick inquam. Praete wat met ons en̅ Ambassadrs.

Gisteren vertelde mijn vrouw, dat onsen Ambassar Citters in Spagnen sich op de reys van̅ steen had laten snijden, daernae sijn reys vervolght, en̅ audientie van̅ Con. gehadt hadde.

25 Woensd.

Was een danck-dagh over de ontdecking van het verraedt, en̅ savonts waeren in all de huysen keersen in̅ vensters, en̅ te Kinsinghton een vierwerck.

26 Dond.

Naermidd. gingh te voet naer Whitehall, om te sien hoe het er daer uytsagh, en vondt het er seer dick van stoff.

Was moede, niet gewent zijnde zedert eenighe tijdt veel te voet te gaen, en̅ de straten omtrent Charring Cross van̅ regen glibberigh zijnde.

27 Vrijd.

Was smergens te Kinsington, maer aenkomende hoorde dat de Coningh op de jacht was.

Savonts daer weder komende, hoorde dat hij te Honslo gegeten hadde, en op Honslow-heath gejaeght, maer niet gevangen.

Liet naer Myl. Portland sien, met dessein om hem over de Con. profil te spreken, en̅ antwoordt van Kneller te brengen etc., maer was smidd. naer Londen.

Sagh savonts de Con in 't voorbijgaen, en̅ docht mij dat hij mij oock sagh.

Mevr. Harel, haer suster en Mevr. Creitsmar speelden tot onsent.

28 Saterd.

Naermidd. was met mijn vr. tot de tinne-

[pagina 586]
[p. 586]

gieter, die ons tin leenen mos voor ons gastmael. Daernaer tot confituriers op Sherincross, Fransen allebeide.

29 Sond.

Lieten Danckelman met sijn vrouw nooden tegen dynsd., maer lieten sich excuseren, moetende selve volck hebben op die tijdt.

Gingh sav. met mijn vr. tot de vr. v. Zuylestein al. Myl. Rochefort, daer een Engelsche oudachtighe Madame quam, niet als Engels sprekende.

Savonts was tot Neufville, daer een langachtige gerefugieerde quam, die daer noch eens gesien hadde, en̅ die seyde dat in̅ Haegh gingh woonen.

30 Maend.

Smiddachs hadden te gast Mevr. Creitsmar, Harel en sijn vr. en suster, joff. Romf. Hij quam laet, hebbende te Kinsington geweest met sijn confraters van̅ Professie te Londen, om aen̅ Con. haere associatie te presenteren. Daer was noch de Commis van der Esch, nicht Becker en̅ nicht Vernatti, Sylvius en Brienne met sijn vr. Was een dier mael.

Smerg. kocht twee groote wijn-glasen met decksels voor een crowne.

Sylvius seyde, dat Goodman pardon soude hebben, om de andere te beklappen.

voetnoot1)
In margine: Dit was den volgende dagh.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 1 april 1696

  • 2 april 1696

  • 3 april 1696

  • 4 april 1696

  • 5 april 1696

  • 6 april 1696

  • 7 april 1696

  • 8 april 1696

  • 9 april 1696

  • 10 april 1696

  • 11 april 1696

  • 12 april 1696

  • 13 april 1696

  • 14 april 1696

  • 15 april 1696

  • 16 april 1696

  • 17 april 1696

  • 18 april 1696

  • 19 april 1696

  • 20 april 1696

  • 21 april 1696

  • 22 april 1696

  • 23 april 1696

  • 24 april 1696

  • 25 april 1696

  • 26 april 1696

  • 27 april 1696

  • 28 april 1696

  • 29 april 1696

  • 30 april 1696