Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vertrouw nooit een zeeloods (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vertrouw nooit een zeeloods
Afbeelding van Vertrouw nooit een zeeloodsToon afbeelding van titelpagina van Vertrouw nooit een zeeloods

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.64 MB)

Scans (8.27 MB)

ebook (2.91 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vertrouw nooit een zeeloods

(1991)–Sjouke Joustra–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 92]
[p. 92]

My poor company

Behoedzaam naderde het zwaar geladen vrachtschip uit het Oostgat de rede. Rond hoogwater was het schip bij de Middensteenbank door de zeeloods bemand en het had voor het zeetraject ruimschoots de tijd genomen. ‘Wat een vuiltje,’ mompelde de binnenloods tegen niemand in het bijzonder terwijl de afhaler bij het achterschip ronddraaide om naar de loodsladder te varen, die wat scheef in de midscheeps naar beneden hing.

Tevergeefs trachtte loods De Vries de diepgang bij het achterschip af te lezen; in tegenstelling tot de in helder wit geschilderde naam op de boeg Ocean Pride was er kennelijk voor de diepgangcijfers geen verf meer overgebleven. De naam was blijkbaar nieuw, want hij kwam nog niet in de Lloyd's Shipping Index voor. Hij moest zich sterk vergissen als het schip geen oude Britse Empire was uit de oorlog die, analoog aan de Amerikaanse Liberty's, voor de konvooivaart gebouwd was.

‘Een Liberiaan, in Narvik volgestort met zo'n tienduizend ton erts,’ schatte de schipper van de afhaler uit ervaring, ‘doe je best maar loods, er begint al een beetje eb te lopen.’ Handig bracht hij de afhaler langszij, juist onder de ladder. Met één greep trok de matroos de onderkant van de loodsladder binnenboord om schade aan de ladder te voorkomen. Met zijn volle gewicht ging hij er even aan hangen.

‘Boven zit ie in ieder geval vast loods, maar zo te zien zit ie wel stik onder het ertsstof. Goeie reis, loods.’

‘Dank je voor je vriendelijke woorden, Sari.’

Langzaam klom De Vries naar boven. Sari had gelijk, behalve als ruimladder werd de ladder blijkbaar ook geschikt bevonden om als loodsladder dienst te doen.

Aan dek stond niemand om hem over de verschansing te helpen. Gelukkig stak er wel een scepter in de reling. Voorzichtig rukte hij aan de stang die redelijk betrouwbaar bleek en kwiek sprong De Vries aan dek. Even maakte hij een notitie om de kapitein een beklag te doen over de loodsladder en de ontvangst aan dek, maar bijna onmiddellijk liet hij die gedachte weer varen als onbegonnen werk. Een mentaliteit verander je niet met een opmerking. De loodsladder was niet meer dan een waarschuwing voor de onbetrouwbaarheid waaraan het schip leed.

De opbouw was eenvoudig en hij had geen moeite de weg naar de

[pagina 93]
[p. 93]

brug te vinden. De Vries herinnerde zich hoe hij jaren geleden als adspirant-loods met een Congoboot afkomend een vergezelreis maakte en hij in paniek was geraakt omdat hij door alle trappen en gangen verdwaald was geraakt en het dek van het passagiersschip niet kon vinden. Gelukkig had de loods, die na hem naar beneden kwam, hem op de afhaler gemist, anders was hij misschien in de Congo beland. Na de ongeveer tweeduizend schepen die hij sindsdien bemand had, zou hem dat niet meer overkomen.

Op de trap kwam hij de zeeloods tegen, een Belg.

‘Spijtig collega, dat ik u niets beters kan offreren, maar de kapitein is 'n brave, zunne, 'n Griek.’

‘Hoe diep steekt ie?’ maar zijn collega had blijkbaar haast en was al verdwenen.

Op de brug gekomen zag hij dat de zeeloods goed werk had afgeleverd. De Ocean Pride lag al op koers. Hij liep naar buiten en nam met een brede armzwaai afscheid van de afhaler.

‘Full ahead, captain.’

‘Full ahead, mister the pilot.’ Het mannetje bij de telegraaf kwam naar De Vries toe en gaf hem een hand. Hij was slordig gekleed in een soort ochtendjas en was nog ongeschoren.

‘Good morning, captain pilot, welcome on board of my ship.’

‘Good morning captain, De Vries is my name,’ en zich tot de roerganger wendend, ‘the course is one-o-five.’

‘One-o-five, yes sir!’ De man gaf een ruk aan het stuurwiel, keek vervolgens op het kompas en gaf tegenroer. Die vriend moest hij in de gaten houden.

‘You speak English?’

De weifelende trek op het gezicht van de roerganger maakte plaats voor de zelfbewustheid waarmee de marktkoopman de kwaliteit van zijn waren verdedigt. ‘Of course, sir.’

‘You want Greek coffee or American coffe, mister the pilot?’ Een soort bediende in een smoezelig wit jasje dook achter De Vries op.

‘Greek coffee, please.’ Er waren collega's die op Griekse schepen Turkse koffie vroegen en op Turken Griekse, een soort humor die ook De Vries niet apprecieerde.

Aan de boeien zag hij dat de eb kwam door te staan. Dat betekende dat ze met pal laagwater voor de sluis in Antwerpen zouden zijn... als de diepgang dat tenminste toeliet.

‘What is your draft, captain?’

De pientere oogjes van de Griek lieten de blik van de loods los en De Vries werd een knoflooklucht gewaar, een lucht waar hij min of meer allergisch voor was en die - hoe lang geleden? - het einde had

[pagina 94]
[p. 94]

betekend van een wilde, maar kortstondige amoureuze verhouding. Nu hoorde hij ook het nerveuze geklik van de kralen van de rozenkrans in de zak van de ochtendjas.

‘My draft eh? Ten, maybe eleven knots, mister the pilot.’

Als adspirant had hij al geleerd dat een Griek geenszins betekende dat het schip onder Griekse vlag voer. Het was eerder een soortnaam voor een vaartuig waar alles aan mankeerde. Het zou naïef zijn om te veronderstellen dat de gezagvoerder van de Ocean Pride onkundig was over de betekenis van het woord draft. Wel kon De Vries er staat op maken dat er iets met de diepgang niet in orde was. Mogelijk had hij het schip overladen en dat zou ook de reden kunnen zijn dat hij in Vlissingen de diepgang niet had kunnen aflezen.

‘No captain, not the speed, but I ask for your draft, how many feet is your maximum draft?’

‘O captain pilot, sorry but I understand you, you want to know my draft, eh. How much you want?’

Deze vertoning was nieuw voor Pieter de Vries. Hoe vaak had hij niet betoogd dat het loodsenvak zo interessant bleef, omdat je iedere reis voor nieuwe verrassingen kwam te staan waarvoor je een oplossing moest proberen te vinden? Het was zaak nu kalm te blijven.

‘Captain, are your anchors ready? We are going to anchor in about two hours and a half on Hansweert roads, about halfway Antwerp.’

‘You bring my ship at anchor, why?’

‘Why, captain? Because twenty-eight feet is too much draft with low water, that's why.’

De pientere oogjes keken De Vries verbaasd aan.

‘Who said my draft is twenty-eight feet? It is only twenty-five feet, okay, maybe twenty-five and six inches.’

De steward bracht de koffie met een glaasje water, Griekse koffie, een kopje halfvol met mierzoete koffie en de rest drab. Het glaas water negeerde De Vries, dat zou wel net zo onbetrouwbaar zijn als de rest aan boord van de Ocean Pride.

‘Quartermaster, starboard fifteen.’

‘Starboard fifteen, sir!’

Langzaam draaide het schip naar stuurboord.

‘Course one-seven-o.’

‘One-seven-o, sir.’ Boei nummer zeventien kwam nu even op stuurboordsboeg te liggen en de gezagvoerder volgde enige tijd hoe zijn schip door de Pas van Terneuzen naar de Zuidwal liep. Het geklik van de kralen van zijn rozenkrans klonk nu wat driftiger en opeens scheen de kapitein een besluit te hebben genomen. Hij hield stil bij de loods.

[pagina 95]
[p. 95]

‘Captain pilot, I think you are a good pilot, a very good pilot, my ship is also very good en my company is also good, but very poor.’ Hij zweeg een ogenblik en De Vries verwachtte nu dat de tranen over zijn stoppelige wangen zouden biggelen, maar kennelijk had hij zich weer vermand. ‘How many tugs you need in Antwerp?’

