Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Christelijck vermaeck (1645)

Informatie terzijde

Titelpagina van Christelijck vermaeck
Afbeelding van Christelijck vermaeckToon afbeelding van titelpagina van Christelijck vermaeck

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.49 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Christelijck vermaeck

(1645)–Anthony Jansen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

bestaende in verscheyden stichtelijcke rijmen en gesangen


Vorige Volgende
[pagina 222]
[p. 222]

II. Deel.

 
1 'S Menschen leven in sich selven, datmen op de werelt leeft,
 
Is vol strijden, en vol vechten, niet dat sulcken voordeel geeft
 
Als de werelt heure strijders, gelt of rijckdom, eer of staet,
 
Grootsheydt, pracht of macht, of heerschingh, vol genot en werelts baet:
 
maer een strijden dat hier Godd'lijck op een ander wijse is,
 
Geeft den strijder voor sen strijden een gherustelick ghewiss';
 
't Gun wel duysendt malen waerder is dan allerhande schat,
 
Die des werelts pronck-godinne in'er gantschen kringh bevatt.
 
2 Werelts strijden geeft wel ruste, geestlijck strijden nimmermeer;
 
Geestlijck strijden duert geduerigh, alst gedaen is strack al weer.
 
Moet den mensch niet altijdt wesen op der aerden inden strijdt:
 
Somtijts tegen logh en liegen, Somtijts tegen haet en nijt.
[pagina 223]
[p. 223]
 
Somtijts tegen boose woecker, tegen gierigheyt en quaet,
 
Tegen wellust, tegen weelde, tegen alle overdaet,
 
Tegen kijven, tegen woeden, tegen list en valsch fenijn,
 
Tegen allerleye sonden moet'er staegh gestreden zijn.
 
3 Wellust komt en vleyt'er lusjes boven 't lieffelickste soet,
 
Dat'er niet en is te vinden dat'et hart soo smeult en broet:
 
Nu, een Godt en Iesu minnaer weet wat hem te plegen staet,
 
Wil hy heur gevley niet volgen, acht hy niet hoe soet se praet;
 
Wil hy heur van hem verdryven, sy is machtigh, hier dient macht,
 
Strijden moet hy en heur vellen alles door Godts heyl en kracht;
 
Is sy henen, strack komt Eersught, en se doet'er schoontjes voor,
 
En versoeckt eerst om te krijgen maer een weynighje gehoor.
 
4 Dan al verder koomtse spreken van'er lust en hoogen staet,
 
Hoe de laeghe sijn verschoven en van ellick een gehaet,
 
En hoe weder van gelijcke datse mogen nimmermeer
 
Eensjes sijn om hoogh getoogen totten trap van loff en eer.
[pagina 224]
[p. 224]
 
Koomt u dan in u ghedachten hoe de over-dartle pracht,
 
Hooge, trose roem, en preutsheyt is by d'Opper-vooght veracht.
 
G'hebt dan we'er een strijt te stryden, Eer-sucht is van groot gewelt:
 
Teghen heur moet kracht en sterckte worden teghen aen ghesteldt.
 
5 Wort die ooc doorstrijt verwonnen, strack komt Hoogmoet op de baen,
 
Wilje die al mee niet volghen, siet, soo moetje weder slaen,
 
Lust tot rijckdom, pracht en weelde, en veel dierghelijcke noch
 
Komen d'eene staegh op d'ander, bey met listen en bedroch.
 
Wilje Christelijcken wand'len, heur te volghen leydt van 't padt,
 
Heur slechts schaersjes in te kruypen, is een schandich vygen-bladt.
 
Ghy kondt niet met eenen dienen, wereldt, vleesch, en onsen Godt;
 
Dienje Godt, 't is teghen wellust, dienje 't vleesch, 't is Godt tot spot.
 
6 Een van beyden moetje haten: haetje Godt en alle goedt,
 
Lieftge 't wereldts lust-vermaecken, en 'er schijn-wellustigh soet.
 
Heeren geven loon 'er dienaers, soo moet ghy oock 's wereldts gaef
 
Voor u trouwen dienst ghenieten, dat is, eeuwigh Hellen-slaef.
[pagina 225]
[p. 225]
 
Lieftge Godt, en niet de wereldt, soo wordt u uyt gunst bereydt,
 
Nae dit sterffelijcke leven, 's levens Croon der Saligheydt.
 
't Swaerste moet het meeste weghen. Spreeck nu uyt een vrye borst.
 
Of niet beter Godt te dienen is, dan Vleesch of Wereldt-vorst?

 

     Liever.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken