Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tot lering en vermaak (1976)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tot lering en vermaak
Afbeelding van Tot lering en vermaakToon afbeelding van titelpagina van Tot lering en vermaak

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (21.91 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tot lering en vermaak

(1976)–E. de Jongh–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Betekenissen van Hollandse genrevoorstellingen uit de zeventiende eeuw


Vorige Volgende
[pagina 214]
[p. 214]


illustratie

[pagina 215]
[p. 215]

55 Pieter van Roestraeten
Haarlem ca 1630-1700 Londen

De liefdesverklaring
Doek, 73,5 × 63 cm. Gesigneerd
Haarlem, Frans Halsmuseum

De houding van het door Van Roestraeten uitgebeelde paar laat er geen twijfel aan bestaan dat de toonzetting van dit schilderij erotisch is. De grijnzende man met de opgeheven wijfles, noch het zwaar gedecolleteerde meisje, dat er zo ontspannen bij zit, schijnt te merken dat er achter de onderdeur een oude man een vermanend gebaar staat te maken. Evenmin schenken zij aandacht aan de aap op de vloer die met een ketting aan een blok is vastgebonden. Ook dit beest toont duidelijk zijn belangstelling, zij het op een geheel andere manier dan de grijsaard op de achtergrond.

De aap is hier ten tonele gevoerd zoals hij sinds eeuwen werd gezien - als een toonbeeld van ondeugd en onkuisheid.Ga naar eind1 Op grond van zijn talent voor imitatie enerzijds, maar zijn gebrek aan zedigheid en verstand

illustratie
55a Philips Galle, De Onbeschaamdheid (gravure)


[pagina 216]
[p. 216]


illustratie
55b Illustratie uit: Hubert Kornelisz. Poot, Het groot natuur- en zedekundigh werelttoneel..., Delft 1743


anderzijds, gold hij als een afspiegeling van de menselijke natuur in haar meest gedegenereerde vorm. Deze opvatting deed nog opgeld bij de Hollandse schrijvers uit de 17de eeuw. Zo schreef Karel van Mander: ‘De Aep / oft Simme / beteyckent den ondeughenden Mensch. Den Aep beteyckent den geveynsden ... Oock heeft den Aep slechts eenigh schijn van Mensch / en is doch een Beest’. En voorts: ‘Met den Aep wort ooc beteyckent onschamelheyt [schaamteloosheid]: want hy zijn onschamel bloot lidt yeder laet sien / en ander onschamel dinghen in yeders aensien doet’.Ga naar eind2

Een vrouw en een aap die, zoals bij Roestraeten, voor elkaar in ‘onschamelheyt’ niet onderdoen, was een van die onderwerpen waarbij pikanterie en moralisatie zich op een dankbare manier lieten combineren. Er bestaan andere interessante voorbeelden van. Zo beeldde Philips Galle de Impudentia (schaamteloosheid) in prent af als een wijdbeens zittende vrouw met blote borsten en een aap op haar schoot (afb. 55a), een soort superlatieve voorloper van het ensemble dat door Roestraeten zou worden bedacht.Ga naar eind3 In de 18de eeuw verschijnt de personificatie van de Onbeschaemtheit in Poots Werelttoneel in ‘de gedaente eener Vrouwe ... [met] een kleet aen dat dartel en wulpsch staet’. ‘Men doet ze haeren rok’, zo vervolgt de tekst, ‘met beide de handen oplichten, zulx dat ze haere knien en een gedeelte der billen ontbloot. Nevens haer schildert men eenen aep, die zynen aers laet zien’. De illustratie van het advies laat aan duidelijkheid niets te wensen over (afb. 55b).Ga naar eind4

Dat de aap bij Van Roestraeten vastgebonden zit, is uiteraard functioneel. Maar de 17de eeuw vatte deze vrijheidsbeperking ook in symbolische zin op: de geketende aap gold als een beeld van de mens die vrijwillig in zonde was gevangen en niet bereid was zichzelf daaruit te bevrijden. Deze gedachte schuilt achter de meeste geketende apen in erotisch getinte voorstellingen uit deze periode.Ga naar eind5

Twee details in Van Roestraetens schilderij vragen verder bijzondere aandacht: de omgevallen wijnfles naast het meisje en de knoflookstreng die achter de man in de schouw hangt. De fles dient in deze context waarschijnlijk te worden begrepen als uterussymbool; als zodanig fungeren geopende kannen of flessen meermalen in erotische taferelen.Ga naar eind6 Knoflook werd al sinds de oudheid als een stimulans in velerlei opzichten beschouwd en stond onder meer bekend als liefdeskruid, een aphrodisiacum. Zo vernemen we bijvoorbeeld van de predikant en amateur-botanicus Pieter Aenghelen dat knoflook ‘verweckt Venus lust’.Ga naar eind7

Wat tenslotte de opzet van dit schilderij aangaat, Roestraeten smaakte in elk geval het genoegen een pikant tafereel uit te beelden. De waarschuwende oude man fungeert daarbij als een moreel tegenwicht, al of niet als alibi voor de schilder, of mogelijk zelfs uit naam

[pagina 217]
[p. 217]

van de schilder. Op deze man in de deuropening zou men de woorden kunnen toepassen die Huygens in een van zijn Zedeprinten bezigde:Ga naar eind8

 
Soo tracht hij ijeder een sijn bulleback te maken,
 
En door sijn'eygen Door [deur] de Deughd te doen genaken.

Anders gezegd: zo probeert hij iedereen van zichzelf te doen schrikken en bij ieder door zijn eigen deur, ofwel: in zijn eigen binnenste, de deugd te doen binnentreden.

eind1
H.W. Janson, Apes and ape lore in the middle ages and the renaissance, Londen 1952, passim.
eind2
Van Mander, Uutbeeldinge, fol. 128 verso.
eind3
Cornelis Kiliaan, Prosopographia ..., z.p.z.j., nr. 39. De in het Frans gestelde toelichting bij de gravure luidt als volgt: ‘Le singe monstre son cul, à un chacun; & moy ie me desnuë devant tout le monde sans vergongne ou honte quelconque’.
eind4
Hubert Korneliszoon Poot, Het groot natuur- en zedekundigh werelttoneel ... II, Delft 1743, 211.
eind5
Vgl. cat. nr. 27 (Dirck Hals) en 43 (Molenaer).
eind6
De Jongh 1968-1969, 47.
eind7
Poot, a.w., 48. Pieter Aenghelen, Herbarius, kruyt en bloem-hof, Amsterdam 1663, 169. Zie ook D.P. Snoep, ‘Pieter Aertsz. De Eierdans’, Openbaar Kunstbezit 11 (1967), 28.
eind8
De gedichten van Constantijn Huygens, ed. J.A. Worp, II, Groningen 1893, 21. Huygens heeft het hier over de zede-printer zelf.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • Jan Baptist Bedaux

  • P.A. Hecht

  • Jeroen Stumpel

  • Rik Vos

  • Jochen Becker