Loods De Vries dacht juist hoeveel waars er stak in de opmerking van een Brits gezagvoerder, die hem in Oxford English had toevertrouwd dat ‘how funny, all over the world’ de zeelieden een taaltje spraken dat ze Engels noemden en waarmee ze zich onder elkaar verstaanbaar maakten, alleen ‘he couldn't understand the poor fellows’.

‘How many tugboats, captain? I don't know yet, but wait and see sir.’

De gezagvoerder zuchtte en mompelde wat voor zich heen. Vervolgens maakte hij de deur naar de kaartenkamer open en riep luid naar binnen: ‘Captain Jani, captain Jani!’

Een ogenblik later verscheen captain Jani met slaperige ogen op de brug.

‘I go down for a moment, mister pilot, my chief mate here takes over. Please give him notice half an hour before arrival Antwerp.’ Hij verdween en de eerste stuurman, captain Jani, zocht de grote houten stoel op de brug op, de captain's chair en hervatte bijna onmiddellijk zijn blijkbaar onderbroken slaap.

Even voor Hoedekenskerke bracht de steward het sobere maal boven. Een stukje varkensvlees, frites, een soort grote bruine bonen en een schaaltje sla. Daarbij een stuk brood met schapekaas en een flesje bier. Later bracht de bediende nog een kopje koffie, Greek coffee en een glas water. Zoals hij aan boord gewoon was, nuttigde loods De Vries zijn middagmaal staande in de volgorde van eerst te eten wat het warmst was, aangezien bijna alle gerechten tegelijk op één blad boven werden gebracht. Het schoot hem te binnen dat hij enkele jaren geleden bijna op dezelfde hoogte de commandant van een Frans passagiersschip de Claude Bernard had weten te overtuigen het schip in het Middelgat, bij Hansweert, ten anker te brengen en het diner beneden in de diningroom te gebruiken. Het was tussen kerst en nieuwjaar geweest, er viel een druilerig regentje en het zicht was matig. De commandant had voorgesteld om maar wat sandwiches boven te laten brengen en deed zijn beklag dat hoewel zijn vrouw aan boord was, hij op deze rondreis niet de gelegenheid had gehad om samen met haar te dineren, zelfs niet met het kerstdiner. De Vries betuigde zijn deelneming, maar hij vreesde nog meer dat hij het diner op een Frans schip zou mislopen. Hij stelde dus voor ten anker te gaan. Er liep toch eb en

[pagina 96]
[p. 96]

als ze na het eten ankerop zouden gaan, kwamen ze begin vloed voor de Scheldekaai. Dan kon hij de Claude Bernard over de vloed meren. De commandant zag de redelijkheid van dit voorstel in. Over de eb gemeerd gaf altijd problemen over het vertrekuur en het agentschap zag de schepen liever over de vloed meren. De laatste opmerking van de loods had de doorslag gegeven. Alleen de Germanen eten om te kunnen werken, n'est-ce pas? Die avond had Pieter de Vries van een excellent diner en een charmant gezelschap genoten.

Hoewel de voortgang over de grond van de Ocean Pride, gezien de zware eb die er liep, nauwelijks acht mijl per uur bedroeg, genoot De Vries van het prachtige landschap waar ze langs voeren. Hier toonde de Schelde zich op haar mooist en ieder jaargetijde kreeg hier zijn eigen geur, zoals nu van de uien of de juun, zoals ze dat in Zeeland noemen, en het verbranden van aardappelloof. Bovendien was een dagreis, al was het tegen storm, een genot op zichzelf in een dienst waarin de loodsen met te weinig mensen tien dagen beschikbaar waren om loodsdienst te verrichten. Mocht er straks bij thuiskomst geen boerenacht inzitten, dan moest het wel heel druk lopen, wilde hij er geen paar uurtjes slaap uit slepen. De zes voorafgaande dagen was het raak geweest. Vier volle nachten de gehele vlammende nacht gevaren, alleen de laatste twee kon hij rond drie uur zijn kooi opzoeken. Tien etmalen varen en vijf dagen vrij zolang de dienst het toeliet, was een te zware belasting bij een gemiddelde loodsduur van veertien uur. Gelukkig waren er nu enkele adspiranten bij gekomen en de verwachting was dat er over enkele jaren een gunstiger dienst- en verlofregeling zou komen.

Bij het indraaien van het Zuidergat, na het passeren van Hansweert gaf de roerganger verkeerd roer. Gelukkig hield De Vries hem zeker bij grote koersveranderingen nauwkeurig in de gaten. Behoudens een uur schaft, stond dezelfde roerganger nog steeds aan het roer. Chinese wacht noemden ze dat vroeger bij de Nederlandse koopvaardij; behalve bij sommige Grieken en goedkope-vlaglanden kwam dat nog wel voor op Duitse coasters.

‘You Greek?’

De matroos schrok op; in gedachten was hij ver weg. Dan schudde hij het hoofd.’

‘No sir, Egyptian.’

Arme donder, weggeplukt van een kameel misschien omdat kosten op de arbeidsmarkt in Egypte nog lager liggen dan in Griekenland. Misschien maken ze het hem tegen het einde van zijn contracttijd zo moeilijk dat hij ontslag neemt. Wedden dat hem dan twee of drie maanden achterstallige gage door de neus wordt geboord wegens contractbreuk? Geen bond die dan voor die arme kerel iets kan doen.

[pagina 97]
[p. 97]

De stuurman werd wakker en rekte zich lui uit. Hij gaapte hoorbaar. ‘Please, mister pilot, tell me half an hour for arrival Antwerp.’ De rivier werd smaller nu en grote slikbanken strekten zich langszij de vaargeul uit. De Vries zorgde er angstvallig voor dat de roerganger het midden van het vaarwater hield. Gelukkig waren er tegen laagwater maar weinig tegenliggers, een enkele coaster en uitgerekend in de Bocht van Bath een groot schip, een lege bak, een walvisvaarder die blijkbaar uit het dok kwam. Zij passeerden elkaar zonder problemen. Inderdaad scheen de kapitein van de Ocean Pride gelijk te hebben. Hoewel het schip wat zwaarmoedig stuurde, verwonderde De Vries zich opnieuw dat schepen als de Amerikaanse Liberty's en de Britse Empires die tenslotte voor slechts een enkele konvooireis gebouwd waren, na ruim vijftien jaar nog steeds in de vaart waren.

Bij de Zantvliet wekte hij de stuurman die snurkend weer in slaap was gesukkeld.

‘Mr. Mate, call the captain. In twenty minutes all hands on deck.’ De bochten in de rivier werden veelvuldiger nu ze op Belgisch gebied waren, en de Vries constateerde dat hoewel het tij spoedig zou keren, er nog steeds eb liep. De getijden werden veroorzaakt door de maanstand, maar vooral door meteorologische factoren, zoals de wind, waardoor er vrij aanzienlijke vertraging kon optreden. Niet zelden gebeurde het dat als hij aan de Scheldekaai een schip over de vloed wilde meren, hij na laagwater anderhalf uur en soms langer moest wachten voordat er enige vloed begon te lopen.

Bij Liefkenshoek schoot de praaiboot langszij om de praaibrief met de afmetingen van het schip voor de sluismeester in ontvangst te nemen. ‘Of ge u wilt spoeien, loods, uw signaal komt subiet bij.’

Intussen was ook de kapitein op de brug verschenen. Kennelijk was hij uitgeslapen, hij had zich geschoren en droeg een uniform. De geur van knoflook en parfum streden nu om de voorrang. De rozenkrans was nu van de ochtendjas naar zijn broekzak verhuisd.

Een sleepboot naderde, veel zwarte smook uitbrakend.

De Wrestler, God nog aan toe, ook dat nog. De oudste krachtpatser van de vloot die ze konden vinden. Hopelijk kon hij genoeg kracht ontwikkelen om de sleeptros stijf te trekken.

‘Make fast the tugboat on your portbow, captain.’

‘Yes, captain pilot, of course sir.’ De gezagvoerder schreeuwde zijn bevelen naar het handjevol mannen dat zich onder leiding van captain Jani op de bak verzameld had.

De Wrestler vertrouwde blijkbaar de sleeptros van de Griek niet en gaf haar eigen tros uit. Het was ook beter zo. Om het schip van de rivier naar de sluisingang te trekken moest er flink aan gesjord wor-

[pagina 98]
[p. 98]

den. Een ogenblik later gaf de sleepboot met zijn stoomfluit een signaal dat de bemanning de tros kon beleggen.

‘Engine slow sir.’

Als hij niet oppaste, liep de Ocean Pride de sleepboot nog voorbij. Langzaam maar zeker naderde de sleep nu de roergang tot de sluis. Bij overlevering zorgden de loodsen over de eb ervoor dat ze voor de toegang tot de sluis de vaart uit het schip gehaald hadden voordat de sleepboten hun prooi als het ware over bakboord een koersverandering lieten ondergaan en zo naar de sluis trokken. Voor loods De Vries was deze methode, evenals voor enkele andere jonge collega's, tegen de beroepseer. Het schip bleef te lang afhankelijk van wat de sleepboten ermee uitspookten. Met Jacob Boswijk, die in de oorlog als kapitein in Engeland op sleepboten had gevaren, ontwikkelden zij een betere methode. Beter uit het oogpunt van vakmanschap, maar met een wat groter risico. Maar risico's liep je in dit vak iedere dag. Soms kon je echt tevreden zijn na een geslaagde manoeuvre en misschien al de volgende dag mocht je alleen maar hopen dat je stommiteit voor je kritische collega's onopgemerkt was gebleven.

‘Yes captain pilot, I told you before, maybe you are young, but very good.’ In vervoering keek de Griek toe hoe De Vries met langzaam draaiende machine en hard bakboord roer de Ocean Pride slaags in de invaart bracht.

‘Full astern, captain.’

Nu oppassen dat de vaart zo vlug mogelijk uit het schip werd gehaald. Op dit moment zwaaiden de beide meeliggende achtersleepboten rond.

‘Stop engine, sir.’

Nu moest de Wrestler de bakboord draaiende beweging van het voorschip opvangen.

De Vries hoorde nu duidelijk weer het geklik van de kralen van de rozenkrans. Hij rook de knoflook vermengd met het zware parfum, terwijl de gezagvoerder hem op beide wangen kuste.

‘Yes I told you you are a very good pilot, an excellent pilot.’

De sleepboten kregen het zwaar geladen schip maar moeilijk in bedwang en de gezagvoerder snelde naar de brugvleugel om te zien of het achterschip vrij voer van de dukdalven die aan beide zijden de invaart markeerden. Stokstijf bleef hij staan en keek met ontzetting hoe twee sleepboten het schip achter rondtrokken. In wanhoop hief hij de armen omhoog en stootte een verwensing uit.

‘My poor company, my poor company...’

De komediant koos wel de Engelse taal om zijn wanhoop onder woorden te brengen.

[pagina 99]
[p. 99]

Woedend gooide de man zijn uniformpet op dek voor de voeten van loods De Vries.

‘You, you are no good pilot, three tugboats for this small ship.’

‘Slow ahead now... starboard ten.’

Langzaam kreeg hij het schip onder controle en terwijl de achtersleepboten gezusterlijk rond lagen en voorkwamen dat de Ocean Pride te snel in de sluis voer, kreeg de Wrestler niet meer te doen dan het voorschip bij de kant te houden.

Behoedzaam gleed de Ocean Pride de sluis binnen. De bootslui liepen aan stuurboord met het schip mee tot de sluismeester floot dat de boot gemeerd kon worden.

‘Let go the tugboat foreward en make fast the headrope, captain.’

‘Captain Jani...’

De poor company bleek vergeten op het moment dat de gezagvoerder de orders naar zijn mensen op de bak schreeuwde.

De Vries overhandigde hem het loodsencertificaat.

‘Please will you write down your agency, the draft of your ship and your signature.’

Zwijgend vulde de kapitein het briefje in en met veel krullen zette hij onder de diepgang van vijfentwintig voet zijn handtekening.

‘Thank you mister pilot, you did a nice job.’

Gelaten aanvaardde hij zijn nederlaag in een poging de kosten van een paar sleepboten uit te sparen.

Aan de wal wachtte de sluismeester De Vries op.

‘Ge hebt geluk gehad dat er nog wat water is blijven staan. Ge zult toch voorzichtiger moeten zijn met die diepe bakken met leeg water, zunne. 't Is krap zunne met acht en twintig voet en leeg water.’ Hij schudde z'n hoofd.

De smeerlap! Drie voet denkt hij voor zijn poor company aan loodsgeld uit te sparen.

‘Och, de kapitein kijkt niet op een voetje meer of minder, en hij schenkt goede cognac on behalf of the company, sluismeester.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